Einde inhoudsopgave
RvdW 2013/1203
Onttrekking aan ouderlijk gezag door niet naleving omgangsregeling, ook al is die niet betekend.
HR 08-10-2013, ECLI:NL:HR:2013:901
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 oktober 2013
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, J. de Hullu, Y. Buruma
- Zaaknummer
12/05756
- Conclusie
A-G i.b.d. mr. W.H. Vellinga
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:901, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑10‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:905, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑07‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 01‑03‑2013
- Wetingang
Essentie
Een verdachte kan zich ook schuldig maken aan het onttrekken van minderjarigen aan het gezag en het opzicht van een ander als bedoeld in art. 279 Sr, indien de bij een rechterlijke beslissing vastgestelde (voorlopige) omgangsregeling waaraan de verdachte zich niet heeft gehouden, niet aan de verdachte is betekend. Het ontbreken van betekening doet immers niet af aan de rechtskracht van de rechterlijke uitspraak waarbij de omgangsregeling is vastgesteld.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem van 15 juni 2012, nummer 21/002848-11, in de strafzaak tegen: A. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.