Einde inhoudsopgave
Uitvoeringswet Internationaal Strafhof
Artikel 62
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2002
- Bronpublicatie:
20-06-2002, Stb. 2002, 314 (uitgifte: 27-06-2002, kamerstukken: 28098)
- Inwerkingtreding
01-07-2002
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-06-2002, Stb. 2002, 315 (uitgifte: 01-01-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Naar aanleiding van een verzoek van het Strafhof kunnen voorwerpen in beslag worden genomen:
- a.
ten aanzien waarvan door het Strafhof een bevel tot verbeurdverklaring kan worden gegeven,
- b.
tot bewaring van het recht tot verhaal voor een overeenkomstig artikel 82, vierde lid, op te leggen verplichting tot betaling van een geldbedrag aan de staat ter ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel, of
- c.
die kunnen dienen om wederrechtelijk verkregen voordeel aan te tonen.
2.
Inbeslagneming als bedoeld in het eerste lid, onder a en b, kan slechts plaatsvinden indien:
- a.
inbeslagneming naar Nederlands recht is toegestaan en
- b.
gegronde redenen bestaan voor de verwachting dat ten aanzien van de voorwerpen vanwege het Strafhof een verzoek om tenuitvoerlegging van een verbeurdverklaring zal worden gedaan dan wel artikel 82, vierde lid, zal worden toegepast.