§ 2 Brandbeveiligingsmaatregelen op vaartuigen waarvan de lengte 60 m of meer bedraagt

Art. 5.3. Constructie

Art. 5.4. Schotten binnen ruimten voor accommodatie en dienstruimten

Art. 5.5. Bescherming van trappen en liftschachten in ruimten voor accommodatie, dienstruimten en controlestations

Art. 5.6. Deuren in brandwerende schotten

Art. 5.7. Brandwerendheid van schotten en dekken

Art. 5.8. Constructiedetails

Art. 5.9. Ventilatiesystemen

Art. 5.10. Verwarmingsinstallaties

Art. 5.11. Diversen

Art. 5.12. Opslag van gasflessen en van gevaarlijke materialen

Art. 5.13. Voorzieningen voor ontsnapping

Art. 5.14. Automatische sprinkler-, brandalarm- en brandontdekkingsinstallaties (Methode IIF)

Art. 5.15. Automatische brandalarm- en brandontdekkingsinstallaties (Methode IIIF)

Art. 5.16. Vast aangebrachte brandblusinstallaties voor laadruimten die bestemd zijn voor ladingen die in hoge mate brandgevaarlijk zijn

Art. 5.17. Brandbluspompen

Art. 5.18. Hoofdbrandblusleidingen

Art. 5.19. Brandkranen, brandslangen en straalpijpen

Art. 5.20. Brandblustoestellen

Art. 5.21. Draagbare brandblustoestellen in controlestations, ruimten voor accommodatie en dienstruimten

Art. 5.22. Brandblusvoorzieningen in ruimten voor machines

Art. 5.23. Internationale walaansluiting

Art. 5.24. Brandweeruitrustingen

Art. 5.25. Brandbeveiligingsplan

Art. 5.26. Onmiddellijke beschikbaarheid van brandbestrijdingsmiddelen

Art. 5.27. Toelating van vervangende middelen