Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2014/47/EU technische controle langs de weg van bedrijfsvoertuigen die in de Unie aan het verkeer deelnemen
Bijlage II Toepassingsgebied van de technische controle langs de weg
Geldend
Geldend vanaf 19-05-2014
- Redactionele toelichting
Gecorrigeerd via een rectificatie (PbEU 2019, L 219). De correctieopdracht betreffende afdeling 3, tabel, post 8.2.2.2, kolom 'Methode', tweede streepje, komt niet overeen met de te corrigeren tekst.
- Bronpublicatie:
03-04-2014, PbEU 2014, L 127 (uitgifte: 29-04-2014, regelingnummer: 2014/47/EU)
- Inwerkingtreding
19-05-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
03-04-2014, PbEU 2014, L 127 (uitgifte: 29-04-2014, regelingnummer: 2014/47/EU)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Voertuigeisen
Vervoersrecht / Wegvervoer
1. Controlegebieden
- (0)
Identificatie van het voertuig
- (1)
Remsysteem
- (2)
Stuurinrichting
- (3)
Zichtbaarheid
- (4)
Verlichtingsinstallatie en onderdelen van elektrische installaties
- (5)
Assen, wielen, banden en vering
- (6)
Chassis en met het chassis verbonden delen
- (7)
Overige uitrusting:
- (8)
Overlast
- (9)
Aanvullende controles voor passagiersvoertuigen in categorieen M2 en M3.
2. Controlevereisten
Punten die slechts met apparatuur mogen worden gecontroleerd, worden met een E aangeduid.
Punten die slechts in zekere mate met apparatuur kunnen worden gecontroleerd, worden met +(E) aangeduid.
Indien als controlemethode ‘visueel’ staat, impliceert dit dat de controleur niet alleen naar de punten kijkt, maar ook, indien nodig, de punten bedient, het geluid beoordeelt of andere geschikte controlemethoden toepast zonder apparatuur te gebruiken.
Technische controles langs de weg kunnen punten betreffen uit tabel 1, waarin de aanbevolen daarbij te gebruiken methoden staan. Niets in deze bijlage belet een controleur om waar nodig bijkomende voorzieningen te gebruiken zoals een hijstoestel of een smeerkuil.
De controle wordt uitgevoerd met de beschikbare technieken en uitrusting en zonder gereedschap om voertuigonderdelen te ontmantelen of te verwijderen. Bij deze controle mag tevens worden nagegaan of de respectieve onderdelen van het voertuig voldoen aan de toepasselijke veiligheids- en milieukenmerken die van kracht waren ten tijde van de goedkeuring of, in voorkomend geval, ten tijde van het aanpassen van het voertuig.
Als de controlemethodes in deze bijlage vanwege het ontwerp van het voertuig niet kunnen worden toegepast, gebeurt de controle overeenkomstig de door de bevoegde instanties aanvaarde aanbevolen controlemethodes.
‘Redenen voor afkeuring’ zijn niet van toepassing indien zij verwijzen naar vereisten die nog niet in de relevante typegoedkeuringswetgeving voor het voertuig werden voorgeschreven op het moment van de eerste inschrijving of de eerste ingebruikname, of indien zij verwijzen naar aanpassingsvereisten.
3. Inhoud van controles en controlemethoden, beoordeling van gebreken van voertuigen
De controle omvat die onderdelen die als noodzakelijk en relevant worden geacht, rekening houdend met in het bijzonder de veiligheid van de remmen, banden, chassis en hinderniveau, en de aanbevolen methoden die zijn opgenomen in de volgende tabel.
Voor elk voertuigsysteem en -onderdeel dat aan een technische controle wordt onderworpen worden de gebreken beoordeeld volgens de criteria in de tabel, per geval.
Niet in deze bijlage vermelde gebreken worden beoordeeld op grond van de risico's die deze vormen voor de verkeersveiligheid.
Post | Methode | Redenen voor afkeuring | Beoordeling van gebreken | ||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Klein | Groot | Gevaarlijk | |||||
0. | IDENTIFICATIE VAN HET VOERTUIG | ||||||
0.1. | Kentekenplaten (indien dit in de eisen is voorgeschreven 1. | Visuele controle | a) | Kentekenplaat (-platen) ontbreekt (ontbreken) of zit(ten) zo los dat de plaat (platen) ervan af zou(den) kunnen vallen. | X | ||
b) | Opschrift ontbreekt of is onleesbaar. | X | |||||
c) | Is niet in overeenstemming met voertuigdocumenten of geregistreerde gegevens. | X | |||||
0.2. | Voertuigidentificatie-/chassis-/serienummer | Visuele controle | a) | Ontbreekt of is onvindbaar. | X | ||
b) | Onvolledig, onleesbaar, duidelijk vervalst, of klopt niet met de voertuigdocumenten. | X | |||||
c) | Onleesbare voertuigdocumenten of onnauwkeurige gegevens. | X | |||||
1. | REMUITRUSTING | ||||||
1.1. | Mechanische toestand en werking | ||||||
1.1.1. | Draaipunt van de bedrijfsrem/handrem | Visuele controle van de onderdelen terwijl de reminstallatie wordt bediend. Noot: Voor de controle van voertuigen met een bekrachtigde reminstallatie moet de motor worden afgezet. | a) | Draaipunt zit te strak. | X | ||
b) | Vertoont te veel slijtage/speling. | X | |||||
1.1.2. | Staat en slag van het bedieningspedaal/de handrem | Visuele controle van de onderdelen terwijl de reminstallatie wordt bediend. Noot: Voor de controle van voertuigen met een bekrachtigde reminstallatie moet de motor worden afgezet. | a) | De vrije slag is te groot of te klein. | X | ||
Rem kan niet volledig worden gebruikt of is geblokkeerd. | X | ||||||
b) | Het pedaal of de handrem komt moeilijk terug in de rustpositie. | X | |||||
Functioneert niet goed. | X | ||||||
c) | Het antisliprubber op het rempedaal ontbreekt, zit los of is door slijtage glad geworden. | X | |||||
1.1.3. | Vacuümpomp of compressor en reservoirs | Visuele controle van de onderdelen bij normale werkdruk. Controle hoe lang het duurt totdat het vacuüm of de luchtdruk een veilige waarde heeft bereikt; controle van de werking van de signaalinrichting, de veiligheidsklep voor dubbel remcircuit en de overdrukklep. | a) | Er is te weinig lucht- en/of vacuümdruk voor het ten minste viermaal gebruik van de rem nadat het waarschuwingssignaal in werking is getreden (of een meetinstrument gevaar signaleert). | X | ||
ten minste tweemaal gebruik van de rem nadat het waarschuwingssignaal in werking is getreden (of een meetinstrument gevaar signaleert). | X | ||||||
b) | Het tot stand komen van de benodigde lucht- en/of vacuümdruk voor het bereiken van veilige waarden duurt te lang volgens de vereisten 1.. | X | |||||
c) | De veiligheidsklep voor dubbel remcircuit of overdrukklep functioneert niet. | X | |||||
d) | Er is duidelijk drukverlies ten gevolge van een luchtlek of er zijn waarneembare luchtlekken. | X | |||||
e) | Er is uitwendige schade die het functioneren van de reminstallatie negatief kan beïnvloeden. | X | |||||
Prestaties van de hulprem onvoldoende. | X | ||||||
1.1.4. | Lagedrukverklikker of manometer | Functionele controle | Verklikker of manometer werkt slecht of is defect. | X | |||
Lage druk kan niet worden vastgesteld. | X | ||||||
1.1.5. | Handremregelklep | Visuele controle van de onderdelen terwijl de reminstallatie wordt bediend. | a) | De bedieningsschakelaar vertoont barsten, beschadiging of te grote slijtage. | X | ||
b) | De bedieningsschakelaar is niet goed op de klep bevestigd of de klep zit los. | X | |||||
c) | De koppelingen zitten los of het systeem lekt. | X | |||||
d) | Functioneert niet behoorlijk. | X | |||||
1.1.6. | Parkeerremcilinder, bedieningshendel, parkeerremvergrendeling, elektronische parkeerrem | Visuele controle van de onderdelen terwijl de reminstallatie wordt bediend. | a) | De vergrendeling blijft niet goed vastzitten. | X | ||
b) | De scharnierpin van de hefboom of de vergrendeling vertoont slijtage. | X | |||||
Te veel slijtage. | X | ||||||
c) | Te grote beweeglijkheid van de hendel wijst op een verkeerde afstelling. | X | |||||
d) | Cilinder ontbreekt, is beschadigd of werkt niet. | X | |||||
e) | Slechte werking, verklikker defect. | X | |||||
1.1.7. | Remkleppen (voetkleppen, ontluchtingsventielen, regelkleppen) | Visuele controle van de onderdelen terwijl de reminstallatie wordt bediend. | a) | Klep is beschadigd of er is een te grote luchtlekkage. | X | ||
Het functioneren daarvan is aangetast. | X | ||||||
b) | Het olieverlies uit de compressor is te groot. | X | |||||
c) | Klep zit los of is slecht gemonteerd. | X | |||||
d) | Verlies of lekkage van hydraulische vloeistof. | X | |||||
Het functioneren daarvan is aangetast. | X | ||||||
1.1.8. | Koppelingskoppen voor remmen voor aanhangwagen (elektrisch en pneumatisch) | Koppel de koppelingskoppen van de reminstallatie tussen het trekkende voertuig en de aanhangwagen los en weer vast. | a) | Kraan of zelfsluitende klep defect. | X | ||
Het functioneren daarvan is aangetast. | X | ||||||
b) | Kraan of klep zit los of is slecht gemonteerd. | X | |||||
Het functioneren daarvan is aangetast. | X | ||||||
c) | Ernstige lekken. | X | |||||
Het functioneren daarvan is aangetast. | X | ||||||
d) | Functioneert niet correct. | X | |||||
De werking van de rem is aangetast. | X | ||||||
1.1.9. | Energie- en drukreservoir | Visuele controle | a) | Reservoir is licht beschadigd of verroest. | X | ||
Reservoir ernstig beschadigd, is verroest of lekt. | X | ||||||
b) | Het ontwateringsventiel werkt niet. | X | |||||
c) | Reservoir zit los of is slecht gemonteerd. | X | |||||
1.1.10. | Rembekrachtiging, hoofdcilinder (hydraulische systemen) | Visuele controle van de onderdelen terwijl de reminstallatie wordt bediend, indien mogelijk. | a) | De rembekrachtiging is defect of werkt niet goed. | X | ||
