Einde inhoudsopgave
RvdW 2017/394
Falende bewijsmotiveringsklachten. HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 14-03-2017, ECLI:NL:HR:2017:419
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
14 maart 2017
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma, V. van den Brink
- Zaaknummer
15/02351
- Conclusie
A-G mr. A.J.M. Machielse
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:419, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 14‑03‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:132, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑01‑2017
Essentie
Falende bewijsmotiveringsklachten. HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 13 mei 2015, nummer 23/003453-12, in de strafzaak tegen: [verdachte]. Adv.: mr. S.T. van Berge Henegouwen, te Maastricht.
Conclusie
Conclusie A-G mr. A.J.M. Machielse:
1.
Het Gerechtshof Amsterdam heeft verdachte op 13 mei 2015 voor 1: medeplegen van voorbereiden of bevorderen van een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, door zich of een ander gelegenheid, middelen of inlichtingen tot het plegen van dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.