Einde inhoudsopgave
Wet op de vennootschapsbelasting 1969
Artikel 8f [Niet belaste activiteiten: privaatrechtelijke overheidslichamen]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Redactionele toelichting
Vindt voor het eerst toepassing m.b.t. boekjaren die aanvangen op of na 01-01-2020.
- Bronpublicatie:
18-12-2019, Stb. 2019, 510 (uitgifte: 27-12-2019, kamerstukken: 35302)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-12-2019, Stb. 2019, 510 (uitgifte: 27-12-2019, kamerstukken: 35302)
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting (V)
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Vennootschapsbelasting / Belastingplichtige
1.
Bij het bepalen van de winst van een privaatrechtelijk overheidslichaam blijven buiten aanmerking voordelen uit:
- a.
activiteiten verricht voor:
- 1°
de publiekrechtelijke rechtspersoon tot wie dat privaatrechtelijke overheidslichaam in een relatie staat als bedoeld in artikel 8e, zesde lid, of voor een ander privaatrechtelijk overheidslichaam van die publiekrechtelijke rechtspersoon;
- 2°
een publiekrechtelijke rechtspersoon van de Staat, indien de activiteiten worden verricht door een privaatrechtelijk overheidslichaam dat in een relatie als bedoeld in artikel 8e, zesde lid, staat tot de Staat; of
- 3°
een publiekrechtelijke rechtspersoon of een privaatrechtelijk overheidslichaam in het kader van een dienstverleningsovereenkomst, indien de voordelen uit deze activiteiten bij die publiekrechtelijke rechtspersoon of dat privaatrechtelijke overheidslichaam bij het bepalen van de winst buiten aanmerking zouden blijven indien deze activiteiten door die rechtspersoon of dat lichaam zelf zouden zijn verricht en bij die publiekrechtelijke rechtspersoon of dat privaatrechtelijke overheidslichaam sprake zou zijn van activiteiten als bedoeld in onderdeel b.
- b.
activiteiten verricht in verband met de uitoefening van een overheidstaak of van een publiekrechtelijke bevoegdheid van dat privaatrechtelijke overheidslichaam, tenzij met die activiteiten in concurrentie wordt getreden met ondernemingen gedreven door natuurlijke personen, dan wel door lichamen als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdelen a, b, c, d en e;
- c.
activiteiten verricht in het kader van een samenwerkingsverband tussen publiekrechtelijke rechtspersonen of privaatrechtelijke overheidslichamen, mits:
- 1°
de activiteiten worden verricht voor de onmiddellijk of middellijk in het samenwerkingsverband deelnemende publiekrechtelijke rechtspersonen en privaatrechtelijke overheidslichamen, of voor privaatrechtelijke overheidslichamen van genoemde publiekrechtelijke rechtspersonen;
- 2°
de activiteiten niet tot belastingplicht zouden leiden of de voordelen hieruit zouden zijn vrijgesteld indien de activiteiten zouden zijn verricht door de onmiddellijk of middellijk deelnemende rechtspersonen of lichamen, en
- 3°
door deze rechtspersonen en lichamen naar evenredigheid van de afname van de activiteiten wordt bijgedragen in de kosten van het samenwerkingsverband.
2.
Op verzoek van het privaatrechtelijke overheidslichaam blijft toepassing van het eerste lid achterwege.
3
Het eerste lid, onderdeel a, onder 1°, is niet van toepassing voor zover:
- a.
de activiteiten, bedoeld in dat onderdeel, bestaan uit het ter beschikking stellen van vermogensbestanddelen; en
- b.
die vermogensbestanddelen bij de publiekrechtelijke rechtspersoon of het privaatrechtelijke overheidslichaam waaraan die ter beschikking worden gesteld, worden aangewend ten behoeve van activiteiten waarvan de voordelen in aanmerking worden genomen bij het bepalen van de winst.
4
Artikel 8e, derde, vierde en achtste lid, is van overeenkomstige toepassing.