Inrichting werkt niet. | X | ||||||
b) | De hoofdcilinder is defect, maar de rem werkt nog. | X | |||||
De hoofdcilinder is defect of lekt. | X | ||||||
c) | De hoofdcilinder zit los, maar de rem werkt nog. | X | |||||
De hoofdcilinder zit los. | X | ||||||
d) | Onvoldoende remvloeistof, onder MIN-teken. | X | |||||
Remvloeistof ver onder het MIN-teken. | X | ||||||
Geen remvloeistof zichtbaar. | X | ||||||
e) | De kap van het reservoir van de hoofdcilinder ontbreekt. | X | |||||
f) | Het controlelampje voor de remvloeistof licht op of is defect. | X | |||||
g) | Het waarschuwingssignaal met betrekking tot de remvloeistof werkt slecht. | X | |||||
1.1.11. | Niet-flexibele remleidingen | Visuele controle van de onderdelen terwijl de reminstallatie wordt bediend, indien mogelijk. | a) | Er is dreigend gevaar voor defecten en breuken. | X | ||
b) | Leidingen of koppelingen lekken (pneumatische remsystemen). | X | |||||
Leidingen of koppeling lekken (hydraulische remsystemen). | X | ||||||
c) | Leidingen vertonen beschadiging of te veel corrosie. | X | |||||
Tast de werking van de remmen aan door blokkering of een dreigend risico van lekkage. | X | ||||||
d) | Leidingen zijn verkeerd gemonteerd. | X | |||||
Risico van schade. | X | ||||||
1.1.12. | Flexibele remleidingen | Visuele controle van de onderdelen terwijl de reminstallatie wordt bediend, indien mogelijk. | a) | Er is dreigend gevaar voor defecten en breuken. | X | ||
b) | De slangen zijn beschadigd, gescheurd, gedraaid of te kort. | X | |||||
Leidingen zijn beschadigd of gescheurd. | X | ||||||
c) | Leidingen of koppelingen lekken (pneumatische remsystemen). | X | |||||
Leidingen of koppelingen lekken (hydraulische remsystemen). | X | ||||||
d) | Leidingen vertonen door de druk veroorzaakte verwijdingen. | X | |||||
Koord beschadigd. | X | ||||||
e) | Leidingen zijn poreus. | X | |||||
1.1.13. | Remvoeringen en blokken | Visuele controle | a) | Remvoering of -blok vertoont te veel slijtage. (het minimumteken is bereikt). | X | ||
Remvoering of -blok vertoont te veel slijtage. (het minimumteken is bereikt). | X | ||||||
b) | Remvoering of -blok is vuil (olie, vet enz.). | X | |||||
Remvermogen aangetast. | X | ||||||
c) | Remvoering of -blok is niet aanwezig of verkeerd gemonteerd. | X | |||||
1.1.14. | Remtrommels en -schijven | Visuele controle | a) | Trommel of schijf versleten. | X | ||
Trommel of schijf vertoont te veel kerven, scheuren, zit los of is gebroken. | X | ||||||
b) | Trommel of schijf is vuil (olie, vet enz.). | X | |||||
Het remvermogen is ernstig aangetast. | X | ||||||
c) | Trommel of schijf ontbreekt. | X | |||||
d) | Ankerplaat zit los. | X | |||||
1.1.15. | Remkabels, stangen, hendels, overbrenging | Visuele controle van de onderdelen terwijl de reminstallatie wordt bediend, indien mogelijk. | a) | Kabel is beschadigd of geknikt. | X | ||
Remvermogen aangetast. | X | ||||||
b) | Onderdeel vertoont te veel slijtage of corrosie. | X | |||||
Remvermogen aangetast. | X | ||||||
c) | Bevestiging van de kabel, stang of verbinding is niet geborgd. | X | |||||
d) | Kabelgeleiding is defect. | X | |||||
e) | Werking van de reminstallatie wordt belemmerd. | X | |||||
f) | Abnormale beweeglijkheid van de hendels/overbrenging wijst op slechte afstelling of te veel slijtage. | X | |||||
1.1.16. | Remcilinders (veerremcilinders of hydraulische remcilinders inbegrepen) | Visuele controle van de onderdelen terwijl de reminstallatie wordt bediend, indien mogelijk. | a) | Cilinder vertoont barsten of beschadiging. | X | ||
Remvermogen aangetast. | X | ||||||
b) | Cilinder lekt. | X | |||||
Remvermogen aangetast. | X | ||||||
c) | Cilinder zit los of is niet goed gemonteerd. | X | |||||
Remvermogen aangetast. | X | ||||||
d) | Cilinder vertoont te veel corrosie. | X | |||||
Kans op scheuren. | X | ||||||
e) | De slag van de zuiger of van het diafragmamechanisme is te klein of te groot. | X | |||||
Remprestaties aangetast (gebrek aan bewegingsruimte). | X | ||||||
f) | Stofkap beschadigd. | X | |||||
Stofkap ontbreekt of vertoont te veel beschadiging. | X | ||||||
1.1.17. | Automatische lastafhankelijke remkrachtregelaar | Visuele controle van de onderdelen terwijl de reminstallatie wordt bediend, indien mogelijk. | a) | Overbrenging is defect. | X | ||
b) | Overbrenging is niet juist afgesteld. | X | |||||
c) | Remkrachtregelaar is geblokkeerd of werkt niet. (Werking van het ABS). | X | |||||
Remkrachtregelaar is geblokkeerd of werkt niet. | X | ||||||
d) | Remkrachtregelaar ontbreekt. (Indien voorgeschreven). | X | |||||
e) | Identificatieplaat ontbreekt. | X | |||||
f) | De identificatie is niet leesbaar of niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||||
1.1.18. | Remhefbomen en indicatoren | Visuele controle | a) | Remhefboom is beschadigd, geblokkeerd of vertoont abnormale beweeglijkheid die wijst op te veel slijtage of verkeerde afstelling. | X | ||
b) | Remhefboom is defect. | X | |||||
c) | Niet correct geïnstalleerd of vervangen. | X | |||||
1.1.19. | Continureminstallatie (indien gemonteerd of voorgeschreven) | Visuele controle | a) | Onveilige koppelstukken of bevestigingen. | X | ||
Het functioneren daarvan is aangetast. | X | ||||||
b) | Installatie is duidelijk defect of ontbreekt. | X | |||||
1.1.20. | Automatische bediening van remmen voor aanhangwagen | Koppel de remkoppelingskoppen tussen het trekkende voertuig en de aanhangwagen los. | De rem voor de aanhangwagen wordt niet automatisch aangetrokken wanneer de koppelingskop losgekoppeld is. | X | |||
1.1.21. | Volledige reminstallatie | Visuele controle | a) | Andere apparatuur (bv. antivriespomp, luchtdroger, enz.) vertoont uitwendige beschadiging of te veel corrosie waardoor de reminstallatie minder goed werkt. | X | ||
Remvermogen aangetast. | X | ||||||
b) | Luchtlekkage of antivrieslekkage. | X | |||||
Systeemfunctionaliteit aangetast. | X | ||||||
c) | Onderdelen zitten los of zijn slecht gemonteerd. | X | |||||
d) | Onveilige modificatie van een onderdeel 3.. | X | |||||
Remvermogen aangetast. | X | ||||||
1.1.22. | Testkoppelingen (indien gemonteerd of voorgeschreven) | Visuele controle | Ontbreekt. | X | |||
1.1.23. | Oplooprem | Visuele controle en controle door bediening | Onvoldoende efficiënt. | X | |||
1.2. | Remkracht en bedrijfszekerheid van de bedrijfsrem | ||||||
1.2.1. | De prestaties (E) | Trap de rem geleidelijk in tot de maximale opgevoerde kracht tijdens een test op een remtestmachine. | a) | Onvoldoende remkracht op een of meer wielen. | X | ||
Geen remkracht op een of meer wielen. | X | ||||||
b) | De remkracht is voor een of meer wielen kleiner dan 70Â % van de maximale geregistreerde remkracht voor het andere wiel op dezelfde as. Of het voertuig wijkt te veel van een rechte lijn af in het geval van een test op de weg. | X | |||||
De remkracht van een wiel is kleiner dan 50Â % van de maximaal geregistreerde remkracht van het andere wiel op dezelfde as in geval van gestuurde assen. | X | ||||||
c) | De remkracht loopt niet geleidelijk op (blokkering). | X | |||||
d) | Abnormaal hoge reactietijd voor een of meer wielen. | X | |||||
e) | Remkracht vertoont te grote schommelingen tijdens een volledige wielwenteling. | X | |||||
1.2.2. | Efficiëntie (E) | Test met een remtestmachine op het aangegeven gewicht of, indien door technische redenen een dergelijke machine niet kan worden gebruikt, een test op de weg met een registrerende vertragingsmeter (1) | Levert niet minstens de volgende waarden op (2): | ||||
Categorieën M1, M2 en M3: 50 % (3) | X | ||||||
Categorie N1: 45Â % | |||||||
Categorieën N2 en N3: 43 % (4) | |||||||
Categorieën O3 en O4: 40 % (5) | |||||||
Minder dan 50Â % van bovenstaande waarden bereikt. | X | ||||||
1.3. | Remkracht en bedrijfszekerheid van de hulprem (indien afzonderlijk werkend systeem). | ||||||
1.3.1. | De prestaties (E) | Indien de hulprem afzonderlijk van de bedrijfsreminstallatie werkt, gebruik de methode in 1.2.1. | a) | Onvoldoende remkracht op een of meer wielen. | X | ||
Geen remkracht op een of meer wielen. | X | ||||||
b) | De remkracht is voor een of meer wielen kleiner dan 70Â % van de maximale geregistreerde remkracht voor een ander wiel op dezelfde as. Of het voertuig wijkt te veel van een rechte lijn af in het geval van een test op de weg. | X | |||||
De remkracht van een wiel is kleiner dan 50Â % van de maximaal geregistreerde remkracht van het andere wiel op dezelfde as in geval van gestuurde assen. | X | ||||||
c) | De remkracht loopt niet geleidelijk op (blokkering). | X | |||||
1.3.2. | Efficiëntie (E) | Indien de hulprem afzonderlijk van de bedrijfsreminstallatie werkt, gebruik de methode in 1.2.2. | Remkracht minder dan 50 % (6) van de vereiste remkracht gedefinieerd in 1.2.2. in vergelijking met toegelaten maximummassa. | X | |||
Minder dan 50Â % van de hierbovengenoemde remkracht bereikt in relatie tot de massa van het voertuig tijdens de controle. | X | ||||||
1.4. | Remkracht en bedrijfszekerheid van de parkeerrem | ||||||
1.4.1. | De prestaties (E) | Trek de rem aan op een remtestmachine. | Rem werkt niet aan één kant of het voertuig wijkt te veel van een rechte lijn af in het geval van een test op de weg. | X | |||
