Einde inhoudsopgave
Spoorwegwet
Artikel 17b
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2013
- Bronpublicatie:
19-04-2012, Stb. 2012, 213 (uitgifte: 18-05-2012, kamerstukken: 32666)
- Inwerkingtreding
01-01-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-12-2012, Stb. 2012, 654 (uitgifte: 20-12-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Railvervoer
1.
De beheerder vraagt advies aan de gerechtigden, bedoeld in artikel 57, met uitzondering van de concessieverlener, bedoeld in artikel 20, eerste lid, van de Wet personenvervoer 2000, over de bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aangewezen onderdelen van het beheerplan, bedoeld in artikel 17a.
2.
De beheerder stelt de gerechtigden in de gelegenheid met hem overleg te voeren voordat advies wordt uitgebracht.
3.
Het advies, bedoeld in het eerste lid, wordt op een zodanig tijdstip gevraagd dat het van wezenlijke invloed kan zijn op het door de beheerder op te stellen beheerplan.
4.
Indien na het advies van de gerechtigden een beslissing wordt genomen ten aanzien van de onderdelen van het beheerplan, bedoeld in het eerste lid, worden de gerechtigden door de beheerder zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk vier weken voor deze gevolg geeft aan de beslissing, schriftelijk hiervan in kennis gesteld. Indien het advies van de gerechtigden niet of niet geheel is gevolgd, wordt aan hen tevens meegedeeld, waarom van dat advies is afgeweken en wordt hen de gelegenheid geboden binnen vier weken nader te overleggen met de beheerder alvorens deze gevolg geeft aan de beslissing.
5.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld over de termijnen die bij de adviesprocedure en de overlegprocedure, bedoeld in dit artikel, in acht worden genomen.