Einde inhoudsopgave
Wet griffierechten burgerlijke zaken
Artikel 15 [Griffierecht bij dezelfde advocaat of gemachtigde]
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2023
- Bronpublicatie:
25-01-2023, Stb. 2023, 41 (uitgifte: 10-02-2023, kamerstukken: 36212)
- Inwerkingtreding
01-05-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-03-2023, Stb. 2023, 97 (uitgifte: 27-03-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Van partijen die bij dezelfde advocaat of gemachtigde verschijnen en gelijkluidende conclusies nemen of gelijkluidend verweer voeren, wordt slechts eenmaal een gezamenlijk griffierecht geheven. Hetzelfde geldt voor verzoekers en belanghebbenden die bij dezelfde advocaat of gemachtigde verschijnen en gelijkluidende verzoekschriften of verweerschriften indienen.
2.
Indien tot partijen of tot verzoekers of belanghebbenden als bedoeld in het eerste lid, zowel natuurlijke personen als niet-natuurlijke personen behoren, wordt het griffierecht geheven dat niet-natuurlijke personen verschuldigd zijn. Behoren tot degenen bedoeld in het eerste lid, zowel onvermogenden als anderen, dan wordt het griffierecht geheven dat deze laatsten verschuldigd zijn.
3.
In cassatie wordt van eisers, verzoekers, verweerders en belanghebbenden die bij dezelfde advocaat verschijnen en gelijkluidende procesinleidingen indienen of gelijkluidend verweer voeren, slechts eenmaal een gezamenlijk griffierecht geheven.