Minder dan 50 % van de efficiëntiewaarden bereikt in relatie tot de massa van het voertuig tijdens de controle. | X | ||||||
1.4.2. | Efficiëntie (E) | Test op een remtestmachine. Indien dat niet kan, dan een test op de weg met een vertragingsmeter die slechts aanduidt of ook registreert. | Geeft niet voor alle categorieën voertuigen minstens een rempercentage van ten minste 16 % bij de maximaal toegestane massa, of, voor motorvoertuigen, ten minste 12 % bij de maximummassa van de voertuigcombinatie, waarbij moet worden uitgegaan van de grootste waarde. | X | |||
Minder dan 50Â % van de hierbovengenoemde remkracht bereikt in relatie tot de massa van het voertuig tijdens de controle. | X | ||||||
1.5. | Remkracht van continureminstallatie | Visuele controle en, indien mogelijk, testen of de installatie werkt. | a) | Niet regelbaar (niet van toepassing op motorremmen). | X | ||
b) | Installatie werkt niet. | X | |||||
1.6. | Antiblokkeersysteem (ABS) | Visuele controle en controle van het waarschuwingssignaal en/of met gebruikmaking van elektronische voertuiginterface. | a) | Waarschuwingssignaal is defect. | X | ||
b) | Waarschuwingssignaal vertoont systeemstoringen. | X | |||||
c) | Wielsnelheidssensoren ontbreken of zijn beschadigd. | X | |||||
d) | Bedrading is beschadigd. | X | |||||
e) | Andere onderdelen ontbreken of zijn beschadigd. | X | |||||
f) | Systeem geeft defect aan via elektronische voertuiginterface. | X | |||||
1.7. | Elektronisch remsysteem (EBS) | Visuele controle en controle van het waarschuwingssignaal en/of met gebruikmaking van elektronische voertuiginterface. | a) | Waarschuwingssignaal is defect. | X | ||
b) | Waarschuwingssignaal vertoont systeemstoringen. | X | |||||
c) | Systeem geeft defect aan via elektronische voertuiginterface. | X | |||||
d) | Verbinding tussen trekkend voertuig en aanhangwagen past niet of ontbreekt. | X | |||||
1.8. | Remvloeistof | Visuele controle | Remvloeistof vervuild of bezonken. | X | |||
Dreigend gevaar van defecten. | X | ||||||
2. | STUURINRICHTING | ||||||
2.1. | Mechanische toestand | ||||||
2.1.1. | Toestand van de stuurinrichting | Visuele controle van de werking van de stuurinrichting terwijl het stuurwiel wordt gedraaid. | a) | Stuuras gedraaid of spieassen vertonen slijtage. | X | ||
Aantasting van de functionaliteit. | X | ||||||
b) | Stuuras vertoont te veel slijtage. | X | |||||
Aantasting van de functionaliteit. | X | ||||||
c) | Stuuras is te beweeglijk. | X | |||||
Aantasting van de functionaliteit. | X | ||||||
d) | Lekt. | X | |||||
Vorming van druppels. | X | ||||||
2.1.2. | Bevestiging van stuurhuis | Visuele controle van de bevestiging van het stuurhuis aan het chassis terwijl het stuurwiel met de klok mee en tegen de klok in wordt gedraaid | a) | Stuurhuis niet correct bevestigd. | X | ||
Bevestigingen gevaarlijk los of beweging ten opzichte van het chassis/de carrosserie zichtbaar. | X | ||||||
b) | Bevestigingsgaten in het chassis groter geworden door slijtage. | X | |||||
Bevestigingen ernstig aangetast. | X | ||||||
c) | Bevestigingsbouten ontbreken of zijn gebroken. | X | |||||
Bevestigingen ernstig aangetast. | X | ||||||
d) | Stuurhuis is gebroken. | X | |||||
Stabiliteit van bevestiging of behuizing aangetast. | X | ||||||
2.1.3. | Toestand stuuroverbrenging | Visuele controle of de stuuronderdelen geen slijtage, breuken of veiligheidsproblemen vertonen terwijl het stuurwiel met de klok mee en tegen de klok in wordt gedraaid. | a) | Relatieve beweging tussen onderdelen die vast zouden moeten zitten. | X | ||
Buitensporige beweging of grote kans op losraken. | X | ||||||
b) | Verbindingen vertonen te veel slijtage. | X | |||||
Groot gevaar op losschieten. | X | ||||||
c) | Onderdelen zijn gebroken of vervormd. | X | |||||
Negatieve gevolgen voor de werking. | X | ||||||
d) | Vergrendelinrichtingen niet aanwezig. | X | |||||
e) | Foutieve uitlijning van de onderdelen (bv. spoorstang of stuurstang). | X | |||||
f) | Onveilige modificatie 3.. | X | |||||
Negatieve gevolgen voor de werking. | X | ||||||
g) | Stofkap beschadigd of versleten. | X | |||||
Stofkap ontbreekt of is ernstig versleten. | X | ||||||
2.1.4. | Werking stuuroverbrenging | Visuele controle of de stuuronderdelen geen slijtage, breuken of veiligheidsproblemen vertonen terwijl het stuurwiel met de klok mee en tegen de klok in wordt gedraaid, de wielen op de grond en de motor draaiend (stuurbekrachtiging) | a) | De bewegende stuuroverbrenging schuurt tegen een onderdeel dat aan het chassis vastzit. | X | ||
b) | Stuuraanslag werkt niet of ontbreekt. | X | |||||
2.1.5. | Stuurbekrachtiging | Controleer of er lekken zijn in de stuurinrichting en controleer het peil van de hydraulische vloeistof in het reservoir (indien zichtbaar). Plaats de wielen op de grond, zet de motor aan en controleer of de stuurbekrachtiging werkt. | a) | Er lekt vloeistof. | X | ||
b) | Onvoldoende vloeistof (onder MIN-teken). | X | |||||
Ontoereikend reservoir. | X | ||||||
c) | Mechanisme werkt niet. | X | |||||
Sturen gaat minder goed. | X | ||||||
d) | Mechanisme is gebroken of zit los. | X | |||||
Sturen gaat minder goed. | X | ||||||
e) | Foutieve uitlijning of schurende onderdelen. | X | |||||
Sturen gaat minder goed. | X | ||||||
f) | Onveilige modificatie 3.. | X | |||||
Sturen gaat minder goed. | X | ||||||
g) | Leidingen/slangen vertonen beschadiging of te veel corrosie. | X | |||||
Sturen gaat minder goed. | X | ||||||
2.2. | Stuur, stuurkolom | ||||||
2.2.1. | Toestand van het stuurwiel | Duw en trek het stuurwiel in lijn met de stuurkolom, duw het stuurwiel in verschillende richtingen met rechte hoeken ten opzichte van de kolom, terwijl de wielen op de grond staan. Visuele controle van de speling en de toestand van flexibele koppelingskoppen of kruiskoppelingen. | a) | Relatieve beweging tussen stuur en stuurkolom die wijst op speling. | X | ||
Zeer groot gevaar van losschieten. | X | ||||||
b) | Bevestiging op stuurwielnaaf ontbreekt. | X | |||||
Zeer groot gevaar van losschieten. | X | ||||||
c) | Stuurwielnaaf, -rand of -spaken vertonen breuken of zitten los. | X | |||||
Zeer groot gevaar van losschieten. | X | ||||||
d) | Onveilige modificatie 3.. | X | |||||
2.2.2. | Stuurkolom en stuurdempers | Duw en trek het stuurwiel in lijn met de stuurkolom, duw het stuurwiel in verschillende richtingen met rechte hoeken ten opzichte van de kolom. Visuele controle van de speling en de toestand van flexibele koppelingskoppen of kruiskoppelingen. | a) | Midden van het stuur beweegt te veel op- of neerwaarts. | X | ||
b) | Bovendeel van kolom beweegt te veel radiaal van de kolomas. | X | |||||
c) | Flexibele koppelingskop is stuk. | X | |||||
d) | Bevestiging is defect. | X | |||||
Zeer groot gevaar van losschieten. | X | ||||||
e) | Onveilige modificatie 3. | X | |||||
2.3. | Speling in de stuurinrichting | Voor voertuigen met stuurbekrachtiging met draaiende motor en de wielen in rechte positie, draai het stuurwiel licht en zo ver mogelijk met de wijzers van de klok mee en tegen de wijzers van de klok in zonder de wielen te bewegen. Visuele controle van de vrije beweging. | Te veel speling bij het sturen, bv. een bepaald punt op de rand overschrijdt bij beweging een vijfde van de diameter van het stuurwiel of beweegt niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||
Sturen minder veilig. | X | ||||||
2.4. | Wieluitlijning (X) 2. | Visuele controle | Duidelijk foutieve uitlijning. | X | |||
Rechtdoor rijden aangetast; verminderde richtingstabiliteit. | X | ||||||
2.5. | Draaischijf van de as van de aanhangwagen | Visuele controle of met gebruik van een speciale testbank voor wielspeling. | a) | Onderdeel enigszins beschadigd. | X | ||
Onderdeel vertoont zware beschadiging of barsten. | X | ||||||
b) | Te veel speling. | X | |||||
Rechtdoor rijden aangetast; verminderde richtingstabiliteit. | X | ||||||
c) | Bevestiging is defect. | X | |||||
Bevestiging ernstig aangetast. | X | ||||||
2.6. | Elektronische stuurbekrachtiging (EPS) | Visuele controle en controle van de consistentie tussen de hoek van het stuurwiel en de hoek van de wielen bij het aan- en uitzetten van de motor en/of met gebruikmaking van elektronische voertuiginterface | a) | Het EPS waarschuwingslampje van de stuurbekrachtiging (EPS malfunction indicator lamp — MIL) wijst op een defect in de installatie. | X | ||
b) | Bekrachtiging werkt niet. | X | |||||
c) | Systeem geeft defect aan via elektronische voertuiginterface. | X | |||||
3. | ZICHT | ||||||
3.1. | Gezichtsveld | Visuele controle vanaf de bestuurderszitplaats. | Er bevindt zich een obstakel in het gezichtsveld van de bestuurder dat zijn zicht vooraan of aan de zijkanten aanzienlijk belemmert. (buiten het schoonmaakgebied van de ruitenwissers). | X | |||
Binnen schoonmaakgebied van de ruitenwissers verminderd zicht of buitenspiegels niet zichtbaar. | X | ||||||
3.2. | Toestand van de ruiten | Visuele controle. | a) | De ruiten of de transparante panelen (indien toegestaan) zijn gebarsten of verkleurd (buiten het schoonmaakgebied van de ruitenwissers). | X | ||
Binnen schoonmaakgebied van de ruitenwissers verminderd zicht of buitenspiegels niet zichtbaar. | X | ||||||
