Einde inhoudsopgave
Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017
Artikel 143
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2018
- Bronpublicatie:
26-07-2017, Stb. 2017, 317 (uitgifte: 17-08-2017, kamerstukken: 34588)
- Inwerkingtreding
01-05-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-04-2018, Stb. 2018, 119 (uitgifte: 26-04-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Veiligheid en Justitie
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Staatsrecht / Algemeen
Openbare orde en veiligheid / Preventie
Privacy / Verwerking persoonsgegevens
Staatsrecht / Grondrechten
Informatierecht / ICT-recht
Openbare orde en veiligheid / Terrorismebestrijding
1.
Overtreding van de artikelen 44, vijfde lid, 45, twaalfde lid, 52, derde lid, 53, vijfde en zesde lid, 54, vierde lid, 55, vierde lid, 56, derde lid, 57, vierde lid, is strafbaar.
2.
Overtredingen van de in het eerste lid strafbaar gestelde feiten zijn misdrijven, voor zover zij opzettelijk zijn begaan. Voor zover zij geen misdrijven zijn, zijn zij overtredingen.
3.
Overtreding van de in het eerste lid strafbaar gestelde feiten wordt gestraft
- a.
in geval van een misdrijf, met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaar of geldboete van de vierde categorie;
- b.
in geval van een overtreding, met hechtenis van ten hoogste zes maanden of geldboete van de vierde categorie.