Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 952/2013 vaststelling douanewetboek van de Unie
Artikel 37 Toekenning van uitvoeringsbevoegdheden
Geldend
Geldend vanaf 30-10-2013
- Bronpublicatie:
09-10-2013, PbEU 2013, L 269 (uitgifte: 10-10-2013, regelingnummer: 952/2013)
- Inwerkingtreding
30-10-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-10-2013, PbEU 2013, L 269 (uitgifte: 10-10-2013, regelingnummer: 952/2013)
- Vakgebied(en)
Europees belastingrecht / Belastingen EU
Douane (V)
1.
De Commissie stelt door middel van uitvoeringshandelingen de procedureregels vast betreffende:
- a)
het gebruik van een BTI- of BOI-beschikking nadat deze haar geldigheid heeft verloren of is ingetrokken overeenkomstig artikel 34, lid 9;
- b)
de regels volgens welke de Commissie de douaneautoriteiten in kennis stelt overeenkomstig artikel 34, lid 10, onder a) en b);
- c)
het gebruik van de in artikel 35 bedoelde beschikkingen overeenkomstig artikel 36, onder b), wanneer zij hun geldigheid verloren hebben;
- d)
de schorsing van de in artikel 35 bedoelde, overeenkomstig artikel 36, onder b), vastgestelde beschikkingen, en de melding van de schorsing of intrekking ervan aan de douaneautoriteiten.
Deze uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 285, lid 4, bedoelde onderzoeksprocedure.
2.
De Commissie neemt door middel van uitvoeringshandelingen, de besluiten aan waarin de lidstaten wordt verzocht volgende beschikkingen in te trekken:
- a)
beschikkingen bedoeld in artikel 34, lid 11;
- b)
beschikkingen bedoeld in artikel 35 die zijn vastgesteld overeenkomstig artikel 36, onder b).
Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 285, lid 2, bedoelde raadplegingsprocedure vastgesteld.
Wanneer het advies van het in artikel 285, lid 1, bedoelde comité via een schriftelijke procedure moet worden verkregen, is artikel 285, lid 6, van toepassing.