b) | Ruiten of transparante panelen (reflecterende of gekleurde folie inbegrepen) zijn niet in overeenstemming met de vereisten 1. (buiten het schoonmaakgebied van de ruitenwissers). | X | |||||
Binnen schoonmaakgebied van de ruitenwissers verminderd zicht of buitenspiegels niet zichtbaar. | X | ||||||
c) | Ruiten of transparante panelen in onaanvaardbare toestand. | X | |||||
Zicht binnen schoonmaakgebied van de ruitenwissers ernstig aangetast. | X | ||||||
3.3. | Achteruitkijkspiegels of -toestellen | Visuele controle | a) | Spiegel of toestel ontbreekt of is niet bevestigd volgens de vereisten 1. (ten minste twee achteruitkijktoestellen beschikbaar). | X | ||
Minder dan twee achteruitkijktoestellen beschikbaar. | X | ||||||
b) | Spiegel of toestel licht beschadigd of los. | X | |||||
Spiegel of toestel werkt niet, is zwaar beschadigd of zit los. | X | ||||||
c) | Noodzakelijk blikveld is er niet. | X | |||||
3.4. | Ruitenwissers | Visuele controle en controle door bediening | a) | De wissers werken niet of ontbreken. | X | ||
b) | Wisserblad is defect. | X | |||||
Wisserblad ontbreekt of is duidelijk defect. | X | ||||||
3.5. | Ruitensproeiers | Visuele controle en controle door bediening | Sproeiers werken niet adequaat (gebrek aan vloeistof maar de pomp werkt, of waterstraal verkeerd afgesteld). | X | |||
Sproeiers werken niet. | X | ||||||
3.6. | Ontwasemingssysteem (X) 2. | Visuele controle en controle door bediening | Systeem werkt niet of is duidelijk defect. | X | |||
4. | LICHTEN, REFLECTERENDE INRICHTINGEN EN ELEKTRISCHE INSTALLATIES | ||||||
4.1. | Koplampen | ||||||
4.1.1. | Toestand en werking | Visuele controle en controle door bediening | a) | Het licht/de lichtbron is defect of ontbreekt (meerdere lampen/lichtbronnen); in het geval van LED werkt minder dan 1/3 niet. | X | ||
Eén enkel(e) licht/lichtbron; in het geval van LED ernstig aangetaste zichtbaarheid. | X | ||||||
b) | Projectiesysteem (reflector en lens) is licht defect. | X | |||||
Projectiesysteem (reflector en lens) is ernstig defect of ontbreekt. | X | ||||||
c) | Lamp is niet stevig bevestigd. | X | |||||
4.1.2. | Richting | Visuele controle en controle door bediening | a) | De koplamp is duidelijk foutief uitgelijnd. | X | ||
b) | De lichtbron is niet correct geplaatst. | X | |||||
4.1.3. | Schakelaars | Visuele controle en controle door bediening | a) | Schakelaar werkt niet in overeenstemming met de vereisten 1. (aantal oplichtende koplampen op hetzelfde moment). | X | ||
Maximaal toegestane lichthelderheid aan de voorkant wordt overschreden. | X | ||||||
b) | Verminderde functie van schakelaar. | X | |||||
4.1.4. | Overeenstemming met vereisten 1. | Visuele controle en controle door bediening | a) | Licht, kleur van het licht, positie, helderheid of markering niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | ||
b) | Producten op lens of lichtbron die de lichthelderheid duidelijk verminderen of de kleur van het licht wijzigen. | X | |||||
c) | Lichtbron en lamp zijn niet compatibel. | X | |||||
4.1.5. | Verstelinrichting (indien verplicht) | Visuele controle en indien mogelijk controle door bediening. | a) | Inrichting werkt niet. | X | ||
b) | Manuele inrichting kan niet vanaf de bestuurderszitplaats worden bediend. | X | |||||
4.1.6. | Koplampwisser (indien verplicht) | Visuele controle en indien mogelijk controle door bediening. | Inrichting werkt niet. | X | |||
In het geval van gasontladingslampen: | X | ||||||
4.2. | Voor- en achterlichten, breedtelichten en markeringslichten en daglichten. | ||||||
4.2.1. | Toestand en werking | Visuele controle en controle door bediening | a) | Lichtbron defect. | X | ||
b) | Lens is defect. | X | |||||
c) | Lamp is niet veilig bevestigd. | X | |||||
Zeer groot gevaar dat het eraf valt. | X | ||||||
4.2.2. | Schakelaars | Visuele controle en controle door bediening | a) | Schakelaar werkt niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | ||
Achterlichten en breedtelichten kunnen worden uitgeschakeld als koplampen aan zijn. | X | ||||||
b) | Verminderde functie van schakelaar. | X | |||||
4.2.3. | Overeenstemming met vereisten 1. | Visuele controle en controle door bediening | a) | Licht, kleur van het licht, positie, helderheid of markering niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | ||
Rood licht aan de voorzijde en wit licht aan de achterzijde; sterk verminderde lichthelderheid. | X | ||||||
b) | Producten op lens of lichtbron die de lichthelderheid verminderen of de kleur van het licht wijzigen. | X | |||||
Rood licht aan de voorzijde en wit licht aan de achterzijde; sterk verminderde lichthelderheid. | X | ||||||
4.3. | Remlichten | ||||||
4.3.1. | Toestand en werking | Visuele controle en controle door bediening | a) | Lichtbron defect. (meerdere bronnen; in geval van LED werkt minder dan â…“ niet). | X | ||
Eén enkele lichtbron; in geval van LED werkt minder dan ⅔. | X | ||||||
Alle lichtbronnen werken niet. | X | ||||||
b) | Licht beschadigde lens (geen invloed op het uitgestraalde licht). | X | |||||
Ernstig defecte lens (invloed op uitgestraald licht). | X | ||||||
c) | Lamp is niet stevig bevestigd. | X | |||||
Zeer groot gevaar dat het eraf valt. | X | ||||||
4.3.2. | Schakelaars | Visuele controle en controle door bediening | a) | Schakelaar werkt niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | ||
Vertraagde werking. | X | ||||||
Geen enkele werking. | X | ||||||
b) | Verminderde functie van schakelaar. | X | |||||
4.3.3. | Overeenstemming met vereisten 1. | Visuele controle en controle door bediening | Licht, kleur van het licht, positie, helderheid of markering 1. niet in overeenstemming met de vereisten. | X | |||
Wit licht aan de achterzijde; sterk verminderde lichthelderheid. | X | ||||||
4.4. | Richtingaanwijzers en waarschuwingsknipperlichten | ||||||
4.4.1. | Toestand en werking | Visuele controle en controle door bediening | a) | Lichtbron defect. (meerdere bronnen; in geval van LED werkt minder dan â…“ niet). | X | ||
Eén enkele lichtbron; in geval van LED werkt minder dan ⅔. | X | ||||||
b) | Licht beschadigde lens (geen invloed op het uitgestraalde licht). | X | |||||
Ernstig defecte lens (invloed op uitgestraald licht). | X | ||||||
c) | Lamp is niet stevig bevestigd. | X | |||||
Zeer groot gevaar dat het eraf valt. | X | ||||||
4.4.2. | Schakelaars | Visuele controle en controle door bediening | Schakelaar werkt niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||
Geen enkele werking. | X | ||||||
4.4.3. | Overeenstemming met vereisten 1. | Visuele controle en controle door bediening | Licht, kleur van het licht, positie, helderheid of markering niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||
4.4.4. | Knippersnelheid | Visuele controle en controle door bediening | De knippersnelheid is niet in overeenstemming met de vereisten 1. (frequentie wijkt meer dan 25Â % af). | X | |||
4.5. | Mistlichten voor en achter | ||||||
4.5.1. | Toestand en werking | Visuele controle en controle door bediening | a) | Lichtbron defect. (meerdere bronnen; in geval van LED werkt minder dan â…“ niet). | X | ||
Eén enkele lichtbron; in geval van LED werkt minder dan ⅔. | X | ||||||
b) | Licht beschadigde lens (geen invloed op het uitgestraalde licht). | X | |||||
Ernstig defecte lens (invloed op uitgestraald licht). | X | ||||||
c) | Lamp is niet stevig bevestigd. | X | |||||
Zeer groot gevaar dat hij eraf valt. | X | ||||||
4.5.2. | Richting (X) 2. | Visuele controle en controle door bediening | Mistlicht vooraan schijnt niet meer horizontaal wanneer het lichtpatroon een scheidingslijn heeft (scheidingslijn te laag). | X | |||
Afbakeningslijn boven die van de koplampen met gedimde lichtstraal. | X | ||||||
4.5.3. | Schakelaars | Visuele controle en controle door bediening | Schakelaar werkt niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||
Werkt niet | X | ||||||
4.5.4. | Overeenstemming met vereisten 1. | Visuele controle en controle door bediening | a) | Licht, kleur van het licht, positie, helderheid of markering niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | ||
b) | Inrichting werkt niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||||
4.6. | Achteruitrijlichten | ||||||
4.6.1. | Toestand en werking | Visuele controle en controle door bediening | a) | Lichtbron defect. | X | ||
b) | Lens is defect. | X | |||||
c) | Lamp is niet stevig bevestigd. | X | |||||
Zeer groot gevaar dat het eraf valt. | X | ||||||
4.6.2. | Overeenstemming met vereisten 1. | Visuele controle en controle door bediening | a) | Licht, kleur van het licht, positie, helderheid of markering niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | ||
b) | Inrichting werkt niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||||
4.6.3. | Schakelaars | Visuele controle en controle door bediening | Schakelaar werkt niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||
Achteruitrijlicht kan worden aangezet zonder dat de versnelling in zijn achteruit is gezet. | X | ||||||
4.7. | Achterkentekenplaatverlichting | ||||||
4.7.1. | Toestand en werking | Visuele controle en controle door bediening | a) | Licht schijnt rechtstreeks, of wit licht, achteruit. | X | ||
b) | Lichtbron defect (meerdere lichtbronnen). | X | |||||
Lichtbron defect (één enkele lichtbron). | X | ||||||
