Einde inhoudsopgave
Regeling genetisch gemodificeerde organismen milieubeheer 2013
Bijlage 12 Transponeringstabellen voor benamingen in besluiten als bedoeld in artikel 49, vierde lid
Geldend
Geldend vanaf 01-03-2015
- Bronpublicatie:
14-04-2014, Stcrt. 2014, 11317 (uitgifte: 30-04-2014, regelingnummer: IenM/BSK-2014/88344)
- Inwerkingtreding
01-03-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-01-2015, Stb. 2015, 37 (uitgifte: 05-02-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met het Besluit genetisch gemodificeerde organismen milieubeheer 2013 (01-04-2014, Stb. 157).
- Vakgebied(en)
Natuurbeschermingsrecht / Bijzondere onderwerpen
Milieurecht / Milieugevaarlijke stoffen
Openbare orde en veiligheid / Bedrijfsveiligheid
Milieurecht / Bijzondere onderwerpen
Milieurecht / Inrichtingen en activiteiten - vergunningen
behorende bij artikel 49, eerste, tweede en vierde lid, van de Regeling genetisch gemodificeerde organismen milieubeheer 2013
Bijlage volgens de besluiten als bedoeld in artikel 49, vierde lid | Bijlage na de inwerkingtreding van de Regeling genetisch gemodificeerde organismen milieubeheer 2013 |
---|---|
De nummers verwijzen naar de bijlagen bij de Regeling genetisch gemodificeerde organismen, zoals deze luidden direct voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Regeling genetisch gemodificeerde organismen milieubeheer 2013, voor zover niet anders is aangegeven. | |
Bijlage 5.1 en 5.2 van de Regeling ingeperkt gebruik genetisch gemodificeerde organismen, zoals deze luidde direct voorafgaand aan de intrekking van deze regeling bij besluit van 28 mei 1998 (Stcrt. 1998, 108). | 2, Combinatie A, respectievelijk lijst A1 en A2 |
1 | 2, Combinatie A, lijst A1 |
2 | 2, Combinatie A, lijst A2 |
4 | |
7 | 9, onderdeel 9.3.2.2, algemene bepalingen en de bepalingen inzake de opslag van ggo’s |
9, onderdeel 9.3.2.2, algemene bepalingen en de bepalingen inzake de opslag van ggo afval | |
Een verwijzing naar een categorie van fysische inperking, met een of meer bijbehorende onderdelen van bijlage 4 | Een verwijzing naar dezelfde categorie van fysische inperking, met het onderdeel of de daarbij behorende onderdelen van bijlage 9, waarbij tevens gelden: |
– voor ML-I activiteiten met bioreactoren: de aanvullende voorschriften voor activiteiten met een bioreactor; | |
– voor PC-I activiteiten met planten in associatie met genetisch gemodificeerd disarmed R. radiobacter (voorheen bekend als A. tumefaciens): de aanvullende voorschriften voor activiteiten met planten in associatie met genetisch gemodificeerd disarmed R. radiobacter (voorheen bekend alsA.grobacterium tumefaciens); | |
– voor activiteiten op PCM-I, PCM-II, PKM-I dan wel PKM-II met genetisch gemodificeerde planten toegepast in associatie met genetisch gemodificeerde micro-organismen: de aanvullende voorschriften voor de betreffende plantensoort zoals aangegeven in bijlage 7, en de aanvullende voorschriften voor planten in associatie met genetisch gemodificeerde micro-organismen. | |
NB. In dit verband worden categorieën van fysische inperking die een gewijzigde benaming hebben gekregen, aangemerkt als ‘dezelfde categorie van fysische inperking’. Het betreft PK-I die Pka-I is geworden en PK-II die PKb-I is geworden. |
Categorie van fysische inperking volgens de besluiten als bedoeld in artikel 49, vierde lid | Categorie van fysische inperking na wijziging als gevolg van de inwerkingtreding van de Regeling genetisch gemodificeerde organismen milieubeheer 2013 |
---|---|
Laboratoria | Laboratoria |
PL | PL-I |
VMT | ML-I |
VPT | PL-I |
C-I | ML-II |
C-II | ML III |
C-III | ML-IV |
