Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregeling GLB 2023
Artikel 20 Eco-activiteiten categorie teeltmaatregel
Geldend
Geldend van 04-04-2024 tot 01-01-2025. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
28-03-2024, Stcrt. 2024, 10711 (uitgifte: 03-04-2024, regelingnummer: WJZ/ 46081717)
- Inwerkingtreding
04-04-2024, terugwerkend tot: 01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-03-2024, Stcrt. 2024, 10711 (uitgifte: 03-04-2024, regelingnummer: WJZ/ 46081717)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
Overheidsfinanciën / EU-financiën
De Eco-activiteiten in de categorie teeltmaatregel zijn:
- a.
biologische bestrijding, onder de volgende voorwaarden:
- 1°
de landbouwer teelt een gewas uit de gewassenlijst ‘biologische bestrijding’ als bedoeld in bijlage 1;
- 2°
op het perceel met biologische bestrijding wordt een of een combinatie van de volgende technieken toegepast:
- i.
de steriele insectentechniek (SIT) ter beheersing van de uienvlieg;
- ii.
feromoonverwarring ter beheersing van de fruitmot, pruimenmot, bessenglasvlinder, vruchtbladroller, leverkleurige bladroller, grote appelbladroller, of heggebladroller;
- iii.
nematoden;
- iv.
bacteriepreparaten;
- 3°
de landbouwer bewaart het aankoopbewijs van de toepassing van de biologische bestrijding en het betaalbewijs gedurende 5 jaar in zijn administratie. Het aankoopbewijs vermeldt tenminste de naam van de teler van het gewas, de eenduidige locatiegegevens zoals de X- en Y-coördinaten of het perceelnummer uit de Gecombineerde Opgave, bedoeld in artikel 2 van de voor het desbetreffende jaar geldende Regeling landbouwtelling en gecombineerde opgave, een indicatie van de oppervlakte van het perceel waarop de biologische bestrijding is toegepast, de leverancier en de prijs en hoeveelheid van de geleverde biologische bestrijding.
- b.
precisiegewasbescherming, onder de volgende voorwaarden:
- 1°
de landbouwer past op het perceel, gedurende de hoofdteelt in het aanvraagjaar, plaatsspecifieke dosering van gewasbeschermingsmiddelen toe door middel van een taakkaart die een GPS-gestuurde spuit aanstuurt dan wel een sensorgestuurde on-the-go aangestuurde spuit;
- 2°
de spuitboom beschikt minimaal over de mogelijkheid om variabel per sectie de spuitdoppen aan te sturen;
- 3°
de landbouwer:
- a.
heeft machines en werktuigen die precisiegewasbescherming kunnen uitvoeren ter beschikking op grond van eigendom of huur dan wel in gebruik met toestemming van de eigenaar of de verhuurder; of
- b.
beschikt over een factuur van een loonwerker met vermelding van de uitgevoerde handeling(en), de datum van de handeling, en de eenduidige locatiegegevens zoals de X- en Y-coördinaten of het perceelnummer uit de Gecombineerde Opgave, bedoeld in artikel 2 van de voor het desbetreffende jaar geldende Regeling landbouwtelling en gecombineerde opgave, en bewaart deze gedurende 5 jaar in zijn administratie;
- 4°
de landbouwer beschikt voor iedere toepassing van precisiegewasbescherming over:
- a.
een taakkaart bij een GPS-gestuurde spuit, waarop de geplande handeling(en), en de eenduidige locatiegegevens zoals de X- en Y-coördinaten staan aangegeven,en bewaart deze gedurende 5 jaar in zijn administratie; of
- b.
een resultaatkaart bij een sensorgestuurde on-the-go aangestuurde spuit waarop de uitgevoerde handelingen en de eenduidige locatiegegevens zoals de X- en Y-coördinaten staan aangegeven, en bewaart deze gedurende 5 jaar in zijn administratie;
- 5°
de landbouwer houdt een register bij als bedoeld in artikel 67 van verordening (EG) Nr 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (PbEU 2009, L309);
- 6°
landbouwareaal dat braak ligt, inclusief landschapselementen, is uitgesloten van deze Eco-activiteit; en
- 7°
de landbouwer voldoet aan de beheerseisen RBE 7.1 en RBE 8.1 tot en met 8.8, bedoeld in artikel 32, onderdeel a, in samenhang met bijlage 3.