c) | Lamp is niet stevig bevestigd. | X | |||||
Zeer groot gevaar dat het eraf valt. | X | ||||||
4.7.2. | Overeenstemming met vereisten 1. | Visuele controle en controle door bediening | Inrichting werkt niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||
4.8. | Retroreflectoren, veiligheidsmarkeringen (retroreflecterend) en markeringsborden | ||||||
4.8.1. | Toestand | Visuele controle | a) | Reflecterende inrichting is defect of beschadigd. | X | ||
Reflecterende werking aangetast. | X | ||||||
b) | Reflector is niet stevig bevestigd. | X | |||||
Zou eraf kunnen vallen. | X | ||||||
4.8.2. | Overeenstemming met vereisten 1. | Visuele controle | Toestel, gereflecteerde kleur of positie is niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||
Ontbrekende of reflecterende rode kleur aan de voorzijde of witte kleur aan de achterzijde. | X | ||||||
4.9. | Verklikkersignalen voor lichtinrichting | ||||||
4.9.1. | Toestand en werking | Visuele controle en controle door bediening | Werkt niet. | X | |||
Werkt niet voor hoofdlichtstraal van koplamp of een mistlamp aan de achterzijde. | X | ||||||
4.9.2. | Overeenstemming met vereisten 1. | Visuele controle en controle door bediening | Niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||
4.10. | Elektrische verbindingen tussen trekkend voertuig en aanhangwagen of oplegger | Visuele controle: onderzoek indien mogelijk de elektrische continuïteit van de verbinding. | a) | Vaste onderdelen zijn niet stevig bevestigd. | X | ||
Losse contactdoos. | X | ||||||
b) | Isolatie is beschadigd of stuk. | X | |||||
Kan kortsluiting veroorzaken. | X | ||||||
c) | De elektrische verbindingen van de aanhangwagen of het trekkend voertuig functioneren niet correct. | X | |||||
Remlichten van aanhangwagen werken in het geheel niet. | X | ||||||
4.11. | Elektrische bedrading | Visuele controle, waaronder in het motorcompartiment (indien van toepassing) | a) | Bedrading zit los of is niet goed beveiligd. | X | ||
Bevestigingen los, draden raken scherpe randen, grote kans dat connectoren losraken. | X | ||||||
Grote kans dat bedrading hete of roterende onderdelen of de grond raakt, connectoren zijn ontkoppeld (relevante onderdelen voor remmen, sturen). | X | ||||||
b) | Bedrading is licht versleten. | X | |||||
Bedrading is sterk versleten. | X | ||||||
Bedrading is extreem versleten (relevante onderdelen voor remmen, sturen). | X | ||||||
c) | Isolatie is beschadigd of stuk. | X | |||||
Kan kortsluiting veroorzaken. | X | ||||||
Hoog risico op brand, ontstaan van vonken. | X | ||||||
4.12. | Niet-verplichte lichten en retroreflectoren (X) 2. | Visuele controle en controle door bediening | a) | Een licht/retroreflector is niet in overeenstemming met de vereisten bevestigd 1.. | X | ||
Uitstralend/reflecterend rood licht aan de voorzijde of wit licht aan de achterzijde. | X | ||||||
b) | Bediening van het licht is niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||||
Bij een aantal koplampen dat tegelijk werkt, wordt de toegestane lichthelderheid overschreden; Uitstralend/ reflecterend rood licht aan de voorzijde of wit licht aan de achterzijde. | X | ||||||
c) | Licht/retroreflector is niet stevig bevestigd. | X | |||||
Zeer groot gevaar dat het eraf valt. | X | ||||||
4.13. | Accu('s) | Visuele controle | a) | Zit los. | X | ||
Niet correct bevestigd. Kan kortsluiting veroorzaken. | X | ||||||
b) | Lekt. | X | |||||
Verlies van gevaarlijke stoffen. | X | ||||||
c) | Schakelaar (indien vereist) is defect. | X | |||||
d) | Zekeringen (indien vereist) zijn defect. | X | |||||
e) | Onvoldoende luchtcirculatie (indien vereist). | X | |||||
5. | ASSEN, WIELEN, BANDEN EN OPHANGING | ||||||
5.1. | Assen | ||||||
5.1.1. | Assen (+ E) | Visuele controle en indien beschikbaar gebruik van een toestel om de speling van de wielen vast te stellen. | a) | As is gebroken of vervormd. | X | ||
b) | As is niet goed aan het voertuig bevestigd. | X | |||||
Verminderde stabiliteit, functionaliteit aangetast: te veel beweging ten opzichte van bevestigingspunten. | X | ||||||
c) | Onveilige modificatie 3.. | X | |||||
Verminderde stabiliteit, functionaliteit aangetast, onvoldoende afstand, tot andere onderdelen of de grond. | X | ||||||
5.1.2. | Stuurpennen (+ E) | Visuele controle en indien beschikbaar gebruik van een toestel om de speling van de wielen vast te stellen. Oefen verticale of zijdelingse kracht uit op elk wiel en noteer de mate van beweging tussen het aslichaam en de fusee. | a) | Stuurpen is gebroken. | X | ||
b) | Fuseepen en/of hulzen vertonen te veel slijtage. | X | |||||
Grote kans op losraken; verminderde richtingstabiliteit. | X | ||||||
c) | Te veel beweging tussen stuurpen en ashuis. | X | |||||
Grote kans op losraken; verminderde richtingstabiliteit. | X | ||||||
d) | De fusee zit los in as. | X | |||||
Grote kans op losraken; verminderde richtingstabiliteit. | X | ||||||
5.1.3. | Wiellagers (+ E) | Visuele controle met een toestel om de speling van de wielen vast te stellen. Schud het wiel of oefen zijdelingse kracht uit op elk wiel en noteer de mate van opwaartse beweging van het wiel ten opzichte van de fusee. | a) | Te veel speling in een wiellager. | X | ||
Verminderde richtingstabiliteit; gevaar van kapotgaan. | X | ||||||
b) | Wiellager zit te strak of is geblokkeerd. | X | |||||
Gevaar van oververhitting; gevaar van kapotgaan. | X | ||||||
5.2. | Wielen en banden | ||||||
5.2.1. | Wielnaaf | Visuele controle | a) | De moeren of bouten van het wiel ontbreken of zitten los. | X | ||
Ontbrekende bevestiging of deze zit zo los dat de wegveiligheid ernstig wordt aangetast. | X | ||||||
b) | Naaf vertoont slijtage of beschadiging. | X | |||||
Naaf vertoont slijtage of beschadiging op een zodanige wijze dat de veilige bevestiging van wielen wordt aangetast. | X | ||||||
5.2.2. | Wielen | Visuele controle van beide zijden van elk wiel met het voertuig boven een smeerkuil of bevestigd aan een hijstoestel. | a) | Breuken of ondeugdelijk laswerk. | X | ||
b) | Velgringen niet correct bevestigd. | X | |||||
Grote kans op losraken. | X | ||||||
c) | Wiel is ernstig vervormd of vertoont te veel slijtage. | X | |||||
Veilige bevestiging aan de naaf aangetast; veilige bevestiging van band aangetast. | X | ||||||
d) | Wielmaat, ontwerp, compatibiliteit of -soort niet in overeenstemming met de vereisten 1. en is niet veilig. | X | |||||
5.2.3. | Banden | Visuele controle van de hele band door het voertuig naar voren en naar achteren te rollen. | a) | Bandenmaat, laadvermogen, goedkeuringsmerk of snelheidscategorie is niet in overeenstemming met de vereisten 1. en is niet veilig. | X | ||
Onvoldoende laadvermogen of snelheidscategorie voor feitelijk gebruik, band raakt andere vaste onderdelen van het voertuig, waardoor gebruik op de weg minder veilig wordt. | X | ||||||
b) | Banden op dezelfde as of gekoppelde wielen hebben niet dezelfde maat. | X | |||||
c) | Banden op dezelfde as hebben een verschillende structuur (radiaal/diagonaal). | X | |||||
d) | Band vertoont ernstige schade of inkepingen. | X | |||||
Koord zichtbaar of beschadigd. | X | ||||||
e) | Bandenslijtage-indicator komt bloot te liggen | X | |||||
Diepte van het bandprofiel niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | ||||||
f) | Band schuurt tegen andere onderdelen (flexibele opspatafschermingsmiddelen). | X | |||||
Band schuurt tegen andere onderdelen (veilig rijden niet belemmerd) | X | ||||||
g) | Opgesneden banden niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||||
Weefselbeschermingslaag aangetast. | X | ||||||
5.3. | Ophangingsysteem | ||||||
5.3.1. | Veren en stabilisator (+ E) | Visuele controle en indien beschikbaar gebruik van een toestel om de speling van de wielen vast te stellen. | a) | Verenzijn niet goed aan het chassis of de as bevestigd. | X | ||
Relatieve beweging zichtbaar, bevestigingen in ernstige mate te los. | X | ||||||
b) | Een veeronderdeel is beschadigd of gebroken. | X | |||||
Voornaamste veer (-blad), of overige bladen zeer ernstig aangetast | X | ||||||
c) | Een veer ontbreekt. | X | |||||
Voornaamste veer (-blad), of overige bladen zeer ernstig aangetast. | X | ||||||
d) | Onveilige modificatie 3.. | X | |||||
Onvoldoende afstand tot andere voertuigonderdelen; veersysteem werkt niet. | X | ||||||
5.3.2. | Schokdempers | Visuele controle | a) | Schokdempers zijn niet goed aan het chassis of de as bevestigd. | X | ||
Schokdemper los. | X | ||||||
b) | Beschadigde schokdemper met sporen van ernstige lekkage of defect. | X | |||||
c) | De schokdemper ontbreekt. | X | |||||
5.3.3. | Torsiebuizen, reactiearmen, wieldraagarmen en ophangarmen (+ E) | Visuele controle en indien beschikbaar gebruik van een toestel om de speling van de wielen vast te stellen. | a) | Onderdeel is niet goed aan het chassis of de as bevestigd. | X | ||
Grote kans op losraken; verminderde richtingstabiliteit. | X | ||||||
b) | Onderdeel vertoont schade of te veel corrosie. | X | |||||
Stabiliteit van onderdeel verminderd of onderdeel vertoont breuken. | X | ||||||
c) | Onveilige modificatie 3.. | X | |||||
Onvoldoende afstand tot andere voertuigonderdelen; systeem werkt niet. | X | ||||||
