Hof Den Haag, 16-02-2022, nr. 2200453318
ECLI:NL:GHDHA:2022:203
- Instantie
Hof Den Haag
- Datum
16-02-2022
- Zaaknummer
2200453318
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:GHDHA:2022:203, Uitspraak, Hof Den Haag, 16‑02‑2022; (Hoger beroep)
Cassatie: ECLI:NL:HR:2023:1316
Uitspraak 16‑02‑2022
Inhoudsindicatie
Veroordeling voor oplichting, poging tot oplichting in eendaadse samenloop met opzettelijk gebruik maken van vervalste facturen en witwassen. De veroordeelde heeft zich schuldig gemaakt aan fraude door een e-mail te versturen met daarbij gevoegd een achttal valse facturen. Hiermee heeft hij aangeefster bewogen tot afgifte van een geldbedrag van in totaal € 82.628,77. Nu aangeefster bij twee facturen niet overgegaan is tot betaling, in die gevallen poging oplichting bewezenverklaard. De veroordeelde heeft, nadat hij het geld naar een andere bankrekening had overgeboekt, deels contant opgenomen en volledig uitgegeven. Hij heeft zich schuldig gemaakt aan het witwassen van € 62.629,27. Overwegingen met betrekking tot gebruik IP-adres en usernames door de veroordeelde. Overweging ten aanzien van het witwassen nu ten aanzien van het verwerven of voorhanden hebben van voorwerpen die onmiddellijk uit eigen misdrijf afkomstig zijn niet zonder meer geldt dat die gedragingen als witwassen kunnen worden gekwalificeerd.
Rolnummer: 22-004533-18
Parketnummer: 10-996656-17
Datum uitspraak: 16 februari 2022
TEGENSPRAAK
Gerechtshof Den Haag
meervoudige kamer voor strafzaken
Arrest
gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 8 november 2018 in de strafzaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1959,
adres: [adres].
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van dit hof.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
Procesgang
In eerste aanleg is de verdachte ter zake van het onder 1 primair, 2, 3 tweede alternatief/cumulatief en 4 tenlastegelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 9 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 3 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren. Voorts is de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in de vordering.
Namens de verdachte is tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is - na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting in eerste aanleg - tenlastegelegd dat:
1. primairhij in of omstreeks de periode van 18 mei 2017 tot en met 29 mei 2017 te Amersfoort en/of Culemborg en/of Rotterdam en/of Deurne, althans in Nederland, tezamen en in verenging met (een) ander(en), althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [bedrijf 1] heeft bewogen tot de afgifte van een of meer geldbedragen van in totaal 82.628,77 euro, althans (telkens) een geldbedrag, in elk geval van enig goed, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid (onder meer) die [bedrijf 1] (per e-mail) benaderd en/of zich naar die [bedrijf 1] voorgedaan als zijnde een vertegenwoordiger van [bedrijf 2] en/of in die valse hoedanighe(i)d(en) en/of gebruik makend van dat/die (valse) bedrijfsnaam
- -
die [bedrijf 1] (via de mailbox [mailbox 1]) een of meer factu(u)r(en) (met factuurnummer(s) NL1740002679 en/of NL1740002654 en/of NL1740002725 en/of NL1740002726 en/of NL1740002727 en/of NL1740002728) verstrekt en/of doen toekomen, welke factu(u)r(en) waren voorzien van het rekeningnummer [rekeningnummer 1] en/of de SWIFT code INGBNL2A en/of de tekst"!!! LET OP REKENINGNUMMER GEWIJZIGD ! !!" of woorden van gelijke strekking; en/of
- -
die [bedrijf 1] medegedeeld dat het rekeningnummer van [bedrijf 2] per 17 mei 2017 is gewijzigd en/of die [bedrijf 1] verzocht genoemde factu(u)r(en) te (laten) voldoen op het rekeningnummer [rekeningnummer 1];
waardoor die [bedrijf 1] werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
1. subsidiairhij op één of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 18 mei 2017 tot en met 13 februari 2018 te Amersfoort en/of Culemborg en/of Rotterdam en/of Deurne, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) opzettelijk enig goed, te weten één of meerdere geldbedrag(en) ter hoogte van (ongeveer)(in totaal) 62.629,27 euro, althans (telkens) één of meerdere geldbedrag(en), dat/die geheel of ten dele aan [bedrijf 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, toebehoorde(n) en welk(e) goed(eren) verdachte anders dan door misdrijf onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend
1. meer subsidiairhij op één of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 18 mei 2017 tot en met 31 mei 2017 te Amersfoort en/of Culemborg en/of Rotterdam en/of Deurne, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) enig goed, te weten één of meerdere geldbedrag(en) ter hoogte van (ongeveer)(in totaal) 62.629,27 euro, althans (telkens) één of meerdere geldbedrag(en), dat geheel of ten dele aan [bedrijf 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, toebehoorde heeft weggenomen, zulks met het oogmerk om dit/deze geldbedrag(en) zich wederrechtelijk toe te eigenen.
