Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 575/2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012
Artikel 500 ter Tijdelijke uitsluiting van bepaalde blootstellingen met betrekking tot centrale banken van de maatstaf van totale blootstelling in het licht van de COVID-19-pandemie
Geldend
Geldend vanaf 27-06-2020
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 27-06-2020.
- Bronpublicatie:
24-06-2020, PbEU 2020, L 204 (uitgifte: 26-06-2020, regelingnummer: 2020/873)
- Inwerkingtreding
27-06-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-06-2020, PbEU 2020, L 204 (uitgifte: 26-06-2020, regelingnummer: 2020/873)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
In afwijking van artikel 429, lid 4, kan een instelling tot en met 27 juni 2021, mits aan de in de leden 2 en 3 van dit artikel vastgestelde voorwaarden wordt voldaan, de volgende blootstellingen met betrekking tot de centrale bank van de instelling van haar maatstaf van totale blootstelling uitsluiten:
- a)
munten en bankbiljetten die een wettig betaalmiddel zijn in de jurisdictie van de centrale bank;
- b)
activa die vorderingen op de centrale bank vormen, waaronder bij de centrale bank aangehouden reserves;
Het door de instelling uitgesloten bedrag mag niet hoger zijn dan het gemiddelde bedrag van de blootstellingen per dag als bedoeld in de punten a) en b) van de eerste alinea gedurende de meest recente volledige reserveaanhoudingsperiode van de centrale bank van de instelling.
2.
Een instelling kan de in lid 1 vermelde blootstellingen uitsluiten indien de bevoegde autoriteit van de instelling na overleg met de betrokken centrale bank heeft vastgesteld en publiekelijk heeft verklaard dat er zich uitzonderlijke omstandigheden voordoen die de uitsluiting rechtvaardigen om de uitvoering van monetair beleid te faciliteren.
De krachtens lid 1 uit te sluiten blootstellingen voldoen aan de volgende voorwaarden:
- a)
zij luiden in dezelfde valuta als de door de instelling aanvaarde deposito’s;
- b)
de gemiddelde looptijd ervan overschrijdt niet significant de gemiddelde looptijd van de door de instelling aanvaarde deposito’s.
Een instelling die blootstellingen met betrekking tot haar centrale bank overeenkomstig lid 1 uitsluit van haar maatstaf van totale blootstelling, maakt ook de hefboomratio bekend die zij zou hebben indien zij die blootstellingen niet zou hebben uitgesloten.