RvdW 2023/363:Tanken met vervalste tankpas. Medeplegen diefstal d.m.v. vervalste tankpas van brandstof die toebehoort aan eigenaar van tankpas, meermalen gepleegd (art. 311 lid 1 Sr). Bewijsklacht. Behoort weggenomen brandstof toe aan bedrijven die eigenaar zijn van tankpas? Hof heeft vastgesteld dat verdachte een tankpas op straat heeft gekocht om er geld mee te verdienen, dat hij met mensen de afspraak maakte om voor hen te tanken, dat gegevens van betreffende, onder verdachte inbeslaggenomen fysieke kaart niet overeenkwamen met gegevens in magneetstrip van die kaart en dat verdachte ‘de (geskimde) tankpas’ in betaalterminal invoerde en pincode invoerde, waarna brandstof werd getankt. ’s Hofs hierop gebaseerde oordeel dat weggenomen brandstof toebehoorde aan bedrijven die eigenaar zijn van tankpas, getuigt van een onjuiste rechtsopvatting, nu brandstof telkens werd weggenomen na gebruik door verdachte van vervalste (en dus niet originele, op naam van bedrijven gestelde) tankpas. Dat leidt echter niet tot cassatie wegens gebrek aan belang, nu uit ’s hofs bewijsvoering kan worden afgeleid dat, zoals ook is bewezenverklaard, de door verdachte en zijn mededader(s) weggenomen brandstof telkens toebehoorde ‘aan een ander’ dan aan verdachte en zijn mededader(s), te weten aan de betreffende oliemaatschappijen. Volgt verwerping. Samenhang met ECLI:NL:HR:2023:385 (RvdW 2023/362).