Einde inhoudsopgave
Wet op de vennootschapsbelasting 1969
Artikel 9a [Aftrek voor fondswervende activiteiten]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2013. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2012
- Bronpublicatie:
01-11-2012, Stb. 2012, 544 (uitgifte: 08-11-2012, kamerstukken: 33245)
- Inwerkingtreding
01-01-2013, terugwerkend tot: 01-01-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-11-2012, Stb. 2012, 544 (uitgifte: 08-11-2012, kamerstukken: 33245)
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Vrijstelling
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
1.
Bij het bepalen van de winst komen mede in aftrek:
- a.
bij een algemeen nut beogende instelling: een bedrag ter grootte van de winst behaald met kenbaar fondswervende activiteiten;
- b.
bij een fondswerver: de uitkeringen aan een algemeen nut beogende instelling.
2.
Voor de toepassing van dit artikel wordt verstaan onder:
- a.
kenbaar fondswervende activiteiten:
- 1°
activiteiten die in belangrijke mate met behulp van vrijwilligers worden verricht en die bestaan uit het verkopen van roerende zaken of het leveren van diensten tegen een prijs die meer bedraagt dan de prijs die doorgaans in het economische verkeer als zakelijk wordt ervaren, en waarbij naar de koper van de zaak of de afnemer van de dienst kenbaar is gemaakt dat de opbrengst uitsluitend of nagenoeg uitsluitend ten goede komt aan een algemeen nut beogende instelling;
- 2°
activiteiten die in belangrijke mate met behulp van vrijwilligers worden verricht en die bestaan uit het verkopen van roerende zaken of het leveren van diensten tegen een prijs die doorgaans in het economische verkeer als zakelijk wordt ervaren, doch waarvan de kostprijs aanmerkelijk lager is dan in het economische verkeer gebruikelijk is omdat voor de vervaardiging van de zaak of de levering van de dienst vrijwilligers hun arbeid ter beschikking stellen en naar de koper van de zaak of de afnemer van de dienst kenbaar is gemaakt dat de opbrengst uitsluitend of nagenoeg uitsluitend ten goede komt aan een algemeen nut beogende instelling; of
- 3°
activiteiten die bestaan uit het inzamelen van roerende zaken om niet en waarbij naar degenen die de zaken afstaan kenbaar is gemaakt dat de opbrengst van het ingezamelde uitsluitend of nagenoeg uitsluitend ten goede komt aan een algemeen nut beogende instelling;
- b.
een fondswerver: een lichaam dat uitsluitend kenbaar fondswervende activiteiten verricht.
3.
De uitkeringen, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, worden slechts in aanmerking genomen indien:
- a.
de fondswerver zich statutair of ingevolge schriftelijke overeenkomst uiterlijk bij aanvang van de kenbaar fondswervende activiteiten heeft verplicht de opbrengst geheel of nagenoeg geheel uit te keren, en
- b.
de uitkeringen zijn gedaan uiterlijk zes maanden na afloop van het jaar waarin de daarvoor bestemde gelden zijn verworven.
Op verzoek worden de in de eerste volzin, onderdeel b, bedoelde uitkeringen reeds in aanmerking genomen in het boekjaar waarin de daarvoor bestemde gelden zijn verworven.
4.
Indien de berekening van de winst door de aftrek van het eerste lid, onderdeel b, zou leiden tot een negatief bedrag, blijft de aftrek beperkt tot een zodanig bedrag dat geen negatief bedrag ontstaat. Indien vóór het in aanmerking nemen van de aftrek van het eerste lid, onderdeel b, de berekening van de winst reeds leidt tot een negatief bedrag, vindt die aftrek geen toepassing.