Einde inhoudsopgave
RvdW 2017/939
Vierde kamer zaak. Tegen de beslissing van de P-G om geen vordering tot ontslag bij de HR in te dienen staat geen (cassatie)beroep open.
HR 05-09-2017, ECLI:NL:HR:2017:2252
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
5 september 2017
- Magistraten
Mrs. M.W.C. Feteris, C.A. Streefkerk, V. van den Brink
- Zaaknummer
17/01353
- Conclusie
P-G mr. J. Silvis
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Rechter
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:2252, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 05‑09‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:875, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑06‑2017
- Wetingang
Art. 46o Wrra 1997; art. 1:1 lid 2 onder g Awb
Essentie
Vierde kamer zaak. Tegen de beslissing van de P-G om geen vordering tot ontslag bij de HR in te dienen staat geen (cassatie)beroep open. De HR heeft geen wettelijke bevoegdheid om een verzoek tot onderzoek naar of ontslag van rechterlijk ambtenaren in behandeling te nemen zonder daartoe strekkende vordering van de P-G. De HR is evenmin bevoegd om de P-G opdracht te geven om een (on)geschiktheidsonderzoek ten aanzien van een rechterlijk ambtenaar te doen of een vordering tot ontslag van een zodanige ambtenaar in te dienen.
Partij(en)
Beslissing in de zaak van S., verzoekster tot het instellen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.