Einde inhoudsopgave
Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1970
- Bronpublicatie:
03-04-1969, Stb. 1969, 167 (uitgifte: 01-01-1969, kamerstukken: 8436 )
- Inwerkingtreding
01-01-1970
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-06-1969, Stb. 1969, 259 (uitgifte: 01-01-1969, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Staatsrecht / Wetgeving
Wet van 3 april 1969, houdende vervanging van het eerste boek van het Burgerlijk Wetboek door Boek 1 van het nieuwe Burgerlijk Wetboek en, in verband daarmede, wijziging van dit boek en de overige boeken van het Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en andere wetten, alsmede van overgangsbepalingen (Invoeringswet Boek 1 nieuw B.W.)
Wij JULIANA, Bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is het eerste boek van het Burgerlijk Wetboek te vervangen door Boek 1 van het nieuwe Burgerlijk Wetboek en, in verband daarmede, dit boek alsmede het tweede, derde en vierde boek en de slotbepaling van het Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en andere wetten te wijzigen, en overgangsbepalingen vast te stellen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg dert Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: