Einde inhoudsopgave
Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014–2020
Artikel 6 Technische aanpassingen
Geldend
Geldend vanaf 14-07-2017
- Bronpublicatie:
20-06-2017, PbEU 2017, L 163 (uitgifte: 24-06-2017, regelingnummer: 2017/1123)
- Inwerkingtreding
14-07-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-06-2017, PbEU 2017, L 163 (uitgifte: 24-06-2017, regelingnummer: 2017/1123)
- Vakgebied(en)
Overheidsfinanciën / Begroting
Overheidsfinanciën / EU-financiën
1.
Elk jaar verricht de Commissie, voorafgaand aan de begrotingsprocedure van het begrotingsjaar n+1, de volgende technische aanpassingen van het MFK:
- a)
herberekening tegen de prijzen van het jaar n+1, van de maxima en van de totaalbedragen van de kredieten voor vastleggingen en van de kredieten voor betalingen;
- b)
berekening van de marge die onder het overeenkomstig Besluit 2007/436/EG, Euratom vastgestelde maximum van de eigen middelen beschikbaar blijft;
- c)
berekening van het absolute bedrag van de marge voor onvoorziene uitgaven bedoeld in artikel 13;
- d)
berekening van de overkoepelende marge voor de betalingen, bedoeld in artikel 5;
- e)
berekening van de overkoepelende marge voor vastleggingskredieten, bedoeld in artikel 14;
- f)
berekening van de bedragen die beschikbaar moeten worden gesteld voor het flexibiliteitsinstrument op grond van artikel 11, lid 1, tweede alinea.
2.
De Commissie verricht de in lid 1 bedoelde technische aanpassingen op basis van een vaste deflator van 2 % per jaar.
3.
De Commissie deelt de resultaten van de in lid 1 omschreven technische aanpassingen en de eraan ten grondslag liggende economische prognoses aan het Europees Parlement en de Raad mee.
4.
Onverminderd de artikelen 7 en 8 worden er geen andere technische aanpassingen verricht ten aanzien van het betrokken jaar, noch in de loop van het begrotingsjaar, noch bij wijze van correctie achteraf in latere jaren.