Einde inhoudsopgave
RvdW 2011/1173
Onvoldoende bewijs opzet ten aanzien van aanwezigheid hennep.
HR 20-09-2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ6766
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
20 september 2011
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, B.C. de Savornin Lohman, C.H.W.M. Sterk
- Zaaknummer
S 10/02497
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
BQ6766
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Bijzonder strafrecht (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BQ6766, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 20‑09‑2011
Essentie
Onvoldoende bewijs opzet ten aanzien van aanwezigheid hennep
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem van 11 februari 2010, nummer 21/002471-09, in de strafzaak tegen: [Verdachte]. Adv. mr. B.J. Schadd, te Arnhem.
Conclusie
Conclusie A-G mr. Machielse:
1.
De verdachte is door het Gerechtshof te Arnhem bij arrest van 11 februari 2010 wegens ‘Medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3, onder C, van de Opiumwet gegeven verbod’ veroordeeld tot gevangenisstraf van twee maanden, voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren, en een taakstraf ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.