Einde inhoudsopgave
Statuut voor de personeelsleden van Europol
Artikel 57
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1999
- Bronpublicatie:
03-12-1998, PbEG 1999, C 26 (uitgifte: 30-01-1999, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-1999
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
03-12-1998, PbEG 1999, C 26 (uitgifte: 30-01-1999, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Volgens een door de raad van bestuur na advies van het personeelscomité vastgestelde regeling is de functionaris met ingang van de dag van zijn indiensttreding verzekerd tegen uit beroepsziekten en ongevallen voortvloeiende risico's. Voor de dekking van het risico van ongevallen buiten de dienst is hij verplicht ten hoogste 0,1 % van zijn basissalaris bij te dragen. In deze regeling wordt bepaald welke risico's niet zijn gedekt.
2.
De gewaarborgde uitkeringen zijn de navolgende:
- a)
bij overlijden:
uitkering aan de hierna te noemen personen van een kapitaal gelijk aan vijfmaal het jaarlijkse basissalaris van de betrokkene, berekend op de grondslag van het maandelijkse salaris toegekend over de twaalf maanden voorafgaand aan het ongeval:
- —
aan de echtgenoot en de kinderen van de overleden functionaris, overeenkomstig de bepalingen van het erfrecht dat op de functionaris van toepassing is; het aan de echtgenoot uit te keren bedrag kan evenwel niet minder zijn dan 25 % van het kapitaal;
- —
bij gebreke van personen van de hierboven genoemde categorie, aan de andere nakomelingen, overeenkomstig de bepalingen van het erfrecht dat op de functionaris van toepassing is;
- —
bij gebreke van personen van de hierboven genoemde twee categorieën, aan de bloedverwanten in opgaande lijn, overeenkomstig de bepalingen van het erfrecht dat op de functionaris van toepassing is;
- —
bij gebreke van personen van de hierboven genoemde drie categorieën, aan Europol;
- b)
bij blijvende algehele invaliditeit:
uitkering aan de betrokkene van een kapitaal gelijk aan achtmaal zijn jaarlijkse basissalaris berekend op de grondslag van zijn maandelijkse salaris, toegekend over de twaalf maanden voorafgaand aan het ongeval.
- c)
bij blijvende gedeeltelijke invaliditeit:
uitkering aan de betrokkene van een deel van het onder b) bepaalde bedrag, berekend op de grondslag van de schaal, vastgesteld bij de in lid 1 bedoelde regeling.
Samenloop van de hierboven vastgestelde uitkeringen met die krachtens de pensioenregeling is mogelijk.
3.
Bovendien zijn overeenkomstig de in lid 1 bedoelde regeling gedekt de kosten van geneeskundige hulp, geneesmiddelen, verblijf in een ziekenhuis, operatief ingrijpen, prothesen, röntgenonderzoek, massage, orthopedie, klinische behandeling en vervoer, alsmede alle soortgelijke kosten die noodzakelijkerwijs gemaakt zijn als gevolg van het ongeval of van de beroepsziekte.
Tot deze uitkering wordt evenwel slechts overgegaan voorzover de vergoedingen die de functionaris ontvangt krachtens artikel 56, bovengenoemde kosten niet dekken.