Einde inhoudsopgave
Algemene pensioen- en uitkeringswet politieke ambtsdragers
Artikel 137a
Geldend
Geldend vanaf 19-11-2011. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 27-02-2010
- Bronpublicatie:
27-10-2011, Stb. 2011, 531 (uitgifte: 18-11-2011, kamerstukken: 32581)
- Inwerkingtreding
19-11-2011, terugwerkend tot: 27-02-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-10-2011, Stb. 2011, 531 (uitgifte: 18-11-2011, kamerstukken: 32581)
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid arbeidsongeschiktheid (V)
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
Staatsrecht / Bijzondere onderwerpen
Sociale zekerheid ouderen (V)
Sociale zekerheid nabestaanden (V)
Sociale zekerheid werkloosheid (V)
1.
Dit hoofdstuk is van overeenkomstige toepassing op degene die krachtens artikel 76, eerste lid, van de Provinciewet, dan wel krachtens artikel 78, eerste lid, van de Gemeentewet het ambt van commissaris van de Koning, respectievelijk het ambt van burgemeester gedurende meer dan dertig dagen zonder onderbreking heeft waargenomen. Voor degene die aftreedt als waarnemer is de duur van de uitkering, ten dele in afwijking van artikel 132, steeds gelijk aan de duur van de waarneming. De uitkering bedraagt het volgens artikel 133 toepasselijke percentage van de als waarnemer genoten vergoeding en wordt aangepast overeenkomstig het derde lid van dat artikel.
2.
In afwijking van artikel 131 komt de uitkering die de provincie of de gemeente na ontheffing van de waarneming verschuldigd is op grond van het eerste lid ten laste van Hoofdstuk VII van de rijksbegroting.