Einde inhoudsopgave
RvdW 2014/706
Toelichting benadeelde partij is geen bewijsmiddel.
HR 22-04-2014, ECLI:NL:HR:2014:974
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
22 april 2014
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, N. Jörg
- Zaaknummer
13/00498
- Conclusie
A-G mr. A.J.M. Machielse
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:974, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 22‑04‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:323, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑03‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 13‑06‑2013
- Wetingang
Art. 334 lid 3, 339 Sv
Essentie
Als een benadeelde partij gebruik maakt van de bevoegdheid cfm art. 334 lid 3 Sv tot toelichting op de vordering, treedt deze niet op als getuige, zodat de in dat verband afgelegde verklaring niet voor het bewijs kan worden gebezigd.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 25 januari 2013, nummer 22/005125-11, in de strafzaak tegen K. Adv. mr. J-L.A.M. le Cocq d'Armandville, te Rotterdam.
Voorgaande uitspraak
Cassatiemiddel:
Middel 1
Het recht is geschonden en/of er zijn vormen verzuimd waarvan niet naleving nietigheid meebrengt.
In ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.