2.hij in of omstreeks de periode van 18 mei 2017 tot en met 29 mei 2017 te Amersfoort en/of Culemborg en/of Rotterdam en/of Deurne, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen, door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [bedrijf 1] te bewegen tot de afgifte van een of meer geldbedrag(en) van 13.612,50 euro en/of 13.645,17 euro, althans (telkens) een geldbedrag, in elk geval van enig goed, met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid (onder meer) die [bedrijf 1] (per e-mail) heeft benaderd en/of zich naar die [bedrijf 1] heeft voorgedaan als zijnde een vertegenwoordiger van [bedrijf 2] en/of in die valse hoedanighe(i)d(en) en/of gebruik makend van dat/die (valse) bedrijfsnaam
- -
die [bedrijf 1] (via de mailbox [mailbox 1]) een of meer factu(u)r(en) (met factuurnummer(s) NL1740002802 en/of NL1740002989) heeft verstrekt en/of doen toekomen, welke factu(u)r(en) waren voorzien van het rekeningnummer [rekeningnummer 1] en/of de SWIFT code INGBNL2A en/of de tekst"!!! LET OP REKENINGNUMMER GEWIJZIGD !!!" of woorden van gelijke strekking; en/of
- -
die [bedrijf 1] heeft medegedeeld dat het rekeningnummer van [bedrijf 2] per 17 mei 2017 is gewijzigd en/of die [bedrijf 1] heeft verzocht genoemde factu(u)r(en) te (laten) voldoen op het rekeningnummer [rekeningnummer 1];
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
3.hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 19 april 2017 tot en met 18 mei 2017 (telkens) te Amersfoort en/of Deurne en/of Rotterdam en/of Culemborg, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal,
(een) factu(u)r(en) (telkens) op naam van [bedrijf 2] gericht aan [bedrijf 1], te weten:
een factuur met factuurnummer NL1740002679 d.d. 20 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002654 d.d. 19 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002725 d.d. 21 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002726 d.d. 21 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002727 d.d. 21 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002728 d.d. 21 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002802 d.d. 25 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002989 d.d. 8 mei 2017;
zijnde (telkens) een geschrift bestemd om tot bewijs van enig feit te dienen, (telkens) valselijk heeft
opgemaakt en/of heeft vervalst en/of valselijk heeft doen opmaken en/of heeft doen vervalsen,
immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader(s), (telkens) valselijk en in strijd met de
waarheid genoemde factu(u)r(en) (onder meer) - zakelijk weergegeven - voorzien van het
rekeningnummer [rekeningnummer 1] en/of de SWIFT code INGBNL2A en/of de tekst "!!! LET OP REKENINGNUMMER GEWIJZIGD !!!" of woorden van gelijke strekking, als ware het rekeningnummer [rekeningnummer 1] het (gewijzigde) rekeningnummer van [bedrijf 2], terwijl in
werkelijkheid [bedrijf 3] de tenaamgestelde is/was van het rekeningnummer [rekeningnummer 1], in elk geval het rekeningnummer [rekeningnummer 1] een ander
rekeningnummer betreft dan het rekeningnummer van [bedrijf 2], zulks met het oogmerk om dit/deze geschrift(en) (telkens) als echt en onvervalst te gebruiken en/of door anderen te doen gebruiken.
