Einde inhoudsopgave
Proceskostenveroordeling en toegang tot de rechter in IE-zaken (BPP nr. XIX) 2017/95
95 Uitsplitsing naar grondslagen, conventie en reconventie, hoofdzaak en incident
C.J.S. Vrendenbarg, datum 15-12-2017
- Datum
15-12-2017
- Auteur
C.J.S. Vrendenbarg
- JCDI
JCDI:ADS578981:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Voetnoten
Voetnoten
HR 30 mei 2008, ECLI:NL:HR:2008:BC2153 (Endstra/Nieuw-Amsterdam), r.o. 5.4.1. Zie ook de Indicatietarieven in IE-zaken.
Conclusie A-G Wesseling-Van Gent (ECLI:NL:PHR:2013:CA1733) inzake Boston Scientific/OrbusNeich HR 27 september 2013, ECLI:NL:HR:2013:CA1733, IER 2014/11, m.nt. F.W. E. Eijsvogels (Boston Scientific/OrbusNeich).
Zie de Indicatietarieven in IE-zaken, punt 10; Rb. Den Haag 23 oktober 2013, IER 2014/32, p. 220, m.nt. A.M.E. Verschuur (Screentime/SBS); HR 27 september 2013, ECLI: NL:HR:2013:CA1733, IER 2014/11, m.nt. F.W.E. Eijsvogels (Boston Scientific/OrbusNeich).
HR 27 september 2013, ECLI:NL:HR:2013:CA1733, IER 2014/11, r.o. 3.3.2., m.nt. F.W.E. Eijsvogels (Boston Scientific/OrbusNeich).
HR 31 mei 2013, ECLI:NL:HR:2013:BZ1983, r.o. 4.13.
HR 20 januari 2015, ECLI:NL:HR:2015:397 (Ajax/Promosports).
Vgl. F.W.E. Eijsvogels, annotatie bij HR 27 september 2013, ECLI:NL:HR:2013: CA1733, IER 2014/11 (Boston Scientific/OrbusNeich).
De Hoge Raad heeft in het Endstra-arrest geoordeeld dat toewijzing van een redelijk en evenredig gedeelte van de gevorderde proceskosten kan worden toegepast indien sprake is van een vordering die naast handhaving van een IE-recht nog een andere grondslag kent (de zogenaamde ‘gemengde procedures’). In dat geval moet worden beoordeeld welk gedeelte van de gevorderde kosten op die handhaving betrekking heeft. Het verdient daarom aanbeveling in de kostenspecificatie aan te geven welk gedeelte van de in rekening gebrachte kosten betrekking heeft op die handhaving.1 Volgens A-G Wesseling-van Gent kan deze handelwijze ook worden toegepast in de situatie wanneer in een procedure betreffende de handhaving van een IE-recht een incident wordt opgeworpen. Wanneer niet is aangegeven in de kostenspecificatie welk deel van de proceskostenveroordeling moet worden toegekend aan de hoofdzaak respectievelijk het incident, is het aan de rechter om dat vast te stellen waarbij hij rekening dient te houden met de mate van verwevenheid tussen in die procedures ingenomen stellingen.2 Deze gang van zaken vindt men ook in de eerdergenoemde gemengde procedures en in procedures in conventie en reconventie.3
De Hoge Raad besliste uiteindelijk in de zaak Boston Scientific/OrbusNeich dat wanneer sprake is van samenhangende vorderingen in conventie en reconventie doch de kosten door partijen niet zijn uitgesplitst, het de rechter vrijstaat te bepalen welk gedeelte van de telkens opgevoerde kosten aan de conventie, respectievelijk de reconventie moet worden toegerekend.4 In deze lijn matigde de Hoge Raad in het arrest Apple/Samsung de proceskosten op basis van een schatting van Apple met betrekking tot de verhouding van de kosten tussen het principale en incidentele beroep, nu Samsung zelf had nagelaten een dergelijk onderscheid te maken.5 In Ajax/Promosports had Ajax nagelaten te specificeren welk deel van de kosten op de merkenrechtelijke grondslag ziet, waarna de Hoge Raad dit ambtshalve begrootte op 50%.6 Ter voorkoming van discussie of zelfs een eventuele afwijzing van de vordering op grond van tardieve specificatie is het – nogmaals – raadzaam reeds in de kostenspecificatie aan te geven op welk deel van de procedure (hoofdzaak/incident/provisie etc.) de kosten betrekking hebben. Om dezelfde reden doen partijen er goed aan om tijdig te specificeren welke kosten betrekking hebben op vorderingen ter handhaving van IE-rechten en de overige vorderingen. Een alternatief is dat partijen vooraf proberen overeenstemming te krijgen over het bedrag dat zal worden toegewezen aan de winnende partij, en over het percentage van de kosten dat aan een incident, aan de conventie/reconventie of aan het principale/incidentele appel/beroep dient te worden toegerekend.7 In de Indicatietarieven van 1 januari 2015 staat dat partijen in de specificatie een indicatie moeten opnemen welk deel van de gevorderde kosten moet worden toegerekend aan het deel van de procedure dat op de inbreukvraag betrekking heeft. Als partijen het eens zijn, dan zal daarvan worden uitgegaan. In geval van gemotiveerde betwisting of bij gebreke van een deugdelijke opgave zal een schatting worden gemaakt. Eenzelfde bepaling is opgenomen in de Indicatietarieven die sinds 2017 gelden.