Einde inhoudsopgave
RvdW 2019/871
Verontschuldigbare termijnoverschrijding bij het instellen van hoger beroep wegens de psychische gesteldheid van de verdachte.
HR 09-07-2019, ECLI:NL:HR:2019:1082
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
9 juli 2019
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, V. van den Brink, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
17/05179
- Conclusie
A-G mr. G. Knigge
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS73205:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1082, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 09‑07‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:586, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑06‑2019
- Wetingang
Art. 408 Sv
Essentie
Verontschuldigbare termijnoverschrijding bij het instellen van hoger beroep wegens de psychische gesteldheid van de verdachte.
Samenvatting
De verdachte is in eerste aanleg op 12 april 2016 bij verstek veroordeeld. Het verstekvonnis is op 24 juni 2016 aan de verdachte in persoon betekend. Ingevolge art. 408 Sv kon de verdachte binnen veertien dagen daarna hoger beroep instellen tegen het vonnis. Eerst op 26 januari 2017 is namens de verdachte hoger beroep ingesteld. De raadsman van verdachte voerde onder verwijzing naar HR 6 januari 2004, NJ 2004/181 aan dat deze overschrijding het gevolg was van de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.