Einde inhoudsopgave
Voorschrift Vreemdelingen 2000
Artikel 3.3
Geldend
Geldend vanaf 21-07-2022
- Bronpublicatie:
18-07-2022, Stcrt. 2022, 19358 (uitgifte: 20-07-2022, regelingnummer: 4095825)
- Inwerkingtreding
21-07-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-07-2022, Stcrt. 2022, 19358 (uitgifte: 20-07-2022, regelingnummer: 4095825)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Grensbewaking
Vreemdelingenrecht / Verblijf
Vreemdelingenrecht (V)
1.
Als document waaruit het rechtmatig verblijf, bedoeld in artikel 8, onder f tot en met h, van de Wet, blijkt, zijn aangewezen de volgende documenten en verklaringen, waarbij het vastgestelde model van dat document of die verklaring wordt aangegeven:
- a.
voor vreemdelingen die in afwachting zijn van een besluit of een rechterlijke beslissing omtrent een verblijfsvergunning als bedoeld in de artikelen 28 en 33 van de Wet: het document W van het model dat als bijlage 7f bij deze regeling is gevoegd;
- b.
voor vreemdelingen die in afwachting zijn van een besluit of rechterlijke uitspraak omtrent een aanvraag tot verlening, verlenging van de geldigheidsduur of wijziging van een verblijfsvergunning als bedoeld in artikel 14 van de Wet en die rechtmatig verblijf als bedoeld in artikel 8, aanhef en onder f, g of h van de Wet hebben en in het verleden een aanvraag om verlening van een verblijfsvergunning als bedoeld in artikel 28 van de Wet hebben ingediend: het document W2 van het model dat als bijlage 7f2 bij deze regeling is gevoegd;
- c.
voor vreemdelingen die hun rechtmatig verblijf als bedoeld in artikel 8, aanhef en onder f of h, van de Wet, ontlenen aan tijdelijke bescherming in de zin van artikel 1 van de Wet: het document O van het model dat als bijlage 7f3 bij deze regeling is gevoegd of de sticker Verblijfsaantekeningen Tijdelijke bescherming van het model dat als bijlage 7h2 bij deze regeling is gevoegd;
- d.
voor vreemdelingen die in afwachting zijn van de beslissing op een aanvraag tot het verlengen van de geldigheidsduur van de gecombineerde vergunning: de sticker Verblijfsaantekeningen Algemeen van het model dat als bijlage 7g bij deze regeling is gevoegd, voorzien van de aantekening, bedoeld in het derde lid;
- e.
voor overige vreemdelingen die in afwachting zijn van een besluit of een rechterlijke uitspraak omtrent een aanvraag tot verlening, verlenging van de geldigheidsduur of wijziging van een verblijfsvergunning als bedoeld in de artikelen 14 en 20 van de Wet en die rechtmatig verblijf als bedoeld in artikel 8, aanhef en onder f, g of h van de Wet hebben en waarbij naar oordeel van de Minister sprake is van zeer bijzondere omstandigheden: het document W2 van het model dat als bijlage 7f2 bij deze regeling is gevoegd;
- f.
voor overige vreemdelingen met rechtmatig verblijf als bedoeld in artikel 8, onder f of g, van de Wet: de sticker Verblijfsaantekeningen Algemeen van het model dat als bijlage 7g bij deze regeling is gevoegd, voorzien van de aantekening, bedoeld in het vierde lid, en
- g.
voor overige vreemdelingen met rechtmatig verblijf als bedoeld in artikel 8, onder h, van de Wet: de sticker Verblijfsaantekeningen Vervolgprocedures van het model dat als bijlage 7i bij deze regeling is gevoegd, voorzien van de aantekening, bedoeld in het vijfde lid;
- h.
voor vreemdelingen met rechtmatig verblijf als bedoeld in artikel 8, aanhef en onder m, van de Wet: het document W2 van het model dat als bijlage 7f2bij deze regeling is gevoegd.
2.
Het document, bedoeld in het eerste lid, onder a, b, c, d en e zijn ingevolge artikel 4.21, eerste lid, onder c en d, van het Besluit tevens vastgesteld als geldend document ter vaststelling van de identiteit, nationaliteit en verblijfsrechtelijke positie van vreemdelingen.
3.
De aantekening, bedoeld in het eerste lid, onder f, luidt: ‘verlenging aangevraagd voor een verblijfsvergunning op grond van artikel 14 Vw 2000 op (datum). TWV niet vereist voor specifieke arbeid, andere arbeid toegestaan mits TWV is verleend. Geldig tot (datum), tenzij voor deze datum op voormelde aanvraag is beslist’.
4.
De aantekening, bedoeld in het eerste lid, onder e, luidt: ‘aanvraag ingediend/verlenging aangevraagd voor een verblijfsvergunning op grond van artikel 14/ 20/ 33/45a Vw 2000 op (datum). arbeid wel/niet toegestaan; tewerkstellingsvergunning wel/niet vereist. Geldig tot (datum), tenzij voor deze datum op voormelde aanvraag is beslist’.
5.
De aantekening, bedoeld in het eerste lid, onder g, luidt: ‘bezwaarschrift ingediend of beroep rechtbank ingediend op (datum). Arbeid wel/niet toegestaan; tewerkstellingsvergunning wel/niet vereist. Geldig tot (datum), tenzij voor deze datum op voormeld bezwaar/beroep is beslist.’
6.
De aantekening bedoeld in het eerste lid, onder h, luidt: ‘verblijf als bedoeld in artikel 8, onder m, van de Wet. Arbeid niet toegestaan. Geldig tot (datum).’
7.
De aantekening, bedoeld in het derde lid, heeft een geldigheidsduur van ten hoogste drie maanden. Indien de geldigheidsduur van de aantekening verstrijkt voordat een beslissing op de aanvraag is genomen, kan de desbetreffende aantekening wederom worden gesteld met een geldigheidsduur van ten hoogste drie maanden. Indien afwijzend is beslist, wordt de aantekening ‘vervallen’ geplaatst.
8.
De aantekeningen, bedoeld in het vierde en vijfde lid, hebben een geldigheidsduur van ten hoogste zes maanden. Indien de geldigheidsduur van de aantekening verstrijkt voordat een beslissing is genomen op de aanvraag, onderscheidenlijk het bezwaar of beroep, kan de desbetreffende aantekening wederom worden gesteld met een geldigheidsduur van ten hoogste zes maanden. Indien afwijzend is beslist, wordt de aantekening ‘vervallen’ geplaatst.