Einde inhoudsopgave
Richtsnoer ECB/2013/7 (2013/215/EU) betreffende statistieken inzake aangehouden effecten
Artikel 4 ter Rapportageverplichtingen van NCB's betreffende aangehouden effecten zonder een ISIN-code voor groepsgegevens
Geldend
Geldend vanaf 05-03-2018
- Redactionele toelichting
De datum van inwerkingtreding is de datum van het Publicatieblad. De centrale banken van het Eurosysteem voldoen aan deze wijziging vanaf 01-10-2018.
- Bronpublicatie:
22-02-2018, PbEU 2018, L 62 (uitgifte: 05-03-2018, regelingnummer: 2018/323 (ECB/2018/8))
- Inwerkingtreding
05-03-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-02-2018, PbEU 2018, L 62 (uitgifte: 05-03-2018, regelingnummer: 2018/323 (ECB/2018/8))
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
NCB's verzamelen en rapporteren effectgewijs aan de ECB statistische gegevens betreffende aangehouden effecten zonder een ISIN-code die zijn verstrekt door groepsgegevens rapporterende informatieplichtigen overeenkomstig de rapportagekaders in deel 2 (tabel 1, 2 en 4) van bijlage I, en conform elektronische rapportagenormen die afzonderlijk worden vastgelegd.
De rapportageverplichtingen van de NCB's bestrijken kwartaalultimoposities zoals vastgesteld in lid 2.
2.
NCB's rapporteren de in lid 1 vermelde gegevens aan de ECB vóór het einde van de 55e kalenderdag volgende op het einde van het kwartaal waarop de gegevens betrekking hebben.
In afwijking hiervan kan de ECB een NCB toestaan om gegevens te rapporteren aan het einde van de 62e kalenderdag volgende op het einde van het kwartaal waarop de gegevens betrekking hebben. In dergelijke gevallen moet de NCB bij de ECB schriftelijk een verzoek tot vrijstelling indienen waarin het volgende wordt beschreven:
- a)
de redenen waarop het verzoek is gebaseerd die aantonen dat het voor de garantie van nauwkeurigheid en consistentie van de aan de ECB gerapporteerde gegevens noodzakelijk is de NCB in staat te stellen de gegevens extra te controleren met aanvullende, anders niet tijdig beschikbare gegevensbronnen voor de vereiste kwaliteitscontrole van de inputgegevens;
- b)
de periode waarvoor een dergelijke vrijstelling zou moeten worden toegekend.
Na de beoordeling van het verzoek van de NCB kan de ECB de vrijstelling voor een bepaalde periode goedkeuren en moet zij de noodzaak voor de vrijstelling jaarlijks beoordelen.
3.
Niettegenstaande het in lid 1 vastgelegde rapportagevereiste kan een NCB beslissen dat de krachtens artikel 2 van Verordening (EU) nr. 1011/2012 (ECB/2012/24) geïdentificeerde groepsgegevens rapporterende informatieplichtigen de in bijlage I, hoofdstuk 2, van die verordening bedoelde statistische gegevens aan de ECB rapporteert. Is dat het geval, dan informeert de NCB de ECB en de informatieplichtigen dienovereenkomstig, waarna de ECB de rapportageregelingen vaststelt en toepast welke de rapportageplichtigen moeten volgen en tevens neemt de ECB de taak op zich de vereiste gegevens direct bij de informatieplichtigen te verzamelen.