Einde inhoudsopgave
Besluit vooroverleg rulings met een internationaal karakter
2.1 Eerste behandelaar
Geldend
Geldend vanaf 22-12-2023
- Bronpublicatie:
19-12-2023, Stcrt. 2023, 25745 (uitgifte: 21-12-2023, regelingnummer: 2023-0000020007)
- Inwerkingtreding
22-12-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-12-2023, Stcrt. 2023, 25745 (uitgifte: 21-12-2023, regelingnummer: 2023-0000020007)
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Informatieverplichting
Fiscaal bestuursrecht / Standpuntbepaling
Internationaal belastingrecht / BEPS
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Dividendbelasting / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Organisatie Belastingdienst
De inspecteur voert het vooroverleg en wordt in beginsel aangemerkt als eerste behandelaar van het vooroverleg ter verkrijging van zekerheid vooraf in de vorm van een ruling met een internationaal karakter. Een belanghebbende die een verzoek tot vooroverleg doet, richt dit verzoek daarom in eerste instantie aan zijn inspecteur.
De Belastingdienst heeft een Behandelteam IFZ. De inspecteur schakelt het Behandelteam IFZ in voor de onderwerpen die zijn opgenomen in paragraaf 2.4. Het Behandelteam IFZ is in die gevallen eerste behandelaar van het vooroverleg. Het Behandelteam IFZ voert het vooroverleg in samenspraak met de inspecteur.
Bij internationaal vooroverleg dat betrekking heeft op de Wet MB zal de inspecteur het expertiseteam Pijler 2 inschakelen bij de behandeling van het verzoek. De inspecteur is in die gevallen de eerste behandelaar en sluit daarbij het expertiseteam Pijler 2 aan.
In situaties dat sprake is van een potentiële buitenlandse investeerder als bedoeld in paragraaf 2.5 wordt een verzoek tot vooroverleg om zekerheid vooraf in de vorm van een ruling met een internationaal karakter gericht aan het APBI. Het APBI schakelt in die gevallen een eerste behandelaar in.
De eerste behandelaar en het College IFZ zoeken gedurende het traject van het vooroverleg om zekerheid vooraf in de vorm van een ruling met een internationaal karakter afstemming met de voor dat verzoek relevante kennis- en coördinatiegroepen via de daarvoor voorgeschreven procedures in het BFB of het instelbesluit van de desbetreffende coördinatiegroep.