- c.
precisiebemesting, onder de volgende voorwaarden:
- 1°
de landbouwer past op het perceel, gedurende de hoofdteelt in het aanvraagjaar, plaatsspecifieke dosering van bemesting toe door middel van een taakkaart die een GPS-gestuurde strooier (bij korrel- of vaste meststoffen) of – spuit (vloeibare meststoffen) of – zodebemester of – sleepvoetbemester (drijfmest) aanstuurt dan wel een sensorgestuurde on-the-go aangestuurde machine;
- 2°
de strooier dient ingericht te zijn om meststoffen over de strooibreedte plaatsspecifiek te kunnen doseren;
- 3°
de spuitboom beschikt minimaal over de mogelijkheid om variabel per sectie de spuitdoppen aan te sturen;
- 4°
de zodebemester en sleepvoetbemesters dienen ingericht te zijn om de drijfmest over de inbrengbreedte plaatsspecifiek te kunnen doseren;
- 5°
de landbouwer:
- a.
heeft machines en werktuigen die precisiebemesting kunnen uitvoeren ter beschikking op grond van eigendom of huur dan wel in gebruik met toestemming van de eigenaar of de verhuurder; of
- b.
beschikt over een factuur van een loonwerker met vermelding van de uitgevoerde handeling(en), de datum van de handeling en de eenduidige locatiegegevens zoals de X- en Y-coördinaten of de naam en het perceelnummer uit de Gecombineerde Opgave, bedoeld in artikel 2 van de voor het desbetreffende jaar geldende Regeling landbouwtelling en gecombineerde opgave, en bewaart deze gedurende 5 jaar in zijn administratie;
- 6°
de landbouwer beschikt voor iedere toepassing van precisiebemesting over:
- a.
een taakkaart bij een GPS-gestuurde machine, waarop de geplande handeling(en) en de eenduidige locatiegegevens zoals de X- en Y-coördinaten staan aangegeven, en bewaart deze gedurende 5 jaar in zijn administratie; of
- b.
een resultaatkaart bij een sensorgestuurde on-the-go aangestuurde machine waarop de uitgevoerde handelingen, en de eenduidige locatiegegevens zoals de X- en Y-coördinaten staan aangegeven, en bewaart deze gedurende 5 jaar in zijn administratie;
- 7°
landbouwareaal dat braak ligt, inclusief landschapselementen, is uitgesloten van deze eco-activiteit; en
- 8°
de landbouwer voldoet aan de beheerseisen RBE 2.2 tot en met 2.5, 2.7 tot en met 2.11, 2.13, 2.15 en 2.17, bedoeld in artikel 32, onderdeel a, in samenhang met bijlage 3.
- d.
fertigatie, onder de volgende voorwaarden:
- 1°
de landbouwer beschikt op het perceel, tijdens de hoofdteelt, over een functioneel werkende druppelirrigatie met doseersysteem;
- 2°
het doseersysteem kan via leidingen of slangen een mengsel van water en vloeibare meststoffen beschikbaar stellen;
- 3°
De landbouwer beschikt over een boekhouding waar de registratie van meststoffen die via het doseersysteem worden toegediend wordt vastgelegd, en bewaart deze gedurende 5 jaar in zijn administratie.
- 4°
nutriënten worden gedoseerd toegevoegd aan het water;
- 5°
landbouwareaal dat braak ligt, inclusief landschapselementen, is uitgesloten van deze eco-activiteit; en
- 6°
de landbouwer voldoet aan de beheerseisen RBE 2.3, 2.5, 2.10, 2.11, 2.13, 2.15 en 2.17, bedoeld in artikel 32, onderdeel a, in samenhang met bijlage 3.