Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 575/2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012
Artikel 281 Berekening van de blootstellingswaarde
Geldend
Geldend vanaf 27-06-2019
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 28-06-2021.
- Bronpublicatie:
20-05-2019, PbEU 2019, L 150 (uitgifte: 07-06-2019, regelingnummer: 2019/876)
- Inwerkingtreding
27-06-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-05-2019, PbEU 2019, L 150 (uitgifte: 07-06-2019, regelingnummer: 2019/876)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Instellingen berekenen één enkele blootstellingswaarde op het niveau van de netting set overeenkomstig afdeling 3, met inachtneming van lid 2 van dit artikel.
2.
De blootstellingswaarde van een netting set wordt berekend overeenkomstig de volgende voorschriften:
- a)
instellingen passen de in artikel 274, lid 6, bedoelde behandeling niet toe;
- b)
in afwijking van artikel 275, lid 1, berekenen instellingen voor niet in artikel 275, lid 2, bedoelde netting sets de vervangingswaarde volgens onderstaande formule:
RC = max{CMV, 0}
waarbij:
RC
=
de vervangingswaarde; en
CMV
=
de huidige marktwaarde.
- c)
in afwijking van artikel 275, lid 2, van deze verordening voor netting sets van transacties die op een erkende beurs plaatsvinden; die centraal worden gecleard door een centrale tegenpartij waaraan overeenkomstig artikel 14 van Verordening (EU) nr. 648/2012 vergunning is verleend of die overeenkomstig artikel 25 van Verordening (EU) nr. 648/2012 is erkend; of die waarvoor overeenkomstig artikel 11 van Verordening (EU) nr. 648/2012 bilateraal zekerheden met de tegenpartij worden uitgewisseld, berekenen instellingen de vervangingswaarde volgens onderstaande formule:
RC = TH + MTA
waarbij:
RC
=
de vervangingswaarde;
TH
=
de krachtens de margeovereenkomst op de netting set toepasselijke margedrempel waaronder de instelling geen zekerheden kan opvragen; en
MTA
=
het krachtens de margeovereenkomst op de netting set toepasselijke minimumbedrag van de overdracht;
- d)
in afwijking van artikel 275, lid 3, berekenen instellingen voor aan een margeovereenkomst onderworpen netting sets de vervangingswaarde als de som van de overeenkomstig lid 1 berekende vervangingswaarden van elke individuele netting set alsof deze niet door marges zijn gedekt;
- e)
alle hedging sets worden vastgesteld overeenkomstig artikel 277 bis, lid 1;
- f)
instellingen stellen de multiplicator in de in artikel 278, lid 1, toegepaste formule ter berekening van de potentiële toekomstige blootstelling vast op 1, wat het volgende oplevert:
waarbij:
PFE
=
de potentiële toekomstige blootstelling; en
AddOn(a)
=
de opslagfactor voor risicocategorie ‘a’;
- g)
in afwijking van artikel 279 bis, lid 1, berekenen instellingen voor alle transacties de delta voor toezichtsdoeleinden als volgt:
waarbij:
δ
=
de delta voor toezichtsdoeleinden;
- h)
de in artikel 279 ter, lid 1, punt a), bedoelde formule voor de berekening van de duurfactor voor toezichtsdoeleinden luidt als volgt:
duurfactor voor toezichtdoeleinden = E − S
waarbij:
E
=
de termijn tussen de einddatum van een transactie en de rapportage-datum; en
S
=
de termijn tussen de aanvangsdatum van een transactie en de rapportagedatum;
- i)
de in artikel 279 quater, lid 1, bedoelde looptijdfactor wordt berekend als volgt:
- (i)
voor transacties die deel uitmaken van de in artikel 275, lid 1, bedoelde netting sets, MF = 1;
- (ii)
voor transacties die deel uitmaken van de in artikel 275, leden 2 en 3, bedoelde netting sets, MF = 0,42;
- j)
de in artikel 280 bis, lid 3, bedoelde formule voor de berekening van het effectieve notionele bedrag van hedging set ‘j’ luidt als volgt:
waarbij:
=
het effectieve notionele bedrag van hedging set ‘j’ en
Dj,k
=
het effectieve notionele bedrag van subklasse ‘k’ van hedging set ‘j’
- k)
de in artikel 280 quater, lid 3, bedoelde formule voor de berekening van de opslagfactor voor de kredietrisicocategorie van hedging set ‘j’ luidt als volgt:
waarbij:
=
de opslagfactor voor de kredietrisicocategorie van hedging set ‘j’ en
AddOn(Entityk)
=
de opslagfactor voor de kredietreferentie-entiteit ‘k’;
- l)
de in artikel 280 quinquies, lid 3, bedoelde formule voor de berekening van de opslagfactor voor de kredietrisicocategorie van hedging set ‘j’ luidt als volgt:
waarbij:
=
de opslagfactor voor de kredietrisicocategorie van hedging set ‘j’ en
AddOn(Entityk)
=
de opslagfactor voor de kredietreferentie-entiteit ‘k’;
- m)
de in artikel 280 sexies, lid 3, bedoelde formule voor de berekening van de opslagfactor voor de grondstoffenrisicocategorie van hedging set ‘j’ luidt als volgt:
waarbij:
=
de opslagfactor voor de grondstoffenrisicocategorie van hedging set ‘j’ en
=
de opslagfactor voor de grondstoffenreferentiesoort ‘k’.