Einde inhoudsopgave
Besluit 2014/401/GBVB betreffende het satellietcentrum van de Europese Unie en tot intrekking van Gemeenschappelijk Optreden 2001/555/GBVB
Artikel 23 Administratieve taken na de ontbinding van de WEU
Geldend
Geldend vanaf 26-06-2014
- Bronpublicatie:
26-06-2014, PbEU 2014, L 188 (uitgifte: 27-06-2014, regelingnummer: 2014/401/GBVB)
- Inwerkingtreding
26-06-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-06-2014, PbEU 2014, L 188 (uitgifte: 27-06-2014, regelingnummer: 2014/401/GBVB)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Instituties
Openbare orde en veiligheid / Preventie
1.
Nu de WEU is ontbonden voert het SATCEN namens België, Duitsland, Griekenland, Spanje, Frankrijk, Italië, Luxemburg, Nederland, Portugal en het Verenigd Koninkrijk (‘de tien lidstaten’) de volgende resterende administratieve taken van de WEU uit:
- a)
het beheer van de pensioenen van de voormalige personeelsleden van de WEU;
- b)
het beheer van de ziektekostenverzekering van de gepensioneerde voormalige personeelsleden van de WEU;
- c)
het beheer van het sociaal plan van de WEU;
- d)
het beheer van alle geschillen tussen de WEU en zijn voormalige personeelsleden en de tenuitvoerlegging van de beslissingen van de commissie van beroep van de WEU of van de bevoegde rechterlijke instantie;
- e)
het assisteren van de tien lidstaten bij de resterende en andere administratieve taken, onder meer de liquidatie van de activa van de WEU.
2.
Het beheer van de pensioenen van de voormalige personeelsleden van de WEU:
- a)
geschiedt in overeenstemming met de op 30 juni 2011 geldende pensioenvoorschriften van de WEU, die kunnen worden gewijzigd door het bestuur bedoeld in lid 7, in het kader van de gecoördineerde organisaties;
- b)
geschiedt door een gespecialiseerde instantie, organisatie of financiële instelling als goedgekeurd door het in lid 7 bedoelde bestuur op voorstel van de directeur van het SATCEN.
Geschillen over deze pensioenen met voormalige personeelsleden van de WEU worden overeenkomstig lid 5 beslecht.
3.
Het beheer van de ziektekostenverzekering van gepensioneerde voormalige personeelsleden van de WEU geschiedt in overeenstemming met het statuut van het personeel van de WEU, als van kracht op 30 juni 2011 en als vervolgens gewijzigd door het in lid 7 bedoelde bestuur.
4.
Het beheer van het sociaal plan van de WEU is geregeld in het sociaal plan dat de WEU op 22 oktober 2010 heeft aangenomen. Het beheer is voorts in overeenstemming met de bindende beslissingen die naderhand door de bevoegde commissie van beroep worden gegeven, en met de ter uitvoering hiervan door de WEU of door het in lid 7 bedoelde bestuur genomen besluiten.
5.
Geschillen betreffende het voormalige personeel van de WEU die het gevolg zijn van de uitvoering van de resterende taken van de WEU worden beslecht volgens de desbetreffende procedure in het statuut van het personeel van de WEU, als van kracht op 30 juni 2011 en daarna gewijzigd door het in lid 7 bedoelde bestuur.
De rechtspositie van het voormalige personeel van de WEU wordt beheerst door het statuut van het personeel van de WEU, zoals van kracht op 30 juni 2011 en als vervolgens gewijzigd door het in lid 7 bedoelde bestuur, en door alle toepasselijke besluiten, onder meer het sociaal plan van de WEU.
6.
De assistentie aan de tien lidstaten omvat onder meer het beheer van de lopende zaken en van eventuele juridische of financiële aangelegenheden in verband met de opheffing van de WEU, onder leiding van het in lid 7 bedoelde bestuur.
7.
De met betrekking tot de in dit artikel genoemde taken te nemen besluiten, met inbegrip van de in dit artikel bedoelde door het bestuur te nemen besluiten, worden met eenparigheid van stemmen genomen door het bestuur, dat uit vertegenwoordigers van de tien lidstaten is samengesteld. Het bestuur in deze samenstelling beslist over de wijze waarop een van de leden het voorzitterschap zal vervullen. De directeur van het SATCEN of diens vertegenwoordiger, naargelang de behoefte, wonen de vergaderingen van het bestuur in deze samenstelling bij. Het bestuur wordt ten minste eenmaal per jaar of op verzoek van ten minste drie leden door de voorzitter bijeengeroepen. Er kunnen ad-hocvergaderingen van het bestuur op deskundigenniveau worden bijeengeroepen om specifieke onderwerpen of problemen te behandelen. De besluiten van het bestuur kunnen bij schriftelijke procedure worden genomen.
8.
Het SATCEN neemt de personeelsleden in dienst die ter uitvoering van de in lid 1 vermelde taken nodig zijn. Indien een van de tien lidstaten aanbiedt om hiertoe een persoon te detacheren, wordt die persoon in dienst genomen. Als dat niet het geval is, of als niet alle ambten door detachering kunnen worden ingevuld, wordt het noodzakelijke personeel in dienst genomen. Onverminderd dit artikel zijn de voorschriften van het personeelsstatuut van het SATCEN van toepassing.
9.
Alle uitgaven en ontvangsten die verband houden met de toepassing van dit artikel worden op een geboekt op een begroting die losstaat van de begroting van het SATCEN. Die begroting wordt uiterlijk op 30 november opgesteld voor elk begrotingsjaar, dat samenvalt met het kalenderjaar, en wordt op voorstel van de directeur van het SATCEN door het in artikel 7 bedoelde bestuur vastgesteld. De ontvangsten en uitgaven van die begroting zijn in evenwicht. Die begroting bevat een lijst van de personeelsleden die overeenkomstig lid 8 in dienst zijn genomen. De ontvangsten bestaan uit bijdragen van de tien lidstaten, die worden bepaald volgens de op 30 juni 2011 geldende regels betreffende hun bijdrage aan de WEU, en uit diverse ontvangsten.
Het in lid 7 bedoelde bestuur neemt gedetailleerde financiële voorschriften aan, die los staan van de financiële voorschriften van het SATCEN, waarbij met name de te volgen procedure voor de opstelling en de uitvoering van de in de eerste alinea van dit lid bedoelde begroting wordt vermeld.
10.
Een door de tien lidstaten gefinancierd startfonds van 5,3 miljoen EUR vormt een extra waarborg dat financiële middelen beschikbaar zijn voor de uitvoering van de in dit artikel bedoelde resterende administratieve taken van de WEU, met name wat betreft de pensioenrechten.