Einde inhoudsopgave
RvdW 2018/454
Art. 81 lid 1 RO. Procesrecht, personen- en familierecht. Onderbewindstelling (art. 1:431 BW). Mocht hof acht slaan op brief waarop in gedingstukken niet met zoveel woorden beroep is gedaan?
HR 06-04-2018, ECLI:NL:HR:2018:534
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
6 april 2018
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, T.H. Tanja-van den Broek, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
17/01542
- Conclusie
A-G mr. M.L.C.C. Lückers
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:534, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 06‑04‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:111, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑02‑2018
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Procesrecht, personen- en familierecht. Onderbewindstelling (art. 1:431 BW). Mocht hof acht slaan op brief waarop in gedingstukken niet met zoveel woorden beroep is gedaan?
Partij(en)
6 april 2018
Eerste Kamer
17/01542
TT/IF
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
1. [verzoeker 1] ,wonende te [woonplaats] ,
2. [verzoeker 2] ,wonende te [woonplaats] ,
VERZOEKERS tot cassatie,
advocaat: mr. K. Aantjes,
t e g e n
1. [de moeder] ,wonende te [woonplaats] ,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. M.E. Bruning,
2. [verweerder 2] ,wonende te [woonplaats] ,
3. [verweerster ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.