RvdW 2016/714
Cassatieprocesrecht. Art. 426a lid 1 Rv. Niet-ontvankelijkheid. Verzoekschrift niet ondertekend door advocaat bij de Hoge Raad.
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
10 juni 2016
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, A.H.T. Heisterkamp, C.E. du Perron
- Zaaknummer
16/01088
- Conclusie
A-G mr. F.F. Langemeijer
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:1170, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 10‑06‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:172, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑03‑2016
Essentie
Cassatieprocesrecht. Art. 426a lid 1 Rv. Niet-ontvankelijkheid. Verzoekschrift niet ondertekend door advocaat bij de Hoge Raad.
Partij(en)
[de moeder], verzoekster tot cassatie,
tegen
Raad voor de Kinderbescherming, te Amsterdam, verweerster in cassatie, niet verschenen.
Conclusie
Conclusie A-G mr. F.F. Langemeijer:
1.
Bij beschikking van 25 februari 2015 heeft de rechtbank Amsterdam op verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming verzoekster tot cassatie (hierna: de moeder) ontheven uit het ouderlijk gezag over haar op [geboortedatum] 2007 geboren dochter.
2.
De moeder heeft hoger beroep ingesteld. Bij beschikking van 17 november 2015 (ECLI:NL:GHAMS:2015:4796) heeft het ...