en/of
hij op een of meer tijdstippen op of omstreeks 18 mei 2017 (telkens) te Amersfoort en/of Deurne en/of Rotterdam en/of Culemborg, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, opzettelijk gebruik heeft gemaakt van en/of opzettelijk heeft afgeleverd en/of voorhanden heeft gehad (een) factu(u)r(en) (telkens) op naam van [bedrijf 2] gericht aan [bedrijf 1], te weten:
een factuur met factuurnummer NL1740002679 d.d. 20 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002654 d.d. 19 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002725 d.d. 21 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002726 d.d. 21 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002727 d.d. 21 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002728 d.d. 21 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002802 d.d. 25 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002989 d.d. 8 mei 2017;
zijnde (telkens) een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen - als ware het
echt en onvervalst,
bestaande die valsheid of vervalsing hierin dat (telkens) valselijk en in strijd met de waarheid genoemde factu(u)r(en) (onder meer) - zakelijk weergegeven - voorzien zijn van het rekeningnummer [rekeningnummer 1] en/of de SWIFT code INGBN12A en/of de tekst "!!! LET OP
REKENINGNUMMER GEWIJZIGD !!!" of woorden van gelijke strekking, als ware het rekeningnummer [rekeningnummer 1] het (gewijzigde) rekeningnummer van [bedrijf 2] , terwijl in werkelijkheid [bedrijf 3] de tenaamgestelde is/was van het rekeningnummer
[rekeningnummer 1], in elk geval het rekeningnummer [rekeningnummer 1] een ander rekeningnummer betreft dan het rekeningnummer van [bedrijf 2],
bestaande dat gebruikmaken en/of afleveren hierin dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s), genoemde factu(u)r(en) heeft/hebben verstrekt en/of doen toekomen aan [bedrijf 1] (via de mailbox [mailbox 1]) met het verzoek het op de factu(u)r(en) vermelde bedragen te voldoen op het op die factu(u)r(en) genoemde rekeningnummer, terwijl hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat deze factu(u)r(en)
bestemd was/waren tot gebruik als ware dit/deze geschrift(en) echt en onvervalst;
4. primairhij op één of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 18 mei 2017 tot en met 13 februari 2018 te Amersfoort en/of Culemborg en/of Rotterdam en/of Deurne, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meerdere malen, althans eenmaal
a. a) (telkens) van één of meerdere voorwerp(en), te weten één of meerdere geldbedrag(en) ter hoogte van (ongeveer)(in totaal) 82.628,77 euro, althans { 62.629,27 euro, althans (telkens) van één of meerdere geldbedrag(en), de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding, de verplaatsing heeft verborgen en/of verhuld, en/of heeft verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende(n) op genoemd(e) geldbedrag(en) was/waren, en/of heeft verborgen en/of verhuld wie genoemd(e) geldbedrag(en)voorhanden heeft/hebben gehad, terwijl hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs moest (en) vermoeden dat bovenomschreven geldbedrag(en) - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig misdrijf,
en/of
b) (telkens) één of meerdere voorwerp(en), te weten één of meerdere geldbedrag(en) ter hoogte van (ongeveer)(in totaal) 82.628,77 euro, althans 62.629,27 euro, althans (telkens) één of meerdere geldbedrag(en), heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen en/of van dat/die geldbedrag(en) gebruik heeft gemaakt, terwijl hij en/of zijn mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs kon(den) vermoeden, dat bovenomschreven geldbedrag(en) geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig(e) misdrijf/misdrijven;
4. subsidiairhij op één of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 18 mei 2017 tot en met 13 februari 2018 te Amersfoort en/of Culemborg en/of Rotterdam en/of Deurne, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een voorwerp, te weten een geldbedrag ter hoogte van (ongeveer)(in totaal) 19.999,50 euro, althans een geldbedrag, heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad terwijl hij en/of zijn mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs kon(den) vermoeden, dat bovenomschreven geldbedrag(en) geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig(e)(eigen) misdrijf/misdrijven.
Vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep zal worden bevestigd.
Het vonnis waarvan beroep
Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven omdat het hof zich daarmee niet verenigt.
Overwegingen van het hof
Vaststelling feiten
In het onderzoek onder de naam Petal is de verdenking gerezen dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan oplichting, poging tot oplichting, het (meermalen) plegen van valsheid in geschrift en aan witwassen. Op grond van de door het hof gebezigde bewijsmiddelen gaat het hof uit van de volgende feiten en omstandigheden.
Op 20 mei 2017 is namens [bedrijf 1] aangifte gedaan ter zake van oplichting en poging tot oplichting. Uit de aangifte volgt dat de aangeefster op 18 mei 2017 een
e-mail heeft ontvangen van haar klant [bedrijf 2]. Daarin werd melding gemaakt van een gewijzigd rekeningnummer en verzocht om overmaking van de in de acht bijgevoegde facturen genoemde bedragen naar dat rekeningnummer. De bijgevoegde facturen waren vrijwel identiek aan acht facturen die aangeefster al eerder had ontvangen van [bedrijf 2], met dien verstande dat daarop nu een gewijzigd rekeningnummer van [bedrijf 2] stond, vergezeld van de tekst "LET OP REKENINGNUMMER GEWIJZIGD". Aangeefster heeft zes van deze facturen betaald via overboeking op het gewijzigde rekeningnummer, maar ontving later bericht van [bedrijf 2] dat de facturen niet betaald waren. Via haar bank kwam aangeefster erachter dat het `gewijzigde rekeningnummer' niet op naam van [bedrijf 2] stond.