5.3.4. | Suspension joints (+ E) | Visuele controle en indien beschikbaar gebruik van een toestel om de speling van de wielen vast te stellen. | a) | Fuseepen en/of hulzen of de veerverbindingen vertonen te veel slijtage. | X | ||
Grote kans op losraken; verminderde richtingstabiliteit. | X | ||||||
b) | De stofkap is ernstig versleten. | X | |||||
De stofkap ontbreekt of vertoont scheuren. | X | ||||||
5.3.5. | Luchtvering | Visuele controle | a) | Systeem werkt niet. | X | ||
b) | Een onderdeel vertoont beschadiging, vervorming of is defect zodat het systeem minder goed werkt. | X | |||||
Werking van het systeem ernstig verminderd. | X | ||||||
c) | Het systeem lekt hoorbaar. | X | |||||
d) | Onveilige modificatie. | X | |||||
6. | CHASSIS EN MET HET CHASSIS VERBONDEN DELEN | ||||||
6.1. | Chassis of frame en bevestigingen | ||||||
6.1.1. | Algemene toestand | Visuele controle | a) | Een van de zijden of dwarsdelen vertoont lichte breuken of is vervormd. | X | ||
Een van de zijden of dwarsdelen vertoont ernstige breuken of is sterk vervormd. | X | ||||||
b) | De verstevigende platen of bevestigingen zitten los. | X | |||||
Meeste bevestigingen los; onvoldoende sterke onderdelen. | X | ||||||
c) | Te veel corrosie waardoor het geheel aan stijfheid verliest. | X | |||||
Onvoldoende sterke onderdelen. | X | ||||||
6.1.2. | Uitlaatpijpen en dempers | Visuele controle | a) | Uitlaatsysteem zit los of lekt. | X | ||
b) | Emissies komen in de cabine of in het passagiersgedeelte. | X | |||||
Gevaar voor de gezondheid van personen aan boord. | X | ||||||
6.1.3. | Brandstoftanks en -leidingen (incl. tanks en brandstofleidingen voor verwarming) | Visuele controle, gebruik van apparatuur voor het vaststellen van lekken in het geval van LPG/CNG/LNG-systemen. | a) | De tank of leidingen zitten los, wat brandgevaar oplevert | X | ||
b) | Brandstof lekt, tankdop ontbreekt of sluit niet goed af. | X | |||||
Brandgevaar; buitensporig verlies van gevaarlijk materiaal. | X | ||||||
c) | Gescheurde leidingen. | X | |||||
Beschadigde leidingen. | X | ||||||
d) | Brandstofkraan (indien vereist) werkt niet correct. | X | |||||
e) | Brandgevaar door
| X | |||||
f) | LPG-/CNG/LNG- of waterstofsysteem is niet in overeenstemming met de vereisten, deel van het systeem defect 1.. | X | |||||
6.1.4. | Bumpers, zijdelingse bescherming en onderrijbeveiliging aan de achterzijde | Visuele controle | a) | Onderdelen zitten los of zijn beschadigd waardoor zij door (lichte) aanraking kunnen verwonden. | X | ||
Onderdelen zouden eraf kunnen vallen; functionaliteit ernstig aangetast. | X | ||||||
b) | Inrichting is duidelijk niet in overeenstemming met de vereisten 1. | X | |||||
6.1.5. | Bevestiging van het reservewiel (indien aanwezig) | Visuele controle | a) | Bevestiging in slechte toestand. | X | ||
b) | De bevestiging is gebroken of zit los. | X | |||||
c) | Een reservewiel is niet stevig bevestigd. | X | |||||
Zeer groot gevaar dat het eraf valt. | X | ||||||
6.1.6. | Mechanische koppelings- en trekinrichting (+ E) | Visuele controle op slijtage en correcte bediening met speciale aandacht voor aanwezige veiligheidsvoorzieningen en/of het gebruik van meetapparatuur. | a) | Onderdeel vertoont beschadiging, defecten of barsten (indien niet in gebruik). | X | ||
Onderdeel vertoont beschadiging, defecten of barsten (indien in gebruik). | X | ||||||
b) | Onderdeel vertoont te veel slijtage. | X | |||||
Onder de slijtagelimiet. | X | ||||||
c) | Bevestiging is defect. | X | |||||
Losse bevestigingen die er gemakkelijk af kunnen vallen. | X | ||||||
d) | Veiligheidsvoorziening ontbreekt of werkt niet goed. | X | |||||
e) | Koppelingsindicatoren werken niet. | X | |||||
f) | Kentekenplaat of licht wordt bedekt (indien niet in gebruik). | X | |||||
Kentekenplaat niet leesbaar (indien niet in gebruik). | X | ||||||
g) | Onveilige modificatie 3. (secundaire onderdelen). | X | |||||
Onveilige modificatie 3. (primaire onderdelen). | X | ||||||
h) | Koppeling te zwak, incompatibel of koppelingsinrichting stemt niet overeen met de vereisten. | X | |||||
6.1.7. | Verzending | Visuele controle | a) | Borgschroeven zitten los of ontbreken. | X | ||
Borgschroeven zitten los of ontbreken waardoor de veiligheid ernstig wordt aangetast. | X | ||||||
b) | Aslagering voor overbrenging vertoont te veel slijtage. | X | |||||
Zeer groot gevaar op losraken of barsten. | X | ||||||
c) | Kruiskoppelingen of de overbrengingskettingen of -riemen vertonen te veel slijtage | X | |||||
Zeer groot gevaar op losraken of barsten. | X | ||||||
d) | Flexibele koppelingskoppen zijn stuk. | X | |||||
Zeer groot gevaar op losraken of barsten. | X | ||||||
e) | As is beschadigd of gebogen. | X | |||||
f) | Lagerbehuizing is gebroken of zit los. | X | |||||
Zeer groot gevaar op losraken of barsten. | X | ||||||
g) | De stofkap is ernstig versleten. | X | |||||
De stofkap ontbreekt of vertoont scheuren. | X | ||||||
h) | Illegale modificatie van de aandrijving. | X | |||||
6.1.8. | Bevestiging van de motor | Visuele controle | Defecte, duidelijk en ernstig beschadigde bevestigingen. | X | |||
Loszittende of gebroken bevestigingen. | X | ||||||
6.1.9. | Motorprestaties (X) 2. | Visuele controle en/of met gebruikmaking van elektronische interface. | a) | Regelmodule gewijzigd wat de veiligheid en/of het milieu aantast | X | ||
b) | Motor gewijzigd wat de veiligheid en/of het milieu aantast. | X | |||||
6.2. | Cabine en koetswerk | ||||||
6.2.1. | Toestand | Visuele controle | a) | Paneel of onderdeel zit los of is beschadigd en kan verwondingen veroorzaken. | X | ||
Zou eraf kunnen vallen. | X | ||||||
b) | Koetswerkondersteuning zit los. | X | |||||
Verminderde stabiliteit. | X | ||||||
c) | Uitlaatemissies komen binnen. | X | |||||
Gevaar voor de gezondheid van personen aan boord. | X | ||||||
d) | Onveilige modificatie 3.. | X | |||||
Onvoldoende afstand tot roterende of bewegende onderdelen en de weg. | X | ||||||
6.2.2. | Bevestiging | Visuele controle | a) | Koetswerk of cabine zit los. | X | ||
Verminderde stabiliteit. | X | ||||||
b) | Koetswerk/cabine zit niet recht op het chassis. | X | |||||
c) | Bevestiging van koetswerk/cabine op het chassis of de dwarsdelen zit los of ontbreekt en indien symmetrisch. | X | |||||
De bevestiging van het koetswerk/de cabine op het chassis of de dwarsdelen zit los of ontbreekt wat de veiligheid zeer ernstig aantast. | X | ||||||
d) | Bevestigingspunten aan integrale koetswerkonderdelen vertonen te veel roest. | X | |||||
Verminderde stabiliteit. | X | ||||||
6.2.3. | Portieren en portiervangers | Visuele controle | a) | Een portier opent en sluit niet correct. | X | ||
b) | Een portier kan plots opengaan of blijft niet gesloten (schuifdeuren). | X | |||||
Een portier kan plots opengaan of blijft niet gesloten (openslaande deuren). | X | ||||||
c) | Portier, scharnieren, portiervangers, stijlen is/zijn stuk. | X | |||||
Portier, scharnieren, portiervangers of stijlen ontbreekt/ontbreken of zit/zitten los | X | ||||||
6.2.4. | Bodem | Visuele controle | Bodem zit los of is stuk. | X | |||
Onvoldoende stabiliteit. | X | ||||||
6.2.5. | Bestuurderszitplaats | Visuele controle | a) | Zitplaats met defecte structuur. | X | ||
Losse zitplaats. | X | ||||||
b) | Afstelmechanisme functioneert niet correct. | X | |||||
Zitplaats beweegt of rugleuning niet fixeerbaar. | X | ||||||
6.2.6. | Overige zitplaatsen | Visuele controle | a) | Zitplaatsen zijn defect of zitten los (secundaire onderdelen). | X | ||
Zitplaatsen zijn defect of zitten los (hoofdonderdelen). | X | ||||||
b) | Zitplaatsen zijn niet bevestigd in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||||
Toegestaan aantal zitplaatsen overschreden; plaatsing niet in overeenstemming met goedkeuring. | X | ||||||
6.2.7. | Bedieningsapparatuur voor de bestuurder | Visuele controle en controle door bediening | Bedieningsapparatuur die nodig is voor de veilige besturing van het voertuig werkt niet correct. | X | |||
Bediening minder veilig. | X | ||||||
6.2.8. | Cabinetreden | Visuele controle | a) | Trede of bevestiging zit los. | X | ||
Onvoldoende stabiliteit. | X | ||||||
b) | Toestand van trede of opstapring zou gebruikers kunnen verwonden. | X | |||||
6.2.9. | Andere binnen- en buitenvoorzieningen en uitrusting | Visuele controle | a) | Bevestiging of andere voorzieningen of inrichtingen zijn defect. | X | ||
b) | Andere voorzieningen of inrichtingen zijn niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||||
Gemonteerde onderdelen zouden letsel kunnen veroorzaken. veilige werking negatief beïnvloed. | X | ||||||
c) | Hydraulische inrichting lekt. | X | |||||
Buitensporig verlies van gevaarlijk materiaal. | X | ||||||
6.2.10. | Spatborden, opspatafschermingsuitrusting | Visuele controle | a) | Ontbreekt, zit los of is ernstig verroest. | X | ||
Zou letsel kunnen veroorzaken. Zou eraf kunnen vallen. | X | ||||||
b) | Onvoldoende afstand tot band/wiel (opspatafscherming). | X | |||||
Onvoldoende afstand tot band/wiel (spatborden). | X | ||||||
c) | Niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||||
Onvoldoende afdekking van trede. | X | ||||||
7. | DIVERSE UITRUSTINGEN | ||||||
7.1. | Veiligheidsgordels/sluitingen en beveiligingssystemen voor inzittenden | ||||||
7.1.1. | Veiligheid van de bevestiging van veiligheidsgordels/sluitingen | Visuele controle | a) | Verankeringspunt is stuk. | X | ||
