Einde inhoudsopgave
Richtsnoeren 2014/C 99/03 voor staatssteun aan luchthavens en luchtvaartmaatschappijen
4 Overheidsfinanciering van diensten van algemeen economisch belang
Geldend
Geldend vanaf 04-04-2014
- Redactionele toelichting
De datum van afkondiging is de datum van het Publicatieblad.
- Bronpublicatie:
04-04-2014, PbEU 2014, C 99 (uitgifte: 04-04-2014, regelingnummer: 2014/C 99/03)
- Inwerkingtreding
04-04-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-04-2014, PbEU 2014, C 99 (uitgifte: 04-04-2014, regelingnummer: 2014/C 99/03)
- Vakgebied(en)
Mededingingsrecht / EU-mededingingsrecht
Vervoersrecht / Luchtvervoer
Staatssteun (V)
67
In sommige gevallen kunnen overheidsinstanties bepaalde door luchthavens of luchtvaartmaatschappijen uitgeoefende economische activiteiten aanmerken als dienst van algemeen economisch belang (hierna ‘DAEB’ genoemd) in de zin van artikel 106, lid 2, van het Verdrag en het Altmark-arrest (1), en compensatie verlenen voor het uitvoeren van die diensten.
68
In dergelijke gevallen bieden de DAEB-mededeling(2) en Verordening (EU) nr. 360/2012 van de Commissie (3) het nodige houvast over de vraag in welke omstandigheden overheidsfinanciering van een DAEB staatssteun in de zin van artikel 107, lid 1, van het Verdrag vormt. Steun in de vorm van compensatie voor de openbare dienst zal worden getoetst aan Besluit 2012/21/EU van de Commissie (4) en de DAEB-kaderregeling(5). Deze instrumenten vormen samen het ‘DAEB-pakket’, dat ook van toepassing is op compensatie voor luchthavens en luchtvaartmaatschappijen. In het onderstaande zal slechts de toepassing van sommige van de in het DAEB-pakket uiteengezette beginselen worden toegelicht aan de hand van bepaalde voor de sector kenmerkende aspecten.
Onbenoemd 4.1 Definitie van een dienst van algemeen economisch belang in de sector luchthavens en luchtvervoer
Onbenoemd 4.2 De verenigbaarheid van steun in de vorm van compensatie voor de openbare dienst
Voetnoten
Zie zaak C-280/00, Altmark Trans GmbH, reeds aangehaald, punten 86 t/m 93. Overheidsfinanciering voor het beheer van een DAEB houdt geen selectief voordeel in in de zin van artikel 107, lid 1, van het Verdrag indien de volgende vier voorwaarden zijn vervuld: a) de begunstigde van een mechanisme voor overheidsfinanciering voor een DAEB is formeel belast met het verrichten en de uitvoering van een DAEB, waarvan de verplichtingen duidelijk omschreven zijn; b) de parameters op basis waarvan de compensatie wordt berekend, worden vooraf op objectieve en transparante wijze vastgesteld; c) de compensatie mag niet hoger zijn dan nodig is om de kosten van de uitvoering van de DAEB, rekening houdende met de opbrengsten alsmede met een redelijke winst, geheel of gedeeltelijk te dekken, en d) wanneer de begunstigde onderneming niet is gekozen in het kader van een openbare aanbesteding, waarbij de kandidaat kan worden geselecteerd die deze diensten tegen de laagste kosten voor de gemeenschap kan leveren, wordt de noodzakelijke compensatie vastgesteld op basis van de kosten die een gemiddelde, goed beheerde onderneming zou hebben gemaakt om deze verplichtingen uit te voeren, rekening houdende met de opbrengsten en een redelijke winst uit de uitoefening van deze verplichtingen.
Zie onderdeel 2.1 van de mededeling van de Commissie betreffende de toepassing van de staatssteunregels van de Europese Unie op voor het verrichten van diensten van algemeen economisch belang verleende compensatie (PB C 8 van 11.1.2012, blz. 4) en de daarmee verband houdende rechtspraak, met name arrest van 12 september 2000, gevoegde zaken C-180/98 tot C-184/98, Pavel Pavlov e.a. / Stichting Pensioenfonds Medische Specialisten, Jurispr. 2000, blz. I-6451.
Verordening (EU) nr. 360/2012 van de Commissie van 25 april 2012 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun verleend aan diensten van algemeen economisch belang verrichtende ondernemingen (PB L 114 van 26.4.2012, blz. 8).
Besluit 2012/21/EU van de Commissie van 20 december 2011 betreffende de toepassing van artikel 106, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op staatssteun in de vorm van compensatie voor de openbare dienst, verleend aan bepaalde met het beheer van diensten van algemeen economisch belang belaste ondernemingen (PB L 7 van 11.1.2012, blz. 3).
Mededeling van de Commissie ‘EU-kaderregeling inzake staatssteun in de vorm van compensatie voor de openbare dienst (2011)’ (PB C 8 van 11.1.2012, blz. 15).