Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/701
Insolventieverordening I. Indiening vorderingen in een secundaire insolventieprocedure door de curator van de hoofdinsolventieprocedure; termijn voor indiening van vorderingen in de secundaire insolventieprocedure.
HvJ EU 25-11-2021, ECLI:EU:C:2021:963 (ALPINE BAU)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
25 november 2021
- Magistraten
K. Jürimäe, S. Rodin, N. Piçarra
- Zaaknummer
C-25/20
- Conclusie
A-G M. Campos Sánchez-Bordona
- Roepnaam
ALPINE BAU
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Europees insolventierecht
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2021:963, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 25‑11‑2021
ECLI:EU:C:2021:418, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie (Advocaat-Generaal), 20‑05‑2021
- Wetingang
Art. 32 Verordening (EG) nr. 1346/2000 (Insolventieverordening I)
Essentie
NK, als curator in het faillissement van Alpine BAU GmbH.
Verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens art. 267 VWEU, ingediend door de Višje sodišče v Ljubljani (rechter in tweede aanleg Ljubljana, Slovenië) bij beslissing van 18 december 2019.
Insolventieverordening I. Indiening vorderingen in een secundaire insolventieprocedure door de curator van de hoofdinsolventieprocedure; termijn voor indiening van vorderingen in de secundaire insolventieprocedure.
Art. 32, lid 2, Insolventieverordening I, gelezen in samenhang met de artt. 4 en 28 van die verordening, moet aldus worden uitgelegd dat de curator van de hoofdinsolventieprocedure die vorderingen die al ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.