Einde inhoudsopgave
Richtlijn (EU) 2017/1132 aangaande bepaalde aspecten van het vennootschapsrecht
Artikel 127 Aan de fusie voorafgaand attest
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Bronpublicatie:
27-11-2019, PbEU 2019, L 321 (uitgifte: 12-12-2019, regelingnummer: 2019/2121)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-11-2019, PbEU 2019, L 321 (uitgifte: 12-12-2019, regelingnummer: 2019/2121)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Marktintegratie
Ondernemingsrecht / Europees ondernemingsrecht
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
1.
De lidstaten wijzen de rechterlijke, notariële of andere bevoegde instantie of instanties aan voor het toezicht op de rechtmatigheid van grensoverschrijdende fusies wat betreft de gedeelten van de procedure die door het recht van de lidstaat van de fuserende vennootschap worden geregeld, en voor de afgifte van een aan de fusie voorafgaand attest waaruit blijkt dat aan alle relevante voorwaarden is voldaan en dat alle procedures en formaliteiten correct zijn vervuld in de lidstaat van de fuserende vennootschap (hierna ‘de bevoegde instantie’ genoemd).
Die vervulling van procedures en formaliteiten kan betrekking hebben op het voldoen of het stellen van zekerheden voor geldelijke of niet-geldelijke verbintenissen ten aanzien van overheidsinstanties of op de naleving van specifieke sectorale vereisten, met inbegrip van zekerheden voor uit lopende procedures voortvloeiende verbintenissen.
2.
De lidstaten zorgen ervoor dat de aanvraag van het aan de fusie voorafgaande attest door de fuserende vennootschap vergezeld gaat van:
- a)
het gemeenschappelijk voorstel voor de grensoverschrijdende fusie;
- b)
het verslag en in voorkomend geval het aangehechte advies als bedoeld in artikel 124, alsmede het in artikel 125 bedoelde verslag, indien zij beschikbaar zijn;
- c)
alle overeenkomstig artikel 123, lid 1, ingediende opmerkingen; en
- d)
informatie over de goedkeuring door de in artikel 126 bedoelde algemene vergadering.
3.
De lidstaten kunnen eisen dat de aanvraag door de fuserende vennootschap van het aan de fusie voorafgaande attest vergezeld gaat van aanvullende informatie, met name over bijvoorbeeld:
- a)
het aantal werknemers ten tijde van het opstellen van het gemeenschappelijk voorstel voor de grensoverschrijdende fusie;
- b)
het bestaan van dochterondernemingen en hun respectieve geografische ligging;
- c)
informatie over de nakoming van verbintenissen van de fuserende vennootschap ten aanzien van overheidsinstanties.
Voor de toepassing van dit lid kunnen de bevoegde instanties die informatie, als zij niet door de fuserende vennootschap wordt verstrekt, opvragen bij andere bevoegde instanties.
4.
De lidstaten zorgen ervoor dat de in de leden 2 en 3 bedoelde aanvraag, waaronder de indiening van informatie en documenten, volledig online kan worden verricht zonder dat de aanvragers persoonlijk moeten verschijnen voor de bevoegde instantie, overeenkomstig de relevante bepalingen van hoofdstuk III van titel I.
5.
Om te voldoen aan de in artikel 133 vastgestelde regels inzake werknemersmedezeggenschap gaat de bevoegde instantie in de lidstaat van de fuserende vennootschap na of het gemeenschappelijk voorstel voor de grensoverschrijdende fusie informatie bevat over de procedures volgens welke de relevante regelingen worden vastgesteld en over de mogelijke opties voor deze regelingen.
6.
In het kader van het in lid 1 bedoelde toezicht onderzoekt de bevoegde instantie:
- a)
alle overeenkomstig de leden 2 en 3 bij de bevoegde instantie ingediende documenten en informatie;
- b)
een vermelding door de fuserende vennootschappen dat de in artikel 133, leden 3 en 4, bedoelde procedure van start is gegaan, indien van toepassing.
7.
De lidstaten zorgen ervoor dat het in lid 1 bedoelde toezicht plaatsvindt binnen drie maanden na de datum van ontvangst van de documenten en informatie betreffende de goedkeuring van de grensoverschrijdende fusie door de algemene vergadering van de fuserende vennootschap. Dit toezicht leidt tot een van de volgende resultaten:
- a)
indien wordt vastgesteld dat de grensoverschrijdende fusie aan alle relevante voorwaarden voldoet en dat alle noodzakelijke procedures en formaliteiten zijn vervuld, geeft de bevoegde instantie het aan de fusie voorafgaande attest af;
- b)
indien wordt vastgesteld dat de grensoverschrijdende fusie niet aan alle relevante voorwaarden voldoet of dat niet alle noodzakelijke procedures en formaliteiten zijn vervuld, geeft de bevoegde instantie het aan de fusie voorafgaande attest niet af en stelt zij de vennootschap in kennis van de redenen voor haar besluit. In dat geval kan de bevoegde instantie de vennootschap de mogelijkheid bieden om aan de relevante voorwaarden te voldoen of om de procedures en formaliteiten binnen een passende termijn te verrichten.
8.
De lidstaten zorgen ervoor dat de bevoegde instantie het aan de fusie voorafgaande attest niet afgeeft indien overeenkomstig het nationale recht wordt vastgesteld dat een grensoverschrijdende fusie is opgezet voor onrechtmatige of frauduleuze doeleinden die leiden tot of gericht zijn op ontduiking of omzeiling van Unie- of nationaal recht, of voor criminele doeleinden.
9.
Indien er bij de bevoegde instantie tijdens het in lid 1 bedoelde toezicht ernstige twijfels rijzen die erop wijzen dat de grensoverschrijdende fusie is opgezet voor onrechtmatige of frauduleuze doeleinden die leiden tot of gericht zijn op ontduiking of omzeiling van Unie- of nationaal recht, of voor criminele doeleinden, neemt zij de relevante feiten en omstandigheden in aanmerking, zoals indicatieve factoren, indien van belang en niet op zichzelf beschouwd, waarvan de bevoegde instantie in het kader van het in lid 1 bedoelde toezicht, onder meer door raadpleging van de relevante instanties, kennis heeft genomen. De beoordeling in de zin van dit lid wordt per geval verricht volgens een procedure die wordt beheerst door het nationale recht.
10.
Wanneer het voor de beoordeling in de zin van de leden 8 en 9 noodzakelijk is om rekening te houden met aanvullende informatie of om aanvullende onderzoeksactiviteiten te verrichten, kan de in lid 7 bepaalde termijn van drie maanden voor maximaal drie maanden worden verlengd.
11.
Wanneer het vanwege de complexiteit van de grensoverschrijdende procedure niet mogelijk is de beoordeling binnen de in de leden 7 en 10 voorziene termijnen uit te voeren, zorgen de lidstaten ervoor dat de aanvrager vóór het verstrijken van die termijnen in kennis wordt gesteld van de redenen voor de vertraging.
12.
De lidstaten zorgen ervoor dat de bevoegde instantie andere relevante instanties met bevoegdheid op de verschillende gebieden met betrekking tot de grensoverschrijdende fusie, met inbegrip van die van de lidstaat van de uit de fusie ontstane vennootschap, kunnen raadpleegt, en dat zij van deze instanties en van de fuserende vennootschap de informatie en documenten kan verkrijgen die noodzakelijk zijn voor het toezicht op de rechtmatigheid van de grensoverschrijdende fusie, binnen het in het nationale recht vastgestelde procedurele kader. Voor de toepassing van de beoordeling kan de bevoegde instantie een beroep doen op een onafhankelijke deskundige.