Verminderde stabiliteit. | X | ||||||
b) | Verankering zit los. | X | |||||
7.1.2. | Toestand van veiligheidsgordels/sluitingen | Visuele controle en controle door bediening | a) | Verplichte veiligheidsgordel ontbreekt of is niet bevestigd. | X | ||
b) | Veiligheidsgordel is beschadigd. | X | |||||
Scheur of teken van overspanning. | X | ||||||
c) | Veiligheidsgordel is niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||||
d) | Sluiting van de veiligheidsgordel is beschadigd of werkt niet correct. | X | |||||
e) | Oprolmechanisme van de veiligheidsgordel is beschadigd of werkt niet correct. | X | |||||
7.1.3. | Krachtbegrenzer veiligheidsgordel | Visuele controle en/of met gebruikmaking van elektronische interface. | a) | Krachtbegrenzer is duidelijk niet aanwezig of is niet aan het voertuig aangepast. | X | ||
b) | Systeem geeft defect aan via elektronische voertuiginterface. | X | |||||
7.1.4. | Gordelspanners | Visuele controle en/of met gebruikmaking van elektronische interface. | a) | Spanner is duidelijk niet aanwezig of is niet aan het voertuig aangepast. | X | ||
b) | Systeem geeft defect aan via elektronische voertuiginterface. | X | |||||
7.1.5. | Airbag | Visuele controle en/of met gebruikmaking van elektronische interface. | a) | Airbags zijn duidelijk niet aanwezig of passen niet bij het voertuig. | X | ||
b) | Systeem geeft defect aan via elektronische voertuiginterface. | X | |||||
c) | Airbags werkt duidelijk niet. | X | |||||
7.1.6. | SRS-systemen (Supplemental Restraint System) | Visuele controle van waarschuwingslampje en/of met gebruikmaking van elektronische interface. | a) | Het waarschuwingslampje van het SRS wijst op een defect in het systeem. | X | ||
b) | Systeem geeft defect aan via elektronische voertuiginterface. | X | |||||
7.2. | Brandblusser (X) 2 | Visuele controle | a) | Ontbreekt. | X | ||
b) | Niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||||
Indien vereist (bv. taxi's, bussen, touringcars enz.). | X | ||||||
7.3. | Sloten en beveiligingen tegen diefstal | Visuele controle en controle door bediening | a) | Apparatuur om te verhinderen dat er met het voertuig wordt gereden, werkt niet. | X | ||
b) | Defect. | X | |||||
Sluit of blokkeert onaangekondigd. | X | ||||||
7.4. | Gevarendriehoek (indien vereist) (X) 2 | Visuele controle | a) | Ontbreekt of is onvolledig. | X | ||
b) | Niet in overeenstemming met de vereisten 1. . | X | |||||
7.5. | Verbandtrommel (indien vereist) (X) 2 | Visuele controle | Ontbreekt, is onvolledig of is niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||
7.6. | Wielblokken (wiggen) (indien vereist) (X) 2 | Visuele controle | Ontbreken of zijn niet in goede toestand, onvoldoende stabiliteit of te klein. | X | |||
7.7. | Geluidssignaalinrichting | Visuele controle en controle door bediening | a) | Werkt niet goed. | X | ||
Werkt in het geheel niet | X | ||||||
b) | Bediening zit los. | X | |||||
c) | Niet in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | |||||
Uitgezonden geluid kan worden verward met officiële sirenes. | X | ||||||
7.8. | Snelheidsmeter | Visuele controle of door bediening tijdens een test op de weg of door middel van elektronica. | a) | Niet geïnstalleerd in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | ||
Ontbreekt (indien vereist). | X | ||||||
b) | Verminderde werking. | X | |||||
Werkt in het geheel niet. | X | ||||||
c) | Kan niet voldoende worden verlicht. | X | |||||
Kan in het geheel niet worden verlicht. | X | ||||||
7.9. | Tachograaf (indien aanwezig/ vereist) | Visuele controle | a) | Niet geïnstalleerd in overeenstemming met de vereisten 1.. | X | ||
b) | Werkt niet. | X | |||||
c) | Zegels zijn stuk of ontbreken. | X | |||||
d) | Installatieplaat ontbreekt, is onleesbaar of verouderd. | X | |||||
e) | Duidelijke vervalsing of manipulatie. | X | |||||
f) | Maat van banden niet compatibel met ijkparameters. | X | |||||
7.10. | Snelheidsbegrenzer (indien aanwezig/vereist) (+ E) | Visuele controle en, indien uitrusting beschikbaar is, controle door bediening. | a) | Niet geïnstalleerd in overeenstemming met de vereisten 1. . | X | ||
b) | Werkt duidelijk niet. | X | |||||
c) | Snelheid onjuist ingesteld (indien gecontroleerd). | X | |||||
d) | Zegels zijn stuk of ontbreken. | X | |||||
e) | Plaatje ontbreekt of is onleesbaar. | X | |||||
f) | Maat van banden niet compatibel met ijkparameters. | X | |||||
7.11. | Kilometerteller (indien vereist) (X) 2 | Visuele controle en/of met gebruikmaking van elektronische interface. | a) | Is duidelijk mee geknoeid (fraude) om de geregistreerde afstand te verminderen of om de afstand die een voertuig heeft afgelegd, verkeerd weer te geven. | X | ||
b) | Werkt duidelijk niet. | X | |||||
7.12. | Elektronische stabiliteitscontrole (ESC) indien aanwezig/ vereist (X) 2 | Visuele controle en/of met gebruikmaking van elektronische interface. | a) | Wielsnelheidssensoren ontbreken of zijn beschadigd. | X | ||
b) | Bedrading is beschadigd. | X | |||||
c) | Andere onderdelen ontbreken of zijn beschadigd. | X | |||||
d) | Schakelaar is beschadigd of werkt niet correct. | X | |||||
e) | Het waarschuwingslampje van de elektronische stabiliteitscontrole wijst op een defect in het systeem. | X | |||||
f) | Systeem geeft defect aan via elektronisch voertuiginterface. | X | |||||
8 | OVERLASTFACTOREN | ||||||
8.1. | Geluid | ||||||
8.1.1 | Noise suppression system (+ E) | Subjectieve beoordeling, (tenzij de controleur van mening is dat het geluidsniveau wellicht tegen de grens zit in welk geval een geluidstest met een geluidsmeter mag worden uitgevoerd). | a) | Geluidsniveaus overschrijden de volgens de vereisten toegestane niveaus 1.. | X | ||
b) | Onderdeel van het geluidsonderdrukkingssysteem zit los, is beschadigd, niet juist aangebracht, afwezig of duidelijk aangepast met een nadelige invloed op de geluidsniveaus. | X | |||||
Zeer groot gevaar dat het eraf valt. | X | ||||||
8.2. | Uitlaatemissies | ||||||
8.2.1 | Emissies van voertuigen met compressieontsteking | ||||||
8.2.1.1. | Uitlaatemissieregelsysteem | Visuele controle | a) | Het door de fabrikant gemonteerde uitlaatemissieregelsysteem is afwezig, aangepast of duidelijk defect. | X | ||
b) | Lekken die emissiemetingen kunnen beïnvloeden. | X | |||||
c) | Waarschuwingslampje volgt niet de juiste volgorde. | X | |||||
8.2.1.2. | Gasemissies (E) |
| a) | Ofwel overschrijden de gasemissies de door de fabrikant vastgelegde niveaus, | X | ||
b) | ofwel, indien deze gegevens niet beschikbaar zijn, overschrijden de CO-emissies,
| X | |||||
c) | Lambdacoëfficiënt buiten de waarde 1 ± 0,03 of niet overeenkomstig de specificaties van fabrikant. | X | |||||
d) | Uitgelezen OBD wijst op ernstig defect. | X | |||||
e) | De meetapparatuur op afstand wijst op een ernstige inbreuk. | X | |||||
8.2.2. | Emissies compressieontstekingsmotoren | ||||||
8.2.2.1. | Uitlaatemissieregelsysteem | Visuele controle | a) | Een door de fabrikant gemonteerd uitlaatemissieregelsysteem is afwezig of duidelijk defect. | X | ||
b) | Lekken die emissiemetingen kunnen beïnvloeden. | X | |||||
c) | Waarschuwingslampje volgt niet de juiste volgorde. | X | |||||
d) | Onvoldoende reagens, indien van toepassing. | X | |||||
8.2.2.2. | Opaciteit Voertuigen die vóór 1 januari 1980 werden geregistreerd of in gebruik genomen, moeten niet aan deze vereiste voldoen. |
| a) | Bij voertuigen die voor de eerste keer na de datum in de vereisten 1. zijn geregistreerd of in gebruik genomen, | |||
overschrijdt de opaciteit het niveau dat op de plaat van de fabrikant op het voertuig staat genoteerd; | X | ||||||
Voorbereiding van het voertuig
| b) | Wanneer deze gegevens niet beschikbaar zijn of de vereisten 1. het gebruik van referentiewaarden niet toelaten,
of, bij voertuigen die in de vereisten 1. staan of voor de eerste keer na de datum in de vereisten zijn geregistreerd of in gebruik genomen 1., 1,5Â m-1(9) of 0,7Â m-1(8). | X | ||||
| X | ||||||
Controleprocedure:
| c) | De meetapparatuur op afstand wijst op een ernstige inbreuk. | X | ||||
8.4. | Andere punten die betrekking hebben op het milieu | ||||||
8.4.1. | Vloeistoflekken | Te veel vloeistoflekken, behalve water, die het milieu zouden kunnen schaden of een gevaar zouden kunnen vormen voor de veiligheid van andere weggebruikers. | X | ||||
Gestage vorming van druppels die een zeer ernstig gevaar oplevert. | X | ||||||
9 | AANVULLENDE CONTROLES VOOR PASSAGIERSVOERTUIGEN VAN CATEGORIEËN M2, M3 | ||||||
9.1. | Deuren | ||||||
9.1.1. | In- en uitgang | Visuele controle en controle door bediening | a) | Bediening is defect. | X | ||
b) | Toestand is slecht. | X | |||||
Zou letsel kunnen veroorzaken. | X | ||||||
c) | Noodbediening is defect. | X | |||||
d) | Afstandsbediening van portieren of waarschuwingstoestellen zijn defect. | X | |||||
9.1.2. | Nooduitgangen | Visuele controle en controle door bediening (indien van toepassing). | a) | Bediening is defect. | X | ||
b) | Borden met opschrift ‘nooduitgang’ zijn onleesbaar. | X | |||||
Borden met opschrift ‘nooduitgang’ ontbreken. | X | ||||||
c) | Hamer om ruiten in te slaan ontbreekt. | X | |||||
d) | Toegang versperd. | X | |||||
