Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/166
Hof heeft overwogen dat verdachte en zijn medeverdachten geldbedrag hebben verworven door medeplegen van woninginbraak, terwijl verdachte dat geldbedrag samen met anderen daadwerkelijk voorhanden heeft gehad en verdeeld. Het enkele verdelen van geldbedrag tussen medeverdachten is ontoereikend voor deze overweging. Evenwel geen cassatie omdat tevens is bewezenverklaard dat verdachte het geldbedrag tezamen en in vereniging met ander of anderen 'heeft verworven en voorhanden heeft gehad'. Uit ’s hofs oordeel dat sprake is van witwassen kan niet worden afgeleid dat de gedragingen ook gericht zijn geweest op daadwerkelijk verbergen of verhullen van criminele herkomst van het voorwerp. Volgt partiële vernietiging.
HR 14-01-2020, ECLI:NL:HR:2020:39
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
14 januari 2020
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, M.J. Borgers, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
18/05113 J
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:39, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 14‑01‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:1164, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑11‑2019
Essentie
Hof heeft overwogen dat verdachte en zijn medeverdachten geldbedrag hebben verworven door medeplegen van woninginbraak, terwijl verdachte dat geldbedrag samen met anderen daadwerkelijk voorhanden heeft gehad en verdeeld. Het enkele verdelen van geldbedrag tussen medeverdachten is ontoereikend voor deze overweging. Evenwel geen cassatie omdat tevens is bewezenverklaard dat verdachte het geldbedrag tezamen en in vereniging met ander of anderen 'heeft verworven en voorhanden heeft gehad'. Uit ’s hofs oordeel dat sprake is van witwassen kan niet worden afgeleid dat de gedragingen ook gericht zijn geweest op daadwerkelijk verbergen of verhullen van criminele herkomst ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.