Einde inhoudsopgave
Samenwerkingsregeling Nederlandse Antillen en Aruba
Artikel 42
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1986
- Redactionele toelichting
Dit artikel treedt tegelijk in werking met de Rijkswet van 22-07-1985, Stb. 452.
- Bronpublicatie:
04-10-1985, Stb. 1985, 542 (uitgifte: 23-10-1985, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-1986
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-08-1985, Stb. 1985, 476 (uitgifte: 01-01-1985, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Staatsrecht / Staatsinrichting
1.
Aan de rechterlijke macht behoort bij uitsluiting de kennisneming van geschillen over burgerlijke rechten en over schuldvorderingen.
2.
Aan de rechterlijke macht is voorts opgedragen de berechting van strafbare feiten.
3.
Bij landsverordening kan de kennisneming van geschillen die niet uit burgerlijke rechtsbetrekkingen zijn ontstaan worden opgedragen aan de rechterlijke macht of aan bijzondere rechtscolleges waarin leden van de rechterlijke macht mede zitting hebben.
4.
Van geschillen over het kiesrecht en andere grondrechten, over de rechtstoestand van ambtenaren en over heffing en invordering van belastingen neemt de rechterlijke macht kennis, wanneer de kennisneming daarvan niet bij landsverordening aan een ander gerecht is opgedragen. Indien de wijze van berechting van deze geschillen door de rechterlijke macht niet bij landsverordening nader bepaald is, worden de voor de berechting van geschillen van burgerrechterlijke aard geldende regelen zoveel mogelijk toegepast.