Einde inhoudsopgave
Wet telecommunicatievoorzieningen BES
Artikel 31
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van de Landsverordening op de telecommunicatievoorzieningen, zoals gewijzigd bij de Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (17-05-2010, Stb. 350) en de Aanpassingsregeling BES-wetten (28-09-2010, Stcrt. 15040). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
14-09-2010, Stb. 2010, 441 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 07-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
1.
Overeenkomstig bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te stellen regels is een door Onze Minister vast te stellen vergoeding verschuldigd voor:
- a.
een machtiging als bedoeld in de artikelen 15, eerste lid, 16, derde lid onder a, 18, eerste en derde lid, en artikel 18c alsmede een aanvullende machtiging als bedoeld in artikel 18b, welke vergoeding verschuldigd is voor de kosten van de bemoeiingen met betrekking tot het verlenen van de machtiging, het verkrijgen van de bevoegdheid tot bediening van radio-elektrische zendinrichtingen, als bedoeld in artikel 15, vijfde lid onder b, en het toezicht op de naleving door de houder van de machtiging van de bij of krachtens deze wet gegeven regels, voorschriften en beperkingen;
- b.
de kosten van bemoeiingen met betrekking tot:
- 1°
de keuring van radio-elektrische inrichtingen, bedoeld in artikel 15, vijfde lid, onderdeel e;
- 2°
de keuring van draadomroep- en kabelinrichtingen, bedoeld in artikel 18a, onderdeel d, onderscheidenlijk artikel 18c, zesde lid, alsmede van de daarmee verbonden kabelnetten;
- 3°
de toelating van randapparatuur alsmede de keuring van interne netten, bedoeld in artikel 22, tweede lid, onderdeel c; en
- 4°
het toezicht op de naleving van de met betrekking tot de onder 1°, 2° en 3° bedoelde keuringen en toelating;
- c.
de kosten van de behandeling van klachten over storing of belemmering als bedoeld in artikel 15, vijfde lid onder d, 16, tweede lid, voorzover daarin artikel 15, vijfde lid onder d, van overeenkomstige toepassing is verklaard, artikel 18, derde lid onder g en artikel 22, eerst lid;
- d.
een erkenning als bedoeld in artikel 22, tweede lid onder a, welke vergoeding verschuldigd is voor de kosten van de bemoeiingen met betrekking tot het verlenen van de erkenning en het toezicht op de naleving door een erkende instantie van de bij of krachtens deze wet met betrekking tot de erkenning gegeven regels, behoudens ingeval de erkenning niet op verzoek doch eigener beweging door Onze Minister geschiedt en deze testinstelling niet in een openbaar lichaam is gevestigd;
- e.
de kosten van de bemoeiingen met betrekking tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 12, tweede lid, en het toezicht op de naleving van zodanige ontheffing.
2.
Indien de vergoedingen, bedoeld in het eerste lid, verschuldigd zijn door een privaatrechtelijke rechtspersoon, is iedere bestuurder van deze rechtspersoon hoofdelijk aansprakelijk voor het afdragen van die vergoedingen.