Einde inhoudsopgave
Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek
Artikel 21 [Gronden en bekendmaking ondercuratelestelling]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1992
- Bronpublicatie:
28-11-1991, Stb. 1991, 601 (uitgifte: 01-01-1991, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-1992
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-11-1991, Stb. 1991, 601 (uitgifte: 01-01-1991, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Staatsrecht / Wetgeving
1.
Na het tijdstip van in werking treden van Boek 1 kan onder curatelestelling slechts worden uitgesproken op grond van een der in artikel 378 van Boek 1 genoemde omstandigheden, ook al is het verzoek of de vordering vóór dat tijdstip gedaan.
2.
Artikel 390 van Boek 1 is van toepassing wanneer de uitspraak na het tijdstip van in werking treden van Boek 1 is gedaan, ook al was zij reeds vóór dat tijdstip verzocht of gevorderd.
3.
Ingeval vóór het tijdstip van in werking treden van Boek 1 krachtens het toen geldende artikel 495 van het Burgerlijk Wetboek een provisionele bewindvoerder is benoemd, is het in artikel 380 leden 2 en 3 van Boek 1 bepaalde slechts van toepassing na wijziging van deze uitspraak met overeenkomstige toepassing van artikel 380 lid 4 van Boek 1.