Het voorlopig getuigenverhoor
Einde inhoudsopgave
Het voorlopig getuigenverhoor (BPP nr. XVII) 2015/242:242 De afwijzingsgrond ander, zwaarwichtig bezwaar
Het voorlopig getuigenverhoor (BPP nr. XVII) 2015/242
242 De afwijzingsgrond ander, zwaarwichtig bezwaar
Documentgegevens:
Mr. E.F. Groot, datum 01-01-2015
- Datum
01-01-2015
- Auteur
Mr. E.F. Groot
- JCDI
JCDI:ADS459520:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Van der Wiel 2005, p. 69.
Zie ook M.A.J.G. Janssen in zijn noot in JIN 2010, 340 onder HR 19 maart 2010, ECLI:NL:HR:2010: BK8146, NJ 2010, 172 en JBPr 2010, 42, m.nt. H.L.G. Wieten (Chip(s)hol/Staat).
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Tenslotte de grond van een ander, zwaarwichtig bezwaar. Van der Wiel is kritisch over deze grond. Naast de vage normen van misbruik en de goede procesorde een zo ruime uitbreidingsgrond introduceren staat volgens hem op gespannen voet met het door de Hoge Raad steeds vooropgestelde “recht op voorlopige bewijslevering”.1 De impopulariteit van het middel van het voorlopig getuigenverhoor indachtig, bestond bij de introductie van deze grond het gevaar dat de rechter deze grond zou gebruiken om voorlopige getuigenverhoren af te wijzen op grond van een gewone belangenafweging, waardoor het uitgangspunt van de wetgever en de Hoge Raad, inhoudende dat een voorlopig getuigenverhoor in beginsel moet worden toegewezen, overboord zou worden gegooid. Dit blijkt echter niet het geval; de afwijzingsgrond ander zwaarwichtig bezwaar wordt niet vaak gebruikt.
Het woord zwaarwichtig geeft aan dat er sprake moet zijn van zwaarwegende, ernstige of zeer belangrijke bezwaren tegen toewijzing van het voorlopig getuigenverhoor. Naar mijn mening kan deze grond dan ook niet worden toegepast als het belang van de verzoeker bij het houden van een voorlopig getuigenverhoor van iets minder gewicht is dan de overige belangen tegen het houden van een voorlopig getuigenverhoor; er moet een disproportioneel verschil bestaan tussen deze belangen.2 De afwijzingsgrond zwaarwichtig bezwaar moet terughoudend worden toegepast; hij heeft vooral een restfunctie voor gevallen waarin niet kan worden gesproken van misbruik van bevoegdheid of strijd met de goede procesorde, maar wel zeer grote bezwaren tegen toewijzing van een voorlopig getuigenverhoor bestaan. Dit is bijvoorbeeld het geval als op voorhand waarschijnlijk is dat de getuige zich zal beroepen op zijn verschoningsrecht. Met het inroepen van deze afwijzingsgrond kan dan worden voorkomen dat voor niets getuigenverhoren worden geagendeerd.