De invloed van het EVRM op het ondernemingsrecht
Einde inhoudsopgave
De invloed van het EVRM op het ondernemingsrecht (IVOR nr. 91) 2012/3.2.3:3.2.3 Formele structuren als bron van het recht
De invloed van het EVRM op het ondernemingsrecht (IVOR nr. 91) 2012/3.2.3
3.2.3 Formele structuren als bron van het recht
Documentgegevens:
Datum 06-11-2012
- Datum
06-11-2012
- JCDI
JCDI:ADS391200:1
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Algemeen
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
De specifieke wijze waarop formele structuren bestaan kan slechts historisch worden verklaard. Een voorbeeld: alleen vanuit historisch perspectief kan worden verklaard dat Nederland een monarchie is en bijvoorbeeld Frankrijk niet.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Voor Dilthey is de rechtswetenschap het specifieke deel van de geesteswetenschappen dat onderzoek doet naar de wijze waarop de regels, die het menselijk handelen in de maatschappij normeren, tot stand komen en functioneren. Wanneer men op zoek gaat naar de grondslagen van de rechtswetenschap tracht men een antwoord te formuleren op de vraag welke principes schuilen achter de rechtsregels, zoals men die aantreft.
Het materiële recht kan volgens Dilthey worden beschouwd als het historische product van menselijke ervaringen. Het materiële recht verschilt per land. Verschillende mensen kunnen dezelfde dingen ook verschillend ervaren. Het recht lijkt daarmee voor de wetenschap op een bewegend doel. Hoe dient de rechtswetenschap daarmee om te gaan? Voor het beantwoorden van die vraag is inzicht vereist in de wijze waarop het recht wortelt in de ervaringen van mensen, aldus Dilthey.
Ervaringen komen tot stand in een wisselwerking met de sociale omgeving. Enerzijds dient ieder mens als een zelfstandig denkend individu te worden beschouwd dat zichzelf doelen en regels stelt om zijn handelen vorm te geven. Anderzijds fungeert het bewustzijn ook als een waarnemend vermogen dat in staat is om bijvoorbeeld de maatschappelijke conventies te absorberen. Ideeën, gedachten en oordelen zijn het resultaat van zowel een intern als extern krachtenveld.
Dilthey maakt in het externe krachtenveld, zoals dat het individu in zijn denken en handelen beïnvloedt, onderscheid tussen formele structuren (door Dilthey ‘externe structuren’ genoemd) en meer informele structuren. Zowel de formele als de informele structuren scheppen normen.
Bij formele structuren moet men in de eerste plaats denken aan organen van een staat die regels kunnen uitvaardigen.1 De raison d’être van deze formele structuren (de provincies, gemeenten etc.) is om enerzijds voor het individu een zekere vrijheid te garanderen en anderzijds deze vrijheid te begrenzen wanneer het algemeen belang dat vergt. Het mechanisme waarmee dit wordt gerealiseerd is het recht.