Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) nr. 273/2004 inzake drugsprecursoren
Artikel 13 Door de lidstaten verstrekte informatie
Geldend
Geldend vanaf 30-12-2013
- Bronpublicatie:
20-11-2013, PbEU 2013, L 330 (uitgifte: 10-12-2013, regelingnummer: 1258/2013)
- Inwerkingtreding
30-12-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-11-2013, PbEU 2013, L 330 (uitgifte: 10-12-2013, regelingnummer: 1258/2013)
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Ondernemingsrecht / Bijzondere onderwerpen
Internationaal strafrecht / Europees strafrecht en strafprocesrecht
1.
Om het toezicht op de handel in geregistreerde en niet-geregistreerde stoffen zo nodig te kunnen aanpassen, verstrekken de bevoegde instanties van elke lidstaat de Commissie in elektronische vorm, via de in artikel 13 bis bedoelde Europese databank, tijdig alle relevante informatie over de uitvoering van de bij deze verordening vastgestelde toezichtmaatregelen, in het bijzonder met betrekking tot de voor de illegale vervaardiging van verdovende middelen of psychotrope stoffen gebruikte stoffen en de bij misbruik en illegale vervaardiging gehanteerde methoden, en de legale handel in die stoffen.
2.
De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 15 bis gedelegeerde handelingen vast te stellen die de voorschriften en voorwaarden specifiëren voor de uit hoofde van lid 1 van dit artikel te verstrekken informatie.
3.
De Commissie verstrekt het Internationaal Comité van toezicht op verdovende middelen, overeenkomstig artikel 12, lid 12, van het Verdrag van Wenen en in overleg met de lidstaten, een overzicht van de uit hoofde van lid 1 van dit artikel verstrekte informatie.