Einde inhoudsopgave
Overeenkomst inzake overheidsopdrachten
Artikel XXII Slotbepalingen
Geldend
Geldend vanaf 06-04-2014
- Bronpublicatie:
30-03-2012, Trb. 2014, 16 (uitgifte: 29-01-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
06-04-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-11-2014, Trb. 2014, 202 (uitgifte: 26-11-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Aanbestedingsrecht / Bijzondere onderwerpen
1. Aanvaarding en inwerkingtreding
Deze Overeenkomst treedt op 1 januari 1996 in werking voor de regeringen1) wier onderling overeenkomen lijsten van alles waarop de bepalingen van deze Overeenkomst van toepassing zijn in de bijlagen bij Aanhangsel I van deze Overeenkomst zijn opgenomen en die door ondertekening de Overeenkomst van 15 april 1994 hebben aanvaard of die de Overeenkomst op die datum hebben ondertekend onder voorbehoud van bekrachtiging en de Overeenkomst vervolgens vóór 1 januari 1996 hebben bekrachtigd.
2. Toetreding
Ieder Lid van de WTO kan tot deze Overeenkomst toetreden op tussen dat Lid en de Partijen overeen te komen voorwaarden. Deze voorwaarden worden vermeld in een besluit van het Comité. De toetreding geschiedt door nederlegging bij de Directeur-Generaal van de WTO van een akte van toetreding waar de aldus overeengekomen voorwaarden zijn vermeld. Deze Overeenkomst treedt voor een toetredend Lid in werking op de dertigste dag na de nederlegging van zijn akte van toetreding.
3. Voorbehouden
Ten aanzien van de bepalingen van deze Overeenkomst kunnen Partijen geen voorbehouden maken.
4. Nationale wetgeving
Elke Partij ziet er op toe dat uiterlijk op de datum waarop deze Overeenkomst voor haar in werking treedt, haar wetten, verordeningen en administratieve procedures alsmede de regels, procedures en praktijken die door haar aanbestedende diensten worden toegepast in overeenstemming zijn met de bepalingen van deze Overeenkomst.
5.
Elke Partij stelt het Comité in kennis van elke wijziging in haar wetten en verordeningen die voor deze Overeenkomst van belang zijn en in de uitvoering van die wetten en verordeningen.
6. Toekomstige onderhandelingen en toekomstige werkprogramma's
De Partijen trachten geen discriminerende maatregelen in te voeren of in stand te houden die tot een verstoring van het open aanbestedingsklimaat leiden.
7.
Uiterlijk drie jaar na de datum van inwerkingtreding van het Protocol tot wijziging van de Overeenkomst inzake overheidsopdrachten, aangenomen op 30 maart 2012, en daarna periodiek, onderhandelen de Partijen verder teneinde deze Overeenkomst te verbeteren, discriminerende maatregelen geleidelijk uit te bannen en het toepassingsgebied ervan op basis van wederkerigheid zoveel mogelijk uit te breiden onder alle Partijen, waarbij rekening wordt gehouden met de behoeften van ontwikkelingslanden.
8
- a.
Het Comité zal verdere werkzaamheden verrichten ter vereenvoudiging van de uitvoering van deze Overeenkomst en de onderhandelingen voorzien in lid 7, door werkprogramma's aan te nemen voor de volgende aangelegenheden:
- i.
de behandeling van het midden- en kleinbedrijf;
- ii.
het verzamelen en verspreiden van statistische gegevens;
- iii.
de behandeling van duurzame aanbesteding;
- iv.
uitsluitingen en beperkingen in de bijlagen van de Partijen; en
- v.
veiligheidsnormen bij internationale aanbesteding.
- b.
Het Comité:
- i.
kan een besluit nemen over een lijst werkprogramma's over aanvullende aangelegenheden die periodiek getoetst en geactualiseerd kan worden; en
- ii.
neemt een besluit over de uit te voeren werkzaamheden per werkprogramma onder a en per werkprogramma aangenomen onder b, i.
9.
Na de voltooiing van het werkprogramma tot harmonisering van de oorsprongsregels voor goederen dat plaatsvindt in het kader van de Overeenkomst betreffende de oorsprongsregels in Bijlage 1A bij de WTO-Overeenkomst en onderhandelingen betreffende de handel in diensten, nemen de Partijen de uitkomsten van dat werkprogramma en die onderhandelingen in aanmerking bij de wijziging van artikel IV, lid 5, naar gelang van toepassing.
10.
Uiterlijk vijf jaar na de datum van inwerkingtreding van het Protocol tot wijziging van de Overeenkomst inzake overheidsopdrachten, onderzoekt het Comité de toepasselijkheid van artikel XX, lid 2, onder b.
11. Wijzigingen
De Partijen kunnen deze Overeenkomst wijzigen. Besluiten tot het aannemen en ter aanvaarding door de Partijen voorleggen van een wijziging en worden genomen bij consensus. Wijzigingen treden in werking:
- a.
tenzij zoals voorzien onder b, voor de Partijen die deze aanvaarden, na aanvaarding door twee derden van de Partijen en vervolgens voor elke andere Partij op het tijdstip waarop zij die aanvaardt;
- b.
voor alle Partijen na aanvaarding door twee derden van de Partijen indien het wijzigingen betreft waarvan het Comité bij consensus heeft bepaald dat zij van dien aard zijn dat zij geen verandering van de rechten en verplichtingen van de Partijen met zich meebrengen.
12. Opzegging
Iedere Partij kan deze Overeenkomst opzeggen. De opzegging wordt van kracht na het verstrijken van 60 dagen na de datum waarop de Directeur-Generaal van de WTO een schriftelijke kennisgeving van de opzegging heeft ontvangen. Na ontvangst van een dergelijke kennisgeving kan elke Partij om onmiddellijke bijeenroeping van het Comité verzoeken.
13.
Indien een Partij bij deze Overeenkomst ophoudt Lid te zijn van de WTO, houdt zij op dezelfde datum op Partij te zijn bij deze Overeenkomst.
14. Niet-toepassing van deze Overeenkomst tussen bepaalde Partijen
Deze Overeenkomst is niet van toepassing tussen twee Partijen, indien een van deze Partijen, op het tijdstip waarop zij deze Overeenkomst aanvaardt of hiertoe toetreedt, niet instemt met deze toepassing.
15. Aanhangsels
De Aanhangsels bij deze Overeenkomst maken integrerend onderdeel daarvan uit.
16. Secretariaat
Het Secretariaat van de WTO neemt het secretariaat van deze Overeenkomst waar.
17. Nederlegging
Deze Overeenkomst wordt nedergelegd bij de Directeur-Generaal van de WTO die aan elke Partij onverwijld een voor eensluidend gewaarmerkt afschrift toezendt van deze Overeenkomst, alsmede van elke rectificatie of wijziging die hierin overeenkomstig artikel XIX is aangebracht en van elke aanpassing die hierin overeenkomstig lid 11 is aangebracht, alsook een kennisgeving van elke toetreding hiertoe overeenkomstig lid 2 en van elke opzegging overeenkomstig de leden 12 of 13.
18. Registratie
Deze Overeenkomst wordt geregistreerd in overeenstemming met de bepalingen van artikel 102 van het Handvest van de Verenigde Naties.
Voetnoten
Voor de toepassing van deze Overeenkomst wordt de uitdrukking ‘overheid’ geacht mede de bevoegde instellingen van de Europese Unie te omvatten.