Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/27
Afwijzing aanhoudingsverzoek. HR herhaalt relevante overwegingen uit NJ 2019/285, m.nt. Mevis en ECLI:NL:HR:2020:1172. Het hof heeft het verzoek tot aanhouding van het o.ttz., v.zv. daaraan ten grondslag is gelegd dat verdachte wegens ziekte is verhinderd ttz. aanwezig te zijn, afgewezen op de enkele grond dat het verzoek onvoldoende is onderbouwd. Het hof heeft echter niet geoordeeld dat die aan het verzoek ten grondslag gelegde omstandigheid niet aannemelijk is. Het hof heeft ook niet blijk gegeven van de afweging van de belangen als hiervoor vermeld. Nu het hof dit heeft nagelaten, heeft het zijn beslissing niet toereikend gemotiveerd.
HR 01-12-2020, ECLI:NL:HR:2020:1896
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
1 december 2020
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, M.J. Borgers, J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
19/03685
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1896, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 01‑12‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:917, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑10‑2020
Essentie
Afwijzing aanhoudingsverzoek. HR herhaalt relevante overwegingen uit NJ 2019/285, m.nt. Mevis en ECLI:NL:HR:2020:1172. Het hof heeft het verzoek tot aanhouding van het o.ttz., v.zv. daaraan ten grondslag is gelegd dat verdachte wegens ziekte is verhinderd ttz. aanwezig te zijn, afgewezen op de enkele grond dat het verzoek onvoldoende is onderbouwd. Het hof heeft echter niet geoordeeld dat die aan het verzoek ten grondslag gelegde omstandigheid niet aannemelijk is. Het hof heeft ook niet blijk gegeven van de afweging van de belangen als hiervoor vermeld. Nu het hof dit heeft nagelaten, heeft het zijn beslissing ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.