Uit het onderzoek van de politie is naar voren gekomen dat het aangepaste bankrekeningnummer op voornoemde facturen van [bedrijf 2] is afgegeven aan een bedrijf van de verdachte, te weten [bedrijf 3] Vast is komen te staan dat de bijgevoegde facturen waren vervalst. Verder is vast komen te staan dat aangeefster - op grond van zes van die valse facturen - een geldbedrag van in totaal€ 82.628,77 heeft gestort op de betreffende bankrekening van [bedrijf 3] Uit onderzoek is verder gebleken dat de verdachte € 62.629,27 van de rekening van [bedrijf 3] heeft overgeboekt naar een rekening van [bedrijf 4], een ander bedrijf van de verdachte. Vervolgens heeft de verdachte dat bedrag in contanten opgenomen.
De politie heeft onderzoek gedaan naar het IP-adres 93.158.200.241, nu daarvandaan de e-mail met de valse facturen van [bedrijf 2] naar aangeefster is verzonden. Uit dat onderzoek is gebleken dat de e-mail is verzonden op 17 mei 23:11 uur Nederlandse tijd (18 mei 2017, 00:11 +0200) vanaf hetzelfde IP-adres dat op 18 mei 2017 om 20:10 uur is gebruikt om in te loggen op de bankrekening van [bedrijf 3] Bij dat inloggen is gebruik gemaakt van de inloggegevens van de verdachte. Naar eigen zeggen was de verdachte de enige die met die gegevens inlogde.
Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft vrijspraak bepleit ten aanzien van alle tenlastegelegde feiten. Daartoe is, kort samengevat, het volgende aangevoerd.
Onvoldoende kan worden uitgesloten dat een derde verantwoordelijk is geweest voor het versturen van de facturen vanaf het IP-adres dat aan de verdachte wordt gelinkt.
Tevens kan niet uitgesloten worden dat een ander dan de verdachte toegang had tot de rekening van [bedrijf 3] via het gebruikersaccount [username 1], nu de verdachte stelt dat hij enkel bekend was met de usernames [username 2] en [username 3].
Voorts heeft de verdediging aangevoerd dat het
‘X-Originating-IP’ adres dat in de header van de betreffende e-mail voorkomt, te weten 74.208.4.201, naar een ander dan naar de verdachte wijst en dat nagelaten is om daarnaar nader onderzoek in te stellen.
Tot slot heeft de verdediging aangevoerd dat de header-informatie niet door een daartoe bevoegd persoon is vastgelegd of bevroren. Uit openbare bronnen volgt dat headergegevens makkelijk te manipuleren zijn. Daarom heeft de verdediging het hof verzocht om de header-informatie uit te sluiten van het bewijs, nu de betrouwbaarheid en authenticiteit daarvan niet kan worden gegarandeerd.
Beoordeling van het hof
Het hof stelt voorop dat door de verdediging weliswaar is gesuggereerd dat daadwerkelijk door een ander dan de verdachte is ingelogd op de internetbankieromgeving van een bedrijf van de verdachte, maar dat die suggestie onvoldoende is geconcretiseerd en ook overigens niet is gebleken.
IP-adres 93-158.200.241
Het hof stelt vast dat met de volgende IP-adressen op 16 (93.158.200.242), 18 (93.158.200.241), 19 (93.158.200.243 en 93.158.200.240) en 25 mei 2017 (93.158.200.242 en 93.158.200.240) en op 2 juni 2017 (93.158.200.242) is ingelogd op het bankrekeningnummer van [bedrijf 3] waarbij de device ID’s steeds (behalve op 2 juni 2017) identiek waren (Mozilla/5.0 (Windows NT 10.0). Het hof stelt vast dat uit bijlage 181 bij het proces-verbaal blijkt dat aan het IP-adres 93.158.200.241 de hostname blade-server.leasevps.com is verbonden. Een WHOIS-bevraging in openbare bronnen leert dat de in diezelfde bijlage genoemde Internet Service Provider Serverius Holding B.V. de IP-adressen in de range 93.158.200.0/24 (met andere woorden, de IP-adressen van 93.158.200.0 tot en met 93.158.200.256) heeft uitgegeven aan de host blade-server.leasevps.com. Het hof stelt op grond van deze bevindingen en gezien hetgeen reeds is vastgesteld omtrent het inloggen op de bankrekening van [bedrijf 3] vast dat de verdachte op 18 mei 2017 gebruiker was van het IP-adres waarmee de onderhavige facturen zijn verstuurd.
Username
Uit bijlage 179, het document ‘IP-adressen bankrekening [rekeningnummer 1] tnv [bedrijf 3]’, volgt dat er gebruik is gemaakt van een drietal usernames te weten, [username 2], [username 3] en [username 1] om in te loggen op het internetbankieraccount van [bedrijf 3]. Vanaf 4 mei 2016 tot en met 7 juli 2016 is slechts gebruik gemaakt van twee van deze usernames, te weten [username 3] en [username 1]. Na 7 juli 2016 is enkel nog gebruik gemaakt van de usernames [username 3] en [username 2]. Dat betekent dat de suggestie van de verdediging dat een ander via het gebruikersaccount met de username [username 1] op 18 mei 2017 daadwerkelijk toegang heeft gehad tot de bankrekening van [bedrijf 3] iedere feitelijke onderbouwing mist en eveneens als onaannemelijk terzijde wordt gesteld.