VMT, C-I, C-II, C-III: laboratoria bedoeld voor activiteiten met genetisch gemodificeerde micro-organismen. VPT, PL: laboratorium bedoeld voor activiteiten met niet bloeiende genetisch gemodificeerde planten. | |
Plantenkweekcellen | Plantenkweekcellen |
PC-I Plantenkweekcel bedoeld voor handelingen met genetisch gemodificeerde planten. | PC-I |
PC-II Plantenkweekcel bedoeld voor handelingen met al dan niet genetisch gemodificeerde planten in associatie met genetisch gemodificeerde micro-organismen. | Indien handelingen volgens de vergunning worden uitgevoerd met micro-organismen die onder laboratoriumomstandigheden op VMT niveau moeten worden gehanteerd, geldt: de handelingen dienen te worden uitgevoerd op PCM-I |
Idem C-I: PCM-II | |
Idem C-II: PCM-III | |
Idem C-III: PCM-IV | |
Uitzonderingen: Handelingen met al dan niet genetisch gemodificeerde planten in associatie met: 1. R. radiobacter (voorheen bekend als A. tumefaciens) én een volledige genomische kloon van een plantenvirus, geïnserteerd in het T-DNA dienen te worden uitgevoerd op PCM-II; 2. plantvirale vectoren dienen te worden uitgevoerd op PCM-II; 3. genetisch gemodificeerde plantpathogene schimmels die sporen kunnen vormen, dienen te worden uitgevoerd op PCM-III; | |
Plantenkassen | Plantenkassen |
PK-I Plantenkas bedoeld voor handelingen met genetisch gemodificeerde planten. | PKa-I |
PK-II Plantenkas bedoeld voor handelingen met genetisch gemodificeerde planten. | PKb-I |
PK-III Plantenkas bedoeld voor handelingen met al dan niet genetisch gemodificeerde planten in associatie met genetisch gemodificeerde micro-organismen. | Indien handelingen volgens de vergunning worden uitgevoerd met micro-organismen die onder laboratoriumomstandigheden op VMT niveau moeten worden gehanteerd, geldt: de handelingen dienen te worden uitgevoerd op PKM-I |
Idem C-I: PKM-II | |
Idem C-II: PKM-III | |
Idem C-III: PKM-IV | |
Uitzonderingen: Handelingen met al dan niet genetisch gemodificeerde planten in associatie met: 1. R. radiobacter (voorheen bekend als A. tumefaciens) én een volledige genomische kloon van een plantenvirus geïnserteerd in het T-DNA, dienen te worden uitgevoerd op PKM-II; 2. plantvirale vectoren dienen te worden uitgevoerd op PKM-II; 3. genetisch gemodificeerde plantpathogene schimmels die sporen kunnen vormen, dienen te worden uitgevoerd op PKM-III; | |
Dierenverblijven | Dierenverblijven |
D-I Dierverblijf voor genetisch gemodificeerde dieren. | D-I |
D-II Dierverblijf voor al dan niet genetisch gemodificeerde dieren die in associatie worden gehouden met genetisch gemodificeerde micro-organismen. | Indien handelingen volgens de vergunning worden uitgevoerd met micro-organismen die onder laboratoriumomstandigheden op VMT niveau moeten worden gehanteerd, geldt: de handelingen dienen te worden uitgevoerd op DM-I |
Idem C-I: DM-II | |
Idem C-II: DM-III | |
Idem C-III: DM-IV | |
Uitzonderingen: Handelingen met al dan niet genetisch gemodificeerde dieren in associatie met: 1. genetisch gemodificeerd virus dat aerogeen kan verspreiden dienen te worden uitgevoerd op – DM-III; of – DM-II indien de dieren in filtertopkooien worden gehouden. 2. ecotrope retrovirussen dienen te worden uitgevoerd op DM-II; 3. genetisch gemodificeerde lentivirussen gebaseerd op een lentiviraal systeem, toegepast in associatie met apen dienen te worden uitgevoerd op DM-III | |
Industriële schaal | Industriële schaal |
GILSP-, zonder afdoding biomassa | MI-I |
GILSP+, met afdoding biomassa | MI-II |
GS-I | MI-III |
GS-II | MI-IV |
GILSP-, GILSP+, GS-I en GS-II: Procesinstallaties bedoeld voor grootschalige activiteiten met genetisch gemodificeerde micro-organismen |
Voetnoten
Wijziging van de Regeling genetisch gemodificeerde organismen van 14 juli 2003, Stcrt. 2003, 139 .