Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/831
Medeplegen bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht en medeplegen van bedreiging met verkrachting, geuit tegen ex-vriendin van verdachte in filmpjes via ‘Facebook Live’. 1. Bewijsklacht t.a.v. door hof in bewijsoverwegingen opnemen dat verdachte ttz. in e.a. heeft verklaard eerder te zijn veroordeeld voor verkrachting van het nichtje van aangeefster en aannemelijk was dat zij daarvan wist. 2. Bewijsklacht t.a.v. oordeel dat de bedreigingen van dien aard zijn en onder zodanige omstandigheden zijn geschied dat bij aangeefster in redelijkheid vrees kon ontstaan dat zij het leven zou verliezen en zou kunnen worden verkracht. HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 23-06-2020, ECLI:NL:HR:2020:1087
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
23 juni 2020
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, V. van den Brink, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
19/01390
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1087, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 23‑06‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:454, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑05‑2020
Essentie
Medeplegen bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht en medeplegen van bedreiging met verkrachting, geuit tegen ex-vriendin van verdachte in filmpjes via ‘Facebook Live’. 1. Bewijsklacht t.a.v. door hof in bewijsoverwegingen opnemen dat verdachte ttz. in e.a. heeft verklaard eerder te zijn veroordeeld voor verkrachting van het nichtje van aangeefster en aannemelijk was dat zij daarvan wist. 2. Bewijsklacht t.a.v. oordeel dat de bedreigingen van dien aard zijn en onder zodanige omstandigheden zijn geschied dat bij aangeefster in redelijkheid vrees kon ontstaan dat zij het leven zou verliezen en zou kunnen worden verkracht. HR: art. 81 lid ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.