X-originating-IP adres
Zoals reeds ter zitting voorgehouden is via whatismyipadress.com de volgende informatie beschikbaar over IP-adres 74.208.4.201:
Het hof stelt vast dat het IP-adres toebehoort aan de ISP 1&1 Internet AG en als vermoedelijke mail server wordt aangeduid. Verdere WHOIS-bevraging leert dat bij hetIP-adres de hostname mout.gmx.com behoort. Dit komt overeen met de volgende regel in de header van het betreffende e-mailbericht “Received: from (unresolved) ([74.208.4.201] HELO=mout.gmx.com)”. Dit alles leidt tot de vaststelling dat het IP-adres 74.208.4.201 behoort bij een e-mailproviderdienst en derhalve niet duidt op de betrokkenheid van een ander dan verdachte bij de inhoud en/of verzending van de e-mail. Het verweer van de raadsman dat het IP-adres naar iemand anders dan de verdachte wijst en dat ten onrechte nagelaten is om nader onderzoek hiernaar te doen wordt dan ook verworpen.
Header-informatie
Het hof ziet gelet op de inhoud van het dossier en het verhandelde ter zitting geen aanwijzingen voor de gesuggereerde manipulatie van de header-informatie en heeft dan ook geen aanleiding om te twijfelen aan de betrouwbaarheid van deze gegevens. Die suggestie impliceert immers dat een onbekende derde het IP-adres van de afzender van de e-mail ‘gespoofd’ heeft. Daartoe zou op zijn minst vereist zijn dat die derde wetenschap had van het IP-adres dat verdachte op het moment van het verzenden van de e-mail gebruikte. Los van het feit dat enige onderbouwing van het zich voordoen van die uitzonderlijke situatie ontbreekt, zou de enige redelijk denkbare reden voor die derde om tot een dergelijke spoofing over te gaan zijn om door middel van de bij de e-mail behorende valse facturen geld van [bedrijf 2] afhandig te maken en daadwerkelijk de beschikking te krijgen over de daarmee gemoeide bedragen. Het was echter de verdachte die de vruchten van de valse facturen heeft geplukt. Gelet op het voorgaande is er geen aanleiding er, zoals door de raadsman is verzocht, toe over te gaan de header-informatie uit te sluiten van het bewijs.
Conclusie
Naar het oordeel van het hof is op grond van het voorgaande – in samenhang bezien met de inhoud van de door het hof gebezigde bewijsmiddelen - buiten redelijke twijfel vast komen te staan dat het de verdachte is geweest die de in de feiten 1 tot en met 3 genoemde vervalste facturen heeft verzonden, die vervolgens door [persoon 1] zijn verwerkt.
Het hof is met de rechtbank van oordeel dat niet kan worden vastgesteld dat de verdachte de facturen ook zelf heeft vervalst, maar slechts dat hij van die vervalste facturen gebruik heeft gemaakt. De verdachte zal om die reden worden vrijgesproken van het deel van de tenlastelegging.
Getuigenverzoeken
Mede gelet op het voorgaande ziet het hof geen aanleiding om terug te komen op de ter regiezitting genomen beslissingen ten aanzien van het horen van de getuigen[getuige 1], [getuige 2], [getuige 3], [getuige 4] en[getuige 5].
In het licht van het voorgaande acht het hof het voorts ook niet noodzakelijk dat de op 13 oktober 2021 verzochte getuigen [getuige 6], [getuige 7], [getuige 8] en [getuige 9] worden gehoord. Het hof acht zich voor wat betreft het onderwerp waarover deze getuigen gehoord zouden moeten worden voldoende ingelicht.
Ten aanzien van het onder 4 tenlastegelegde
De verdediging heeft ten aanzien van het aan de verdachte tenlastegelegde witwassen – kort samengevat - aangevoerd dat de verdachte meende recht te hebben op het geld dat op zijn rekening werd overgemaakt. De verdachte is slechts onvoorzichtig geweest en dient ook van dit feit te worden vrijgesproken.
Naar het oordeel van het hof volgt uit het voorgaande – in samenhang bezien met de inhoud van de gebezigde bewijsmiddelen – genoegzaam dat het de verdachte is geweest die de vervalste facturen heeft verzonden aan [bedrijf 1], hetgeen ertoe heeft geleid dat hij de beschikking kreeg over het geld dat vervolgens werd overgemaakt en uiteindelijk contant door de verdachte werd opgenomen. Nu het in de bewezenverklaring van feit 4 genoemd geldbedrag afkomstig is van de door de verdachte zelf begane oplichting kan het niet anders dan dat hij wist dat dat geld van misdrijf afkomstig was.
