NJ 2016/37
Wots-zaak. Overname van een in België opgelegde straf. Detentieduur en v.i.-datum in België.
HR 31-03-2015, ECLI:NL:HR:2015:770, m.nt. A.H. Klip
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
31 maart 2015
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, N. Jörg, V. van den Brink
- Zaaknummer
13/02430 W
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Noot
A.H. Klip
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS153931:1
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Overdracht en overname strafvervolging
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:770, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 31‑03‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:270, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑02‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 04‑11‑2013
- Wetingang
Art. 31 lid 1 WOTS; art. 44 lid 1 en 2 Europees Verdrag inzake de internationale geldigheid van strafvonnissen (Trb. 1971, 137) (EVIG)
Essentie
Wots-zaak. Overname van een in België opgelegde straf en bepalen van de detentieduur mede met het oog op de datum voorwaardelijke invrijheidsstelling in België. HR herhaalt HR 9 november 1999 (ECLI:NL:HR:1999:ZD1570, NJ 2000/334) en HR 16 december 1997 (ECLI:NL:HR:1997:ZD0883, NJ 1998/369). De rechtbank heeft naar aanleiding van een dienaangaand gevoerd verweer de waarschijnlijkheid van de strafrechtelijke positie van de veroordeelde in de staat van veroordeling onderzocht. Gelet hierop en nu de informatie afkomstig van de Belgische autoriteiten inhoudt dat de procedure van de voorwaardelijke invrijheidstelling ‘tamelijk langdurig (6 maanden, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.