Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 999/2001 houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën
Artikel 6 bis Fokprogramma's
Geldend
Geldend vanaf 19-01-2007
- Bronpublicatie:
18-12-2006, PbEU 2006, L 404 (uitgifte: 01-01-2006, regelingnummer: 1923/2006)
- Inwerkingtreding
19-01-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-12-2006, PbEU 2006, L 404 (uitgifte: 01-01-2006, regelingnummer: 1923/2006)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Agrarisch recht (V)
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Elke lidstaat kan een fokprogramma invoeren om te selecteren op resistentie tegen TSE's in zijn schapenpopulatie. Die programma's omvatten een regeling voor de erkenning van de TSE-resistente status van bepaalde koppels en kunnen tot andere diersoorten worden uitgebreid op grond van wetenschappelijke gegevens waaruit blijkt dat bepaalde genotypes van die diersoorten resistent zijn tegen TSE's.
2.
Nadere voorschriften voor de in lid 1 bedoelde programma's worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 24, lid 2.
3.
De lidstaten die fokprogramma's invoeren, dienen bij de Commissie regelmatig verslagen in, zodat de programma's wetenschappelijk kunnen worden beoordeeld, met name op de gevolgen ervan voor de frequentie van TSE, maar ook op de genetische diversiteit en variabiliteit en de instandhouding van oude, zeldzame of regionaal aangepaste schapenrassen. De wetenschappelijke resultaten en de algehele gevolgen van de fokprogramma's worden regelmatig geëvalueerd, en zo nodig worden die programma's dienovereenkomstig gewijzigd.