9.2. | Ontwasemings- en ontdooisysteem (X) 2 | Visuele controle en controle door bediening | a) | Functioneert niet correct. | X | ||
Nadelige invloed op het veilige gebruik van voertuig. | X | ||||||
b) | Emissie van giftige gassen of uitlaatgassen in het bestuurders- of passagiersgedeelte. | X | |||||
Gevaar voor de gezondheid van personen aan boord. | X | ||||||
c) | Ontdooisysteem (indien verplicht) is defect. | X | |||||
9.3. | Ventilatie- en verwarmingssysteem (X) 2 | Visuele controle en controle door bediening | a) | Bediening is defect. | X | ||
Risico voor de gezondheid van personen aan boord. | X | ||||||
b) | Emissie van giftige gassen of uitlaatgassen in het bestuurders- of passagiersgedeelte. | X | |||||
Gevaar voor de gezondheid van personen aan boord. | X | ||||||
9.4. | Zitplaatsen | ||||||
9.4.1. | Passagierszitplaatsen (inclusief zitplaatsen voor begeleidende personen en bevestigingssystemen voor kinderen, indien van toepassing) | Visuele controle | Klapstoelen (indien toegestaan) werken niet automatisch. | X | |||
Blokkeren een nooduitgang. | X | ||||||
9.4.2. | Bestuurderszitplaats (aanvullende vereisten) | Visuele controle | a) | Speciale voorzieningen zoals zonneschermen of zonnekleppen zijn defect. | X | ||
Belemmerd gezichtsveld. | X | ||||||
b) | Bescherming voor bestuurder zit los. | X | |||||
Zou letsel kunnen veroorzaken. | X | ||||||
9.5. | Binnenverlichting en bestemmingsapparatuur (X) 2 | Visuele controle en controle door exploitatie | Bevestiging is defect. | X | |||
Werkt in het geheel niet. | X | ||||||
9.6. | Gangpaden, staanplaatsen | Visuele controle | a) | Bodem zit los. | X | ||
Verminderde stabiliteit. | X | ||||||
b) | Leuningen of handvaten zijn defect. | X | |||||
Zitten los of zijn niet bruikbaar. | X | ||||||
9.7. | Trappen en treden | Visuele controle en controle door bediening (indien van toepassing). | a) | Toestand is slecht. | X | ||
In beschadigde toestand. | X | ||||||
Verminderde stabiliteit. | X | ||||||
b) | Inklapbare treden functioneren niet correct. | X | |||||
9.8. | Communicatiesysteem met passagiers (X) 2 | Visuele controle en controle door bediening. | Systeem is defect. | X | |||
Werkt in het geheel niet. | X | ||||||
9.9. | Bordjes met tekst (X) 2 | Visuele controle | a) | Bordje ontbreekt, is foutief of onleesbaar. | X | ||
Verkeerde informatie. | X | ||||||
9.10. | Vereisten voor het vervoer van kinderen (X) 2 | ||||||
9.10.1. | Deuren | Visuele controle | Bescherming van portieren niet in overeenstemming met de vereisten 1. voor deze vorm van vervoer. | X | |||
9.10.2. | Signaleerinrichtingen en speciale uitrusting | Visuele controle | Signaleerinrichting of speciale uitrusting ontbreekt. | X | |||
9.11. | Vereisten voor het vervoer van mindervaliden (X) 2 | ||||||
9.11.1. | Portieren, laadplatforms en liften | Visuele controle en exploitatie | a) | Bediening is defect. | X | ||
Bediening minder veilig. | X | ||||||
b) | Toestand is slecht. | X | |||||
Verminderde stabiliteit. Zou letsel kunnen veroorzaken. | X | ||||||
c) | Werkt niet goed. | X | |||||
Bediening minder veilig. | X | ||||||
d) | Waarschuwingstoestel(len) is (zijn) defect. | X | |||||
Werkt/werken in het geel niet niet | X | ||||||
9.11.2. | Bevestigingssysteem voor rolstoelen | Visuele controle en, indien van toepassing, controle door bediening | a) | Bediening is defect. | X | ||
Bediening minder veilig. | X | ||||||
b) | Toestand is slecht. | X | |||||
Verminderde stabiliteit. Zou letsel kunnen veroorzaken. | X | ||||||
c) | Werkt niet goed. | X | |||||
Bediening minder veilig. | X | ||||||
9.11.3. | Signaleerinrichting en speciale uitrusting | Visuele controle | Signaleerinrichting of speciale uitrusting ontbreekt. | X |
Voetnoten
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
Onveilige modificatie is een modificatie die de wegveiligheid van het voertuig vermindert of die een bovenmatige negatieve invloed op het milieu heeft.
De remefficiëntie wordt berekend door de totale remkracht, bereikt wanneer de rem wordt ingetrapt, te delen door het gewicht van het voertuig of, bij opleggers, de som van de belasting op de assen en het resultaat met 100 te vermenigvuldigen.
De voertuigcategorieën die buiten de richtlijn vallen worden vermeld als richtsnoer.
48 % voor voertuigen die niet zijn uitgerust met ABS of die vóór 1 oktober 1991 zijn goedgekeurd
45Â % voor voertuigen die zijn geregistreerd na 1988 of vanaf de datum in de vereisten afhankelijk van de vraag welke van deze data het laatste valt.
43Â % voor opleggers en aanhangwagens met trekstang die zijn ingeschreven na 1988 of vanaf de datum in de vereisten afhankelijk van de vraag welke van deze data het laatste valt.
2,2 m/s2 voor N1, N2 en N3 voertuigen.
Onveilige modificatie is een modificatie die de wegveiligheid van het voertuig vermindert of die een bovenmatige negatieve invloed op het milieu heeft.
Onveilige modificatie is een modificatie die de wegveiligheid van het voertuig vermindert of die een bovenmatige negatieve invloed op het milieu heeft.
Onveilige modificatie is een modificatie die de wegveiligheid van het voertuig vermindert of die een bovenmatige negatieve invloed op het milieu heeft.
Onveilige modificatie is een modificatie die de wegveiligheid van het voertuig vermindert of die een bovenmatige negatieve invloed op het milieu heeft.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
(X) wijst op punten die betrekking hebben op de toestand van het voertuig en zijn geschiktheid voor gebruik op de weg, maar die niet belangrijk zijn bij een technische controle.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
(X) wijst op punten die betrekking hebben op de toestand van het voertuig en zijn geschiktheid voor gebruik op de weg, maar die niet belangrijk zijn bij een technische controle.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
(X) wijst op punten die betrekking hebben op de toestand van het voertuig en zijn geschiktheid voor gebruik op de weg, maar die niet belangrijk zijn bij een technische controle.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
(X) wijst op punten die betrekking hebben op de toestand van het voertuig en zijn geschiktheid voor gebruik op de weg, maar die niet belangrijk zijn bij een technische controle.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
Onveilige modificatie is een modificatie die de wegveiligheid van het voertuig vermindert of die een bovenmatige negatieve invloed op het milieu heeft.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
Onveilige modificatie is een modificatie die de wegveiligheid van het voertuig vermindert of die een bovenmatige negatieve invloed op het milieu heeft.
Onveilige modificatie is een modificatie die de wegveiligheid van het voertuig vermindert of die een bovenmatige negatieve invloed op het milieu heeft.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
Onveilige modificatie is een modificatie die de wegveiligheid van het voertuig vermindert of die een bovenmatige negatieve invloed op het milieu heeft.
Onveilige modificatie is een modificatie die de wegveiligheid van het voertuig vermindert of die een bovenmatige negatieve invloed op het milieu heeft.
(X) wijst op punten die betrekking hebben op de toestand van het voertuig en zijn geschiktheid voor gebruik op de weg, maar die niet belangrijk zijn bij een technische controle.
Onveilige modificatie is een modificatie die de wegveiligheid van het voertuig vermindert of die een bovenmatige negatieve invloed op het milieu heeft.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
Typegoedgekeurd in overeenstemming met Richtlijn 70/220/EEG, Verordening (EG) nr. 715/2007, bijlage I, tabel 1 (Euro 5), Richtlijn 88/77/EEG en Richtlijn 2005/55/EG.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
Typegoedgekeurd volgens Verordening (EG) nr. 715/2007, bijlage I, tabel 2 (Euro 6) en Verordening (EG) nr. 595/2009 (Euro VI).
>‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
Typegoedgekeurd in overeenstemming met Richtlijn 70/220/EEG, Verordening (EG) nr. 715/2007, bijlage I, tabel 1 (Euro 5), Richtlijn 88/77/EEG en Richtlijn 2005/55/EG.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
Typegoedgekeurd in overeenstemming met Richtlijn 70/220/EEG, Verordening (EG) nr. 715/2007, bijlage I, tabel 1 (Euro 5), Richtlijn 88/77/EEG en Richtlijn 2005/55/EG.
Typegoedgekeurd volgens Verordening (EG) nr. 715/2007, bijlage I, tabel 2 (Euro 6) en Verordening (EG) nr. 595/2009 (Euro VI).
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.
Typegoedgekeurd in overeenstemming met de grenswaarden in rij B van hoofdstuk 5.3.1.4 van bijlage I bij Richtlijn 70/220/EEG, zoals gewijzigd bij Richtlijn 98/69/EG of later; rij B1, B2 of C van hoofdstuk 6.2.1 van bijlage I bij Richtlijn 88/77/EEG, of voor het eerst ingeschreven of in gebruik genomen na 1 juli 2008.
Typegoedgekeurd volgens Verordening (EG) nr. 715/2007, bijlage I, tabel 2 (Euro 6) en Verordening (EG) nr. 595/2009 (Euro VI).
‘Vereisten’ zijn bepaald in de typegoedkeuring op de datum van goedkeuring, de eerste inschrijving of de eerste ingebruikneming, alsook in aanpassingsverplichtingen of in nationale wetgevingen in het land van inschrijving. Deze redenen voor afkeuring gelden alleen wanneer is gecontroleerd of de vereisten worden nageleefd.