RvdW 2023/241:Diefstal met geweld, art. 312 lid 1 Sr. Aanwezigheidsrecht, art. 588a lid 1 sub c (oud) Sv. Had afschrift van dagvaarding in hoger beroep moeten worden verzonden naar het in volmacht tot instellen van h.b. (brief van verdachte) opgegeven adres? HR: Middel slaagt om redenen vermeld in CAG. CAG: Er is geen afschrift van dagvaarding in h.b. verzonden aan het door verdachte opgegeven adres, terwijl niet is gebleken dat dit o.g.v. art. 588a lid 3 (oud) Sv niet hoefde. Hof heeft er geen blijk van gegeven te hebben onderzocht of er reden was onderzoek ttz. te schorsen om verdachte in de gelegenheid te stellen daarbij alsnog aanwezig te zijn. ’s Hofs beslissingen om verstek te verlenen en behandeling van onderzoek ttz. niet te schorsen zijn daarom niet zonder meer begrijpelijk. Volgt vernietiging en terugwijzing.