Ten overvloede overweegt het hof nog dat het bestaan van de door de verdachte genoemde [getuige 5], van wie de verdachte geld geleend zou hebben, in het geheel niet aannemelijk is geworden. Dat laatste geldt evenzeer voor de gestelde geldlening. Het hof stelt hetgeen dienaangaande door en namens de verdachte is aangevoerd dan ook als ongeloofwaardig terzijde.
Ambtshalve overweegt het hof ten aanzien van het onder 4 tenlastegelegde voorts nog dat naar het oordeel van het hof is komen vast te staan dat de verdachte de vervalste facturen heeft verzonden. Het geld dat de verdachte vervolgens – na overboeking op een zakelijke rekening en overschrijving naar een andere bankrekening -vervolgens contant heeft opgenomen en heeft uitgegeven is zodoende afkomstig is uit eigen misdrijf.
Ten aanzien van het verwerven of voorhanden hebben van voorwerpen die onmiddellijk uit eigen misdrijf afkomstig zijn, geldt dat die gedragingen niet zonder meer als witwassen kunnen worden gekwalificeerd.
Wanneer het gaat om witwassen bestaande uit het verwerven of voorhanden hebben van een voorwerp dat onmiddellijk afkomstig is uit een door de verdachte zelf begaan misdrijf, moeten de gedragingen van de verdachte ook (kennelijk) gericht zijn geweest op het daadwerkelijk verbergen of verhullen van de criminele herkomst van het voorwerp.
Er moet dus sprake zijn van een gedraging die meer omvat dan het enkele verwerven of voorhanden hebben en die een op het daadwerkelijk verbergen of verhullen van de criminele herkomst van dat door eigen misdrijf verkregen voorwerp gericht karakter heeft (vgl. HR 26 oktober 2010, ECLI:NL:HR:2010:BM4440; HR 8 januari 2013, ECLI:NL:HR:2013:BX4449 en
HR 17 december 2013, ECLI:NL:HR:2013:2001).
Ook in het bijzondere geval dat overdragen, gebruikmaken of omzetten van een uit eigen misdrijf afkomstig voorwerp plaatsvindt onder omstandigheden die niet wezenlijk verschillen van de situatie waarin de verdachte een onmiddellijk uit eigen misdrijf verkregen voorwerp verwerft of voorhanden heeft, geldt dat, wil het handelen kunnen worden aangemerkt als witwassen, sprake dient te zijn van een gedraging die een op het daadwerkelijk verbergen of verhullen van de criminele herkomst van dat voorwerp gericht karakter heeft (vgl. HR 25 maart 2014, ECLI:NL:HR:2014:716, HR 7 oktober 2014, ECLI:NL:HR:2014:2913 en HR 2 maart 2021, ECLI:NL:HR:2021:321).
Het hof stelt in dat kader vast dat de verdachte het in de bewezenverklaring genoemde geldbedrag niet alleen heeft overgeboekt van de rekening van [bedrijf 3] naar de rekening van [bedrijf 4], maar dat bedrag vervolgens ook contant heeft opgenomen en heeft uitgegeven, waardoor het geld niet meer traceerbaar is.
Op grond van de hiervoor opgesomde feiten en omstandigheden, in het bijzonder de gedragingen van de verdachte met betrekking tot het uitgeven van het volledige contant opgenomen bedrag, is het hof van oordeel dat de verdachte in het onderhavige geval handelingen heeft verricht die er naar hun uiterlijke verschijningsvorm op gericht zijn geweest de criminele herkomst van het geld te verbergen of te verhullen.
Het hof komt aldus tot de conclusie dat het onder 4 bewezenverklaarde (ook voor wat betreft hetgeen onder b bewezen is verklaard) strafbaar is en dat zich niet de in de eerder aangehaalde rechtspraak genoemde kwalificatie-uitsluitingsgrond voordoet.
Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 primair, 2, 3 en 4 primair tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
Feit 1 primair:
hij in of omstreeks de periode van 18 mei 2017 tot en met 29 mei 2017 te Amersfoort en/of Culemborg en/of Rotterdam en/of Deurne, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [bedrijf 1] heeft bewogen tot de afgifte van een of meer geldbedragen van in totaal 82.628,77 euro, althans (telkens) een geldbedrag, in elk geval van enig goed, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid (onder meer) die [bedrijf 1] (per e-mail) benaderd en/of zich naar die [bedrijf 1] voorgedaan als zijnde een vertegenwoordiger van [bedrijf 2] en/of in die valse hoedanighe(i)d(en) en/of gebruik makend van dat/die (valse) bedrijfsnaam:
- die [bedrijf 1] (via de mailbox [mailbox 1]) een of meer factu(u)r(en) (met factuurnummer(s) NL1740002679 en/of NL1740002654 en/of NL1740002725 en/of NL1740002726 en/of NL1740002727 en/of NL1740002728) verstrekt en/of doen toekomen, welke factu(u)r(en) waren voorzien van het rekeningnummer [rekeningnummer 1] en/of de SWIFT code INGBNL2A en/of de tekst "!!! LET OP REKENINGNUMMER GEWIJZIGD !!!" of woorden van gelijke strekking; en/of
- die [bedrijf 1] medegedeeld dat het rekeningnummer van [bedrijf 2] per 17 mei 2017 is gewijzigd en/of die [bedrijf 1] verzocht genoemde factu(u)r(en) te (laten) voldoen op het rekeningnummer [rekeningnummer 1];
waardoor die [bedrijf 1] werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
Feit 2:
hij in of omstreeks de periode van 18 mei 2017 tot en met 29 mei 2017 te Amersfoort en/of Culemborg en/of Rotterdam en/of Deurne, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [bedrijf 1] te bewegen tot de afgifte van een of meer geldbedrag(en) van 13.612,50 euro en/of 13.645,17 euro, althans (telkens) een geldbedrag, in elk geval van enig goed, met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven – valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid (onder meer) die [bedrijf 1] (per e-mail) heeft benaderd en/of zich naar die [bedrijf 1] heeft voorgedaan als zijnde een vertegenwoordiger van [bedrijf 2] en/of in die valse hoedanighe(i)d(en) en/of gebruik makend van dat/die (valse) bedrijfsnaam:
- die [bedrijf 1] (via de mailbox [mailbox 1]) een of meer
factu(u)r(en) (met factuurnummer(s) NL1740002802 en/of NL1740002989) heeft verstrekt en/of doen toekomen, welke factu(u)r(en) waren voorzien van het rekeningnummer [rekeningnummer 1] en/of de SWIFT code INGBNL2A en/of de tekst "!!! LET OP REKENINGNUMMER GEWIJZIGD !!!" of woorden van gelijke strekking; en/of
- die [bedrijf 1] heeft medegedeeld dat het rekeningnummer van [bedrijf 2] per 17 mei 2017 is gewijzigd en/of die [bedrijf 1]
heeft verzocht genoemde factu(u)r(en) te (laten)
voldoen op het rekeningnummer [rekeningnummer 1],
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
Feit 3(Tweede alternatief/cumulatief):
hij op een of meer tijdstippen op of omstreeks 18 mei 2017 (telkens) te Amersfoort en/of Deurne en/of Rotterdam en/of Culemborg, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, opzettelijk gebruik heeft gemaakt van en/of opzettelijk heeft afgeleverd en/of voorhanden heeft gehad (een) vervalste factu(u)r(en) (telkens) op naam van [bedrijf 2] gericht aan [bedrijf 1], te weten:
een factuur met factuurnummer N11740002679 d.d. 20 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002654 d.d. 19 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002725 d.d. 21 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002726 d.d. 21 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002727 d.d. 21 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer N11740002728 d.d. 21 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002802 d.d. 25 april 2017 en/of
een factuur met factuurnummer NL1740002989 d.d. 8 mei 2017;
zijnde (telkens) een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen - als ware het echt en onvervalst,
bestaande die valsheid of vervalsing hierin dat (telkens) valselijk en in strijd met de waarheid genoemde factu(u)r(en) (onder meer) - zakelijk weergegeven - voorzien zijn van het rekeningnummer [rekeningnummer 1] en/of de SWIFT code INGBNL2A en/of de tekst "!!! LET OP REKENINGNUMMER GEWIJZIGD !!!" of woorden van gelijke strekking, als ware het rekeningnummer
[rekeningnummer 1] het (gewijzigde) rekeningnummer van [bedrijf 2], terwijl in werkelijkheid [bedrijf 3] de tenaamgestelde is/was van het rekeningnummer [rekeningnummer 1], in elk geval het rekeningnummer [rekeningnummer 1] een ander rekeningnummer betreft dan het rekeningnummer van [bedrijf 2],
bestaande dat gebruikmaken en/of afleveren hierin dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s), genoemde factu(u)r(en) heeft/hebben verstrekt en/of doen toekomen aan [bedrijf 1] (via de mailbox [mailbox 1]) met het verzoek het op de factu(u)r(en) vermelde bedragen te voldoen op het op die factu(u)r(en) genoemde rekeningnummer, terwijl hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat deze factu(u)r(en) bestemd was/waren tot gebruik als ware dit/deze geschrift(en) echt en onvervalst.
Feit 4:
hij op één of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 18 mei 2017 tot en met 13 februari 2018 te Amersfoort en/of Culemborg en/of Rotterdam en/of Deurne, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meerdere malen, althans
eenmaal
a. a) (telkens) van één of meerdere voorwerp(en), te weten één of meerdere geldbedrag(en) ter hoogte van (ongeveer)(in totaal) 82.628,77 euro, althans € 62.629,27 euro, althans (telkens) van één of meerdere geldbedrag(en), de werkelijke aard, de herkomst en de vindplaats, de vervreemding, de
verplaatsing heeft verborgen en/of verhuld, en/of heeft verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende(n) op genoemd(e) geldbedrag(en) was/waren, en/of heeft verborgen en/of verhuld wie genoemd(e) geldbedrag(en) voorhanden heeft/hebben gehad, terwijl hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs moest (en) vermoeden dat bovenomschreven geldbedrag(en) - onmiddellijk of middellijk — afkomstig was/waren uit enig misdrijf,
en/of
b) (telkens) één of meerdere voorwerp(en), te weten één of meerdere geldbedrag(en) ter hoogte van (ongeveer)(in totaal) 82.628,77 euro, althans 62.629,27 euro, althans (telkens) één of meerdere geldbedrag(en), heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen en/of van dat/die geldbedrag(en) gebruik heeft gemaakt, terwijl hij en/of zijn mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs kon(den) vermoeden, dat bovenomschreven geldbedrag(en) geheel of gedeeltelijk — onmiddellijk of middellijk — afkomstig was/waren uit enig(e) misdrijf/misdrijven,
Hetgeen meer of anders is tenlastegelegd, is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten dan wel omissies voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewijsvoering
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring.
In die gevallen waarin de wet aanvulling van het arrest vereist met de bewijsmiddelen dan wel, voor zover artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering wordt toegepast, met een opgave daarvan, zal zulks plaatsvinden in een aanvulling die als bijlage aan dit arrest zal worden gehecht.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het onder 1 primair, 2 en 3 en 4 primair bewezenverklaarde levert op:
oplichting
en
poging tot oplichting
in eendaadse samenloop met
opzettelijk van een geschrift, als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, gebruikmaken en dat geschrift afleveren en voorhanden hebben, terwijl hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat dit geschrift bestemd is voor gebruik als ware het echt en onvervalst, meermalen gepleegd
en
witwassen.
Strafbaarheid van de verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.
Strafmotivering
Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en op grond van de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan is gebleken uit het onderzoek ter terechtzitting.
Daarbij heeft het hof in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan fraude door een e-mail te versturen met daarbij gevoegd een achttal valse facturen. Hiermee heeft hij aangeefster bewogen tot afgifte van een geldbedrag van in totaal € 82.628,77. Nu aangeefster bij twee facturen niet overgegaan is tot betaling, is in die gevallen een poging tot oplichting bewezenverklaard. De verdachte heeft dit geld, nadat hij het naar een andere bankrekening had overgeboekt, deels contant opgenomen en volledig uitgegeven. Door aldus te handelen heeft de verdachte zich tevens schuldig gemaakt aan het witwassen van € 62.629,27.
De verdachte heeft misbruik gemaakt van bestaande facturen en slechts oog gehad voor eigen financieel gewin. Dit is een vorm van valsheid in geschrifte en oplichting die niet alleen het economisch verkeer aantast, maar ook in meer algemene zin het maatschappelijk vertrouwen van mensen in elkaar onderling. Het hof rekent dit de verdachte zwaar aan.
Het hof heeft in het nadeel van de verdachte acht geslagen op een de verdachte betreffend uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 17 januari 2022, waaruit blijkt dat de verdachte reeds eerder – zij het al wat langer geleden - is veroordeeld voor het plegen van een soortgelijk feit.
Het hof is - alles afwegende - van oordeel dat een geheel onvoorwaardelijke gevangenisstraf van na te melden duur een passende en geboden reactie vormt. De oplegging van een voorwaardelijk strafdeel in aanvulling op die onvoorwaardelijke gevangenisstraf acht het hof – mede gelet op de recente veroordeling tot een forse vrijheidsstraf en de omstandigheid dat die strafzaak thans nog in hoger beroep loopt – niet opportuun.
Tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de veroordeelde in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidsstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 1 primair, 2, 3 en 4 primair tenlastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 1 primair, 2, 3 en 4 primair bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 (zes) maanden.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Dit arrest is gewezen door mr. Chr.A. Baardman,mr. J.W. van den Hurk en mr. B.P. de Boer, in bijzijn van de griffier mr. C.M. Jellema.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 16 februari 2022.