Renteaftrekbeperkingen in de vennootschapsbelasting
Einde inhoudsopgave
Renteaftrekbeperkingen in de VPB (FM nr. 119) 2006/3.6.2:3.6.2 Schijn
Renteaftrekbeperkingen in de VPB (FM nr. 119) 2006/3.6.2
3.6.2 Schijn
Documentgegevens:
Dr. J. van Strien, datum 20-10-2006
- Datum
20-10-2006
- Auteur
Dr. J. van Strien
- JCDI
JCDI:ADS583968:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vennootschapsbelasting (V)
Ondernemingsrecht / Jaarrekeningenrecht
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Dividendbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Op de uitzondering schijn heb ik geen aanmerkingen. Het behoeft mijns inziens geen toelichting, dat de kwalificatie van een geldverstrekking dient plaats te vinden op basis van de werkelijke feiten en omstandigheden en niet op basis van gepretendeerde zaken. Zoals ik reeds in paragraaf 3.3 opmerkte, heeft de Hoge Raad voor de uitzondering schijn geen duidelijke, objectief waarneembare toepassingsvoorwaarden geformuleerd. Ik meen dat dit een juiste benadering is: dit gaat niet ten laste van de efficiëntie en er is geen strijdigheid met het uitgangspunt van de rechtvaardigheid. De werkelijke wil van de contractsluitende partijen laat zich naar mijn mening namelijk niet vatten in eenduidige, objectief waarneembare criteria. De werkelijke wil van de contractpartijen is soms lastig te achterhalen, waardoor het gevaar ontstaat dat de Hoge Raad te veel dan wel te weinig zou herkwalificeren op grond van de uitzondering schijn. In beide gevallen wordt de waarheid, en daarmee een juiste rechtstoepassing, geweld aangedaan. Dit is echter inherent aan het gekozen systeem. Daarenboven zij opgemerkt dat de Hoge Raad mijns inziens terecht zeer behoedzaam lijkt om te gaan met herkwalificatiekwesties.