Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/620
Verduistering (meermalen gepleegd) door als penningmeester gedurende zes jaar forse geldbedragen van toneelvereniging contant op te nemen en over te maken naar eigen bankrekening, art. 321 Sr. Hof was gelet op art. 358 en 359 Sv op straffe van nietigheid gehouden te beslissen op door verdediging gevoerd verweer dat verdachte heeft gehandeld uit psychische overmacht. Volgt vernietiging en terugwijzing.
HR 21-04-2020, ECLI:NL:HR:2020:763
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 april 2020
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, J.C.A.M. Claassens, M. Kuijer
- Zaaknummer
18/03433
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:763, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑04‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:201, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑03‑2020
Essentie
Verduistering (meermalen gepleegd) door als penningmeester gedurende zes jaar forse geldbedragen van toneelvereniging contant op te nemen en over te maken naar eigen bankrekening, art. 321 Sr. Hof was gelet op art. 358 en 359 Sv op straffe van nietigheid gehouden te beslissen op door verdediging gevoerd verweer dat verdachte heeft gehandeld uit psychische overmacht. Volgt vernietiging en terugwijzing.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 18/03433
Datum 21 april 